
1157 (3) Vs. — 1157 (2) Ks. Placida post fulmina cura. (Vreedzame
zorg na de bliksems.) Een arend zijn nest op een rots
vestigende. In de afsnede: Batimens du roy. 1750. (Als boven.
Bevue p, 85. CCV (673.)
1157 (4) Legpenning van Doornik. Vs. Zeer groote, rechts
gewende buste. In de halssnede zeer fijn 1750 en daaronder :
I. Du V iv i e r . *) Omschrift : M (a r ia ) T ( h e r e s ia ) d(ei) g(ratia) B(oma-
norum) I(mperatrix) G{ermaniae) Hiungariae) B(ohemiae) reg{ina)
a(rchiducissa) A(ustriae) d(ucissa) B(urgundiae) Ks. Status Tor-
nacesii. De wachttoren waarop een bisschopsstaf en een helm zijn
geplaatst. Links en rechts twee koornschoven. Bevue 1.1. p. 86. CCVI.
Blz. 207. In de noot achter molenwiek moet het ? wegvallen;
de molenwiek is geschakeerd van zilver en keel.
Blz. 214 (1750) no. 1157*. Brandspuitpenning van ’s Graven-
hage. (D ir e s pl. XLV no. 17.) (Bij v a n S t o c k u m no. 276 M. 50 K.)
Blz. 221 no. 1192. Le Marquis de Bonnac. Ook afgebeeld in Bevue
lelge de Numismatique (1892) pl. III (35) en beschreven p. 93-94,al waar
de heer J u l e s R o u y e r zegt: „François-Armand d'Usson, marquis
de Bonnac, était fils d’un diplomate célèbre e t ne manquait pas
lui-méme de talent dans la diplomatie. (Dictionnaire de la No-
Messe par d e l a C h e sn a y e d e s B o is et B a d ie r .) Louis XV le
nomma son ambassadeur à la Haye, le 11 Novembre 1751. L’honorable
marquis était, depuis 1738, chévalier de l’ordre de Saint-
André de Russie.”
Blz. 228, no. 1209 te lezen : Winckelmau.
„ 231, 8 1222, lees 1222*.
, 235, 8 1238. Bij te voegen : Zie no. 370 op het jaar 1728.
No. 1267*. 1755. Legpenning van Doornik. Vs. Groote buste
van M(aria) Th(eresia) d. g. r. imp. g. h. b. reg. a. a. d. burg. (als
no. 1157 (4) van het jaar 1750.) Op het kleed (zeer fijn) 1755.
Onder de buste : Du Vivier. Ks. Als no. 1157 (4).
Blz. 250 no. 1312 en blz. 257 no. 1334 zijn dezelfde penningen.
*) Du Vivier (Jan) geboren te Luik, f 1767, oud 74 jaren en zijn
zoon Pieter Simon Benjamin, (geboren 1728 en in het begin dezer
eeuw overleden.) (Rouyer 1. 1. p. 87.) De penning is door Jan gesneden.
II.
831*. Grooter dan v. Loon Verv. no. 197 Mm. 18. Vs. Op het
altaar staat een bijbel, de veder van den hoed is opwaarts gebogen
, het zwaard in den klaauw van den leeuw is rech t. Ks. De
adder die aan den wortel knaagt, hangt aan de linkerzijde van de
schaal. (Bij wijlen A. H. G. Fokker.)
842 moet volgen op 839. Zie blz. 168.
926*. Iets kleiner Mm. 17. Vs. Onder het beeld langs den
kant aan elkander ’t v e r e e n ig d e N e d e r l a n d . K s . Zonder den
naam van Holtshey. (Als boven no- 831*.)
1043*. Met ET tweemaal op Fs.no. 255 verkleind voorkomende
met even groote letters als de namen, (Als boven no. 831*).
1089. Deze rhinoceros penning is eene annonce penning ook bij
Benesse no. 35547 beschreven doch aldaar zijn nog no. 35546. Rhinoceros,
soleil. Nurnberg. Ks. Dieser rhinoceros ist 1747 u. s. w. 1748
(Tin) en no. 35548 Ks. questo rinoceroto fu trasportato . . . . seechio
daqua (Lood )
1107*. (1749) Vs. = no. 275. Ks. = no. 283, doch zonder Holtshey.
(Alsboven no. 831*).
1130 _ (by A> h . G. Fokker). Ks. Zonder Holtshey.
1221 te lezen Gouvernante.
1334 en 1312 zijn dezelfde penningen.