
169. Als boven. Vs. Borstbeeld, rechts gewend, van Carolvs
VI d. g. rom. imp, semp(er) avg{vstvs) waaronder V(estner). Es. Een
vliegende arend. Omschrift ParCet sVbMIssIs DebeLLaVIt gVe
sVperbos. (Hij spaart de onderworpenen nu hij de hoogmoedigen
heeft overwonnen). In de afsnede: Induciae cum Turcis d{ei) 21
Juli. (Stilstand van wapenen met de Turken 21 Juli). Welsl no.
7636 G. 20 1 21/32 door Vestner. Ssech. tab 56 no. 51. Leyser
525, Salm no. 2293 Z. 29 W. Bij P. Smidt v. Gelder no. 3680
G. 30 Z. 291 W. ƒ4.50.
Bè 170. Als boven. Vs. als no. 169. Es. De Keizer onder een
palmboom zittende teekent het bestand. Omschrift: Victor non
alio subscrïbit pacta colore. (De overwinnaar onderschrijft met geen
andere kleur het bestand.) In de afsnede In pacis Inducias de-
bellato . . . Bij Benesse no. 8428 Induciae cum hostibus. Afsnede
In pacis etc. Bij P. Smidt v. Gelder no. 3681 G. 33- Tin ƒ0.20.
Welsl no. 7628 G. 22 Z. 21 L. Leyser 524.
171. Als boven. Groote penning (43) afgebeeld bij G. van Loon,
Hedendaagsche Penningkunde (’s Hage 1732) folio 103. Vs Borstbeeld
van Karei VI. Es. Apta privs bello enz. Earel VI als Romu-
lus zijn lans in den grond stekende die in een olyfboom verandert.
Gesneden door Casp. Theopilus Lauffer. Welsl no. 7629 als medaillon
in tin (v. M. ?) G. 30, Ssech. tab. 55 no. 49, P, Smidt v,
Gelder no, 3682 K. ƒ 0,70, Salm no, 2294, Brons.
Vrede van Passarowitz.
172, Van Brunner. Vs, Adelaar met eene landkaart. Sic redit
ad dominum , , , (Zoo keert tot den eigenaar terug,) Es. De
K eizer met voor hem knielende Turken. Dabimus Gaesari etc. (Wij
zullen aan den Keizer geven enz.) Welsl no. 7630 G. 19J, l ^ L .
Ssech. tab. 56 no. 56; Leyser 523.
172. (Door Richter en Fuchs) Vs. Borstbeeld van den Keizer
van de linkerzijde. Es, De Godsdienst door een vierspan getrokken,
De Christ(i) nominis hostibus. (Zegepraal over de vijanden
van Christus naam) Welsl no, 7632 Brons, Ssech. tab. 55 no. 50,
Leyser 523,
174. Door Vestner. Vs, Borstbeeld en titel van Karei VI. Es.
Jupiter den bliksem slingerende. Tanta negotia solus. (Zulke zaken
verrigt hij alleen.)
Welsl no. 7633 G. 20. 1 23/32 L. Ssech. tab. 56 no. 52, Leyser
526.
175. Van Richter. Vs. Borstbeeld en titel van Keizer Karei
VI. Es. Twee vrouwen. Augusto pacatori III. (Aan Augustus
den derden vredemaker.) Welsl no. 7634, Schönvisner Catalogus
tab- XV no. 346, Ssech. p. 304 no. 85 G. 191 Brons, zwaar verguld.
Bij v. Cleeff I no. 2682 Brons ƒ 1.50. (Herstelling der
rust).
176. Vs. Borstbeeld van Keizer Karei VI door de overwinning
bekroond. Es. Een stroomgod, daarbij G.H.{Georg Hautsch?) werkte
tot (1713), volgens Schlickeysen S. 153) In de verte een vesting In
hoe signo. (In dit teeken.) Welsl no 7635 G. 20 Z. 2§| L. Ssech.
tab. 56 no. 55, Schönvisner tab. XV no. 343.
177. Vs. Constantinopel, waarboven een adelaar met zwaard en
palmtak, Elige alterutrum. (Kies een van beiden.) Es. Opschrift
Welsl no. 7638 in tin, Ssech. tab. 56 no. 54, Leyser 528, Salm no.
2294 Z. 29 W.
178. Ven. HIno. 135 blz. 134—135. Vs. Borstbeeld en titel van
Keizer Karei VI. Es. Twee vrouwen. Victoria paCeM taVrVnaea
Dablt. (De Taurunesche overwinning zal vrede geven). In Vervolg
IV blz. 135 als De overwinning van Belgrado vertaald. Bij Piot
no. 534-535, Welsl no. 7640 G. 15 Z.9/16 L. Ssech, tab. 56 no.
59 (Jeton blijkens het Strena halend. Januar{iï).
179. 1718. Op het afstaan aan Oostenrijk van Temeswar en
Belgrado. Vs. De godin der vrede met een lauwerkrans waarin
Pax 1718 21 Jul., in de rechterhand. Turcis bis caesis Temiswaria
1716 et Alta Graeca 1717 receptis. (De Turken tweemaal geslagen
Temeswar in 1716 en Belgrado in 1717 herkregen). Es. Tusschen
de son en den haken mam stijgt de gekroonde adelaar omhoog.
Naast de zon leest men: Solem seqvitvr (Hij volgt de zon) en
onderaan nevens den halven maan Pallida Lona subest. (De bleeke
maan gaat onder.) Welsl no. 7641 G. 17 1 1/16 L. Appel IV S.
968 no. 3555 die de zijden omgekeerd beschrijft.
Op den zeeslag bij Kaap Passaro. 1718.
180. (Vervolg no, 28 blz. 37.) Vs. Borstbeeld als van Verv. no
27. Es. Scheepssnebbe enz. Bellvm italicvm propvlsatvm. Bij P.
Smidt v, Gelder no. 3683 K, ƒ 0.80,