een doosje met 30 k 40 Eieren, welken door een Wyfjes Vlinder by
hoopjes gelegd waren eenige Digen te vooren , maar zyn Edele wist
toen niet of dezelven bevrucht zouden zyn ja , of neen, en dit is
altyd het g e v a l, wanneer men Wyfjes-Viinders vangt, (het is om ’t
even van welke foort) en dezelven Eieren leggen , kan men niet
weeten o f zodanig Wyfje gepaard heeft al.of niet, derhalvenook niet,
o f deszelfs gelegde Eieren bevrucht zullen...zyn, maar zodra men zie t,
dat zodanige gelegde Eiéren van kleur veranderen, en niet indroogen,
kan men verzekerd zyn, dat dezelven bevrucht zullen wezen, ’t welk
in het tegenwoordige geval ook wederom plaatst vond, want toen de
Moeder-Vlinder dezelven gelegd had, waren z y licht Stroo geel van
Tab. X X V . kieur ;n derzelver natuurlyke grootte afgebeeld op Tab. XXV. Fig. [ .
jP/Jf. I# 7 *
F is. 2. en door het MicroscooP gezien gelylc Fig. 2. maar na een paar Dagen
gelegen te hebben, veranderden z y van kleur en werden graauw-
achtig, dus een bewys dat'zy bevrucht waren, niet lang hierna, kort
voor het uitkomen derRupfen, veranderde dit graanw en zy wierden
paarschachrig van kleur.
. S a -
Den 3<ien July, dus maar zeven o f acht Dagen, na dezelven gelegl
waren, kwamen de jonge Rupsjes u it, fpannende .met twaag Pootten,
doch met eene matige vergtootting, kon men reeds duidelyk zien, dat
zes.tien Fopten zouden verkrygen , de jonge Rupfen waren groen
met zwarte flippen, doch wierden allengs donkerder van kleur, ik gaf
dezelven Salade-Bladen te vreeten, weiken z y zich zeer wel fmaaken
lieten, en ’ er ook zeer goed van' groeiden, zo dat den 10 J u ly , de
voorfpoedigflen reeds voor de eerfte maal vervelden, en alstoen bruin
waren, met in de lengte loopende ftreepen, den mden en igden July,
dus maar drie Dagen na de eerfte vervelling, zetteden z y zich op de
tweetweede
verwisfeling van Huid, daa? z y ook doorgeraakten , na deze
tweede vervelling., gebruikten zy noch niet alle zesfien Pooten in ’t
loopen , maar wel twaalf o f veertien,-echter kon men. nu reeds zeer
duidelyk dezelven alle zestien ook zonder vergroot glas z ien , kort na
de vervelling waren z y bleek vatf; kleur, maar werden een poos daar
na zeer donker bryin, offchóon nu. deze myne Rupfen, allen zeer
greetig de Salade-Bladen, tot fpyze gebruikten en ’er ook zeer fpoe-
dig van groeiden, is echter hun eigentlyke en waare voedzel de Ganze-
D istel, Haaze-Latmw o f Sogge D istel, in ’t Latyn Seaehus Oleraceus,
waarvan hier een takje afgebeeld is , en ik twyffel geentzints, o f , indien
ik myne Rupfen, van jongs af aan.niets anders gegeeven had
als de zo evengeooemde Gamc-Disut,, ’er minder de fterfte zoude
ondergekomen.'zyn als n u , door het vreeten van de Krop-Salade-Bla-
den. Den iddeu en i/ien zaten zy reeds op de derde vervelling,
daar z y ook wederom ..door geraakten. Den mften j ujy j waren.
reeds viermaalen verveld, doch nu begon ’ er de fterfte onder te komen,
zo dat de meesten, de eene voor, de andere na, aan eenen dunnen
afgang o f loop ftierven, uitgezonderd eenige weinigen , welken
volwasfen wierden, eene dusdanig volwasfene R u p s , ziet mèit afgebeeld.
Fig. 3. j
S 4-
Ware het niet geweest, dat ik reeds eenige Jaaren te vooren, van
deze zelfde foort Rupfen gehad hadde, welken toen in den Maand July
, in de Aarde kroopen zich in dezelve een Verwulfd maakten om
daarin tot Poppen te veranderen, ik zoude de geheele huishouding van
dit Infedt, niet hebben kunnen befchryven, doordien ook zelfs myne
voor ditmaal volwasfen gewordene Rupfen , insgelyks noch aan die
eige ziekte ftierven, waaraan ik ze allen verlooren had, maar hierdoor,
A a a dat