lïT
ingcii
! îî
l'iKii !
P1I i,cii>Cfl<'ii;lK'l rekciicii g.'«.liieiU iwl beliulp v.iii cen klein IioiiUmi riiiini, «ai.nii lioulen biilleljM, a:iii koiwi-ci
gcrcgcii, »00 bclicidig mcl lie viiigci« woidon bewogen, dal zij in eon oogciil.lik de grootstc vcnncnisvuldigingeii
iiitvouiiii. Swhrijf- cn rekengciwdscluii., benevciis eenigo kleine li'ckjioljcs niel kuude Üiec en conlituruii, viiidl men ui
den «inkcl van icderen Qiinces.
Mvl g.-<-ncgeno.'szamc zekcrlicicl wi><M mc-n, «ainicci. <le Cliinczcn iicli hol ceiil op/«m gevrsirgd 1,ebben. RaMI.ks
zegl 1, dal Iiieds in hei jaai- 846 der Jiivaiuiselic tijd.«kcniiig (946 n« Cun. geb.) Cliinezcn op Jam «-.-iren; anderen «oder
willen liuinie koinsl eersl vier liondeixl jaivii Ulov stellen, llet lijdsti|), dal »ij grooton invloed 0|> de zaken der »E-Icle
C'^mpagnie" Iwgünneu le krijgen, k..n n.on eeluor sicelili van hol j»ai' 1619 rekcne.., loen de ee«le Kapilein-Cliinces iic:.coi.
als oppei'liüofd Over »üne landgeiioolcn werd aangeslelJ. Diiizcnde Chinesen werden stxlci'l duor de winslen hunner
bioederen nanr B.ilavia geU.H, en hol bloedlxid, in 1740 ondei- de Cbinescbe opsli.ndcliiigen aangerigl, geetl een
UTin'ig bcwijs van de aanzienlijke inagl, ^^•aal•lüe dil vülk zicli laiigziunerba.id liad nilgebreid. De aanvoer v.-in Cbinewn
is llmns 10 Ji,.lnvin veiijodon; dücli bun ßouil is reeds üoo aanrienlijk, dnl inci. in de sUid en bare Onimdanden,
zij iieli overal gcnesield l.ebben, 32,(KM) Qnnezen loll; slrenge Enropesebe wellen liouden licu ondei- bei noodige gczag,
en de zwaro pacblcii en belasiiiigen, die zij opbrengen, werpen eene belangrijke soin in de sebatkisl.
Bi] gelegeidieid van de a.ineselic Poesien, wollen de Europeaneii veelal in iiunne kainpung genowligil. Tbee en
eonliluren zijn bei, waarop de gasten onUiaald wonloii, Icrwijl nicn in de sU'alon kleine v uui'workeii afsleekl, en ovei-.il
>erlicbte papiewn lamaar.is, sonis in de wonderl.jksle gedaanie van reuiaobtigc slangcn, d>..kcn, lijgeii, visseben, enz.
lundclraagt. De wayaiig, eene soorl vun gebi-ckkige loencclvortooning op eene lianil)oezen slcllaadje in de open luebl,
onlbi-ooll bij deigolijke feesten nimmer, cn ß.xUdiensligo pi-üees»i<'ii, niet den Kapitcin-aiinoes a
H bQ.>fd, rrekken
oiidei' hei gcwoel van duizende aanscliouwers door de sUid.
Dl- Cbinezen leven o\ei- bet algoinoen zeer sol>ei',
loi l>eziuei-» van een aanzienlijk vermögen upgoHüii
de minderen en daardoor a
l>inneulanden, van ben afbankelijk gomaakt, ondetil
vole goede boedunighcden meer dankijaar dan de Ja'
Bolialve de Cliinezen wonen Ic BaUicin en 1
door onvemiopide vlljt en voorlKeldeloozo iiátiglioid zijn vele
Lang ki'ui|ioiKl vooi' Imnnc meorderen, zijn ze trolscli jogeiis
bg den inlandei', ilie dooi- allerlei slinksclie sli-ckon, zoo in de suid als in de
kl en uilgeüogen wonll, i\an <leii aiidei-en kam is de Chinees bg
Iii, en zal niel ligt eene weldaad, »an liein bewezen, vergeten.
ile »mslrekcn van Molmviiet lol Mee.•¡lar Coi-nclis eene giwlp
menigle vrijo iulanders. Zij vindon meercndeeb bun l>«taan in den biulbouw en den kleinen bandel in voorlbrengselen
van den grond of bunner ngverbeid, die op <lc groóte Miarktplaalíen, («isser's (bazar's) genoemd, zoo als er verscbeidoiic
te Balavi« on voorts door gol.oel Java gevonden vvonlen, I« koop stellen. Hmnie bandwozen Imizen zijn, onder de
sebadnw vaji ranke klapiwrhoomen, zoodaiiig acliloi- de Eni-oposebc woningen gelogen, dal zij dezelve in licL gezigt
binderen. Onder bet waakzamc oog der inlaiub^elie iwUeie leven deze
eben in rusl en vi-ede, en zij, die n
opium-huizen (ainfioen-kilien) der aiinezen, door de uitvveiking
dit vci'dci'felijke beulsap tot allerlei ondeugdcn worden
verleid, bclgeen meer eu meer zeldciain vooi'komt, kuiinen
•enen betei-on goinoedsaai-d dan menige liinnenlandscbe
bevolking van den Archipel besclionwd ivoixlen
Men rckeiil de gebeele bevolking van Bnlnvm (dal is, alles, Nval
onder bei
dor stad bcboort) op 55,000 zielen.
UiiMj or jiT>, Vol. II. i«B- Û
DEIIDE HOOFDSTUK.
OfsebooD talrijkc nieuwe voorwei^)en en menigvuldige genoegens ons voor eenon tjd lang aan de weelderigo bnofilsLid
van Ncérlatulí Indië kunncn booijen, zoo la leu zij noglans andere lang gekoestordo wenschon onbevre<ligd. De berinnei iiig
i-oepl ons gedia-ig de vemikkelijke geziglen in de Sh'aat Siuula voop den geesl lerng. Dcnkbeeldeii van lioorlijko
natuurtooncelen, vor bovon aardsebe praehl cn praal vorlicven, van bemelbooge bergen on diepo afgronden, vnu donkein
wouden en wolige bouwveldon, vervullon bei gemoed, en, wanneer de vcrw.iclitihg bij bei gozigt der fraaije omsU-eken
van Balavia al booger en hooger wordl gespannon, gevoclt men een onwedcrstaanbaar verlangen iiaar die veelbolovende
Iwi-gslroken, welke zieh diep in bei veisehiet achler de wölke« schynen le verbergen.
Rccds lächle mij eene vriendelijke uilnoodiging toe, om ecnige dagen op een landgoc<l in deze bekoorlijke ooi-den te
koinen doorbrcngcn, toen onvenvaebt de korvct, aan boord waarvan ik mij bevond, naar elders bestemd werd. üroot
was de teleurslelling, Won wjj Batavia verhelea, en cerst na een groot gedoolto van den Ooslimlisc/icn Arc/iipchi^
iiebbeu doorkruiat, eersl iocn een paar jaar lalcr eene nieuwe beti-ekking mij voorldurend (c BaUieia vcstigde, zag ik
mgne wensebeii, om de bovedandcn der Javaschc Residentitn te zien, vervuld.
De Ileor G., Resident van Banlam, Steide mij voor, hcm op eene inspeclie-reis door zijn grondgobied te vergezelloii.
Jlct innig gonoegen volgde ik zjjn vriendelijk a^ibod, en op ccucn der ccrsle îoboono dagcn van April bigaven wlj
ons vroegtijdig van Batavia op reis.
Do Wcst-Moosson was dit jaar den naam van kwado mocsson waardig goweest. Overal deed zij bare vcnvoestende
uilweiksclen gevocien. In de bovenlandcn badden hcvige slagi-egeus slortvlocdeii (banjb-) van de bergen doen slroomen,
die huizen, boomen, menschen en vee in bunne on^eóretaanbare vsarl medeslecpten, cn gclicele landslrokon vonvoestten.
Dagen lang liad de blaauwc vlag van den Uilkijfc lo Balavia de «chcpeo op de reedc voor bei gcvaar gcn-aarschuwd, om
hinme sloepcn door de bevigc branding «an den mond der rivier naar den wal le zenden, en zclfs vonden eenigc vermolele
zeclieden, wicr sloepen daar ter ¡¡laalsc omslocgen, een' noodlotligen dood in de golven. Do slad, zoowel als JSolcnvliel
en con gcdcclle van Wetlcvreden badden in eene algemoene ovorslrooming der kusllanden gedecld, en hoczcer rccds
bet schoonslc weder de zaaingopaklo wölken verdrcef, zoo waren de wegen nog op verre na niel opgedroogd,
Onze reiswagen, eene soorl van groóle ealiicbc op slevige riemen, door vier poslpaarden gelrokken, reed dan ook
wel andcrhalf voel door bet slijk, zoodat aan hcl eerste posl-slation, 5 palen Ijcwesleu de slad de p.iai'dcn door Sterke
builels moeslen vorvangcn worden; cen dortiglal kociies duwden daarenbovcn den wagen van aclileren, eu beide dezc
hulpmiddolon bmglcn ons, niel zondor inspanniiig, hing« den bijna onbrnikbaren weg lol Tangcrang.
Tniigerang, ccn aanzienlijk dor|>, J5 palen l>cwe8tcn Balavia, is de hoofdplaals van hol Wcsler-kwarticr der
Bataviasehe Ommelajidcn. Zoowel Lier, als in de Znider- cn Oostcr-kwarlicren dezer Rcsidentic, beswai de gebeele
landslreck uil particulière eigcndommcn, dcels van Europcancn, deols, voornamolijk in bei Wester-kwarlier, van Giinozen,
die door de kuUunr van suiker cn rijsl aan meer dan 100,000 inlanders een heslaan veischallin. Door hunnc afbankclijkhoid
echter zijn deze aime Javanon aan de groolste knevelarijon blootgesleld; zij worden door bunne meeslers op allerlei wgzeii
uilgezogcn, cn de Tangersiig.iehe añnozen slaan, vooral in dit opzigt, algemeen in eenen slecliWn reuk.
KI bij [Uilen ((rtVcilil. Een pail û 90 ml M ËDEcbclig oijl.