
TAPHRINA JOHANSONII SADEB.
Johanson’s Taphrina.
Stelsel van Linnaeus: Cl. XXIV. O. V. Cryptogamia. Fungi.
Natuurlijk stelsel: Cellulares Mycetes. O. Ascomycetes.
Geslachtskenmerken: Zie dit deel No. 1801.
Soortelijke kenmerken: Saccardo hunc fungum Taphrinae rhizophorae varietatem habet, ab hac
diversum magnitudine maiore. Johanson ipse descripsit fungum sub nomine T. rhizophorae (p. p. in
carpellis P. tremulae).
Saccardo houdt deze zwam voor een variëteit van Taphrina rhizophora, van deze slechts verscheiden
door zijn meerdere grootte. Johanson zelf heeft de champignon beschreven onder den
naam van T. rhizophora, doch als bizonderen vorm voorkomende op de vruchtbeginsels van Popula
tremula.
Sadebeck. Krit. Unters. Taphr. p. 9.
Johans. Taphr. II. p. 18. f. 8—10.
Verklaring der afbeelding: a. Doorsnede van het vruchtlichaam.
Groeiplaats: Groeit op de vruchten van Populus tremula in Zweden en Duitschland.
Nederland: Ook deze Taphrina werd door den heer Schipper nabij Winschoten herhaaldelijk op
Populus tremula waargenomen en mij welwillend toegezonden den 9 Mei 1906 en nogmaals den
17 Mei 1909.