
TRIGONELLA ORTHOCERAS KAREL e t KIRIL.
Bloeit: Juni—Augustus. 0.
Stelsel van Linnaeus: 01. XVII. Órd. IV. Diadelphia. Decandria.
Natuurlijk Stelsel: Vasculares Dicotyledoneae, Ord. Papilionaceae.
Geslachtskenmerken: Zie Dl. XXII, N°.- 1698.
Soortelijke kenmerken: adpresse hirta, erecta, stipulis semisagittatis, dentatis; foliolis obovatis
superne dentatis; peduncule subnullo; floiibus 2—4 sessilibus, oalycis eorolla param brevioris
dentibus subulatis tubo sublongioribns; leguminibus adpresse puberalis, linearibus, subeompressis,
rectls, reticulato-areolatis, areolis longitudinaliter elongatis.
Opgericht, aangedrukt behaard; steunblaadjes half pijlvormig, getand; blaadjes omgekeerd
eivormig naar voren getand; bloemen bijna zittend, 2—-4; kelk iets korter dan de kroon met
elsvormige iets langer dan de buis zijnde slippen; peulen aangedrukt behaard, lijnvormig,
een weinig samengedrukt, recht, netvormig rimpelig geaderd, met putrimpels die in de lengte
gerekt zijn.
Verklaring der afbeelding: a. bloempje; 6. hetzelfde .zonder de vlag; c. kiel; d. vergroot
gedeelte van het oppervlak ,der peul.
Groeiplaats: In Zuid Oostelijk Rusland, Songarije en Altaisch Siberië, nu en dan elders
ingevoerd.
Nederland:' De plant werd bij ons aangetroffen in een enkel exemplaar op de buitenplaats
Groenhoven in Juli 1898, vanwaar zij mij welwillend werd aangeboden door den Heer F. J.
Struijkenkamp te Leiden.