
VERBASCUM PHOENICEUM L.
Donkerroode Toorts.
Hoogduitsch: Dunkelrothes Wollkraut.
Engelsch: Dark red Mullein.
Bloeitijd: Juni—Juli O.
Stelsel van Linnaeus: Cl. V. O. I. Pentandria Monogynia.
Natuurlijk Stelsel: Yasculares Dicotyledoneae. O. Verbasceae.
Geslachtskenmerken : Zie Deel III, N°. 162.
Sóortelijke kenmerken: Foliis subtus pubescentibus, radicalibus petiolatis ovatis oblongisve
crenatis, caulinis mediis et superioribus multo minoribus minute-crenatis sessilibus, racemo
glanduloso-piloso, pedicellis solitariis bractea multo longioribus, antheris omnibus aequalibus,
non decurrentibus.
Bladen van onder behaard; de wortelbladen gesteeld, eivormig of ovaal, gekarteld; middelste
en bovenste stengelbladen veel kleiner, klein gekarteld, zittend; bloeitrosklierigbehaard, bloemstelen
alleenstaand, veel langer dan het schutblad; meeldraden alle even lang; helmknoppen
niet afloopend.
Verklaring der Afbeelding : a. afzonderlijke bloem, nadat de kroon is afgevallen; b. bloemkroon
uitgespreid; c. schutblaadje; d. meeldraden van voren en van achteren; e. vruchtbeginsel
met stijl en stempel.
Groeiplaats: Op onvruchtbare steile heuvels. Zij heeft zich van de oostkust der Middel-
landsche zee verspreid over Kroatië, Oostenrijk, Moravië, Silezië en Bohemen, door Saksen en
Thuringen tot Maagdeburg, terwijl zij verder hier en daar verspreid voorkomt.
Nederland: In ons land werd zij tot dusver nog niet waargenomen; de afgebeelde plant
werd gevonden in de duinen bij Santpoort, door den Heer H. H eukels, die ons de plant welwillend
voor de „Flora Batava” aanbood.
V.