
ECHINOSPERMUM DEFLEXUM Lehm.
Neergebogen Stekelzaad.
Hoogduitsch:. Herabgebogen Igelsamen.
Eugelsch: Deflexed Lappula.
Bloeit: Juni. ©.
Stelsel van Linnaeus: Cl. V. O. I. Pentandria Monogynia.
Natuurlijk Stelsel: Vasculares Dicotyledoneae. O. Boragineae.
Geslachtskenmerken : Zie Deel XIV, N°. 1103.
Soortelijke kenmerken: Caule paniculato-ramoso, foliis lanceolatis pilosis, pilis patentibusr
pedunculis fructiferis reflexis, nucibus margine aculeis glochidatus uniserialibus.
Stengel pluimvormig vertakt; bladen lancetvormig, met afstaande haartjes bedekt; vruchtstelen
neergebogen, nootjes aan den rand met eenzijdige borstelige haakjes. Bloemen blauw. — Myosotis-
deflexa Wahl., M. pectinata Turcz, Rochelia deflexa R. et S. Lappula deflexa GarcJce.
Verklaring der afbeelding: a. Uiteinde bloeitak; aa. bloem (vergroot); b. vrucht (vergroot);
c. dwarse doorsnede vrucht (vergroot).
Groeiplaats: Op beschaduwde steenachtige plaatsen in de hooge gebergten; in rotsspleten..
Van Aziatisch Rusland over Siberië (Altaï, Baikal en Oeral) door Rusland, Lyfland, Zweden,.
Duitschland, Oostenrijk, Italië, Engeland. Ontbreekt in Spanje, in België, in Frankrijk (?) en in
het Oosten. — (Zie de verspreiding van E. Lappula: Fl. Bat. XIV, 1103).
Nederland: Bij het station te Ruurloo, en bij Deventer. Het afgebeelde exemplaar is gevonden
door den Heer L. Vuyck, tusschen het koren bij Epse onder Deventer, in Juni 1897.