Jeanne d’Arc in historié en littera tu u r. 8 pp. — Jeanne d’Aro dans Thistoire
et la littérature. — E. Dnbois: Over de plaats van Pithecanthropus in het
zoologisch systeem. 8 pp.
Teyler’s Theologisch Tijdsohrift.
Voyez: 2. Théologie.
Maatschappij van Nijverheid. Ad pag. 162. III.
Tijdschrift. Jaargang 1901-1912.
Koloniaal Muséum. Ad. pag. 162. III.
Bulletin. N°. 3 0 -5 0 .
Beschrijvende catalogus tevens Handleiding to t de kennis der voortbrengselen
van de Nederlandsche overzeesche gewesten
Wijs, J. J. A. Vetten, oliën en wassen. 1906. In 8°.
X I + 122 pp. •
Slingervoet Rainoiidt, A. Caoutchouc, getah-pertja en balata. 2® Vermeerderde
uitgave. 1907. In 8°.
71 pp.
Eedeu, F. W. van. Houtsoorten van Nederlandsch Oost-Indië, tevens beschrijving
der meest bekende boomen van den Nederlandsoh-Indischen archipel
en hunne waarde voor de huishouding. Derde veel vermeerderde uitgave,
bewerkt door J. J. Diiyfjes. Haarlem, De Erven Loosjes. 1905. In 8°.
XXXII + 341 pp.
Gorkom, K. W. vaii. Specerÿen. 2® Veel vermeerderde uitgave. Haarlem, De
Erven Loosjes. 1903. In 8°.
68 pp.
Gorkom, K. W. van. Rijst. 2® Vermeerderde uitgave. (Met een overzicht van
den inlandschen landbouw, in verband met de maatsohappelÿke toestanden
der Inlanders). Haarlem, Uitgave van het Museum, 1907. In 8°.
V III + 78 pp.
Riimphius Gedenkboek.
Voyez: 08. Polygraphies.
L A H A T E .
Koninklijk In stituut voor de Taal-, Land- en Volkenkunde van Neder-
landsch-Indië. Ad pag. 162. III.
Bijdragen to t de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië.
Deel L V I-LX V I. 1904-1912. Deel LXVIII. Afl. 1. 2. 3.
Register op de eerste 50 Deelen [1853 — 1899] van de „Bijdragen to t de Taal-, Landen
Volkenkunde van Nederlandsch-Indië”. Uitgegeven door he t Koninklijk
In s titu u t voor de Taal-, Land- en Volkenkunde van Ned.-Indiö, te r gelegenheid
van zijn .50-jarig bestaan op 4 Ju n i 1901. ’s-6ravenhage, M. N ijh o ff 1901. In 8°.
XIX + 120 pp.
Bijdragen. Uitgegeven ter gelegenheid van het zesde Internationale congres
der Orientalisten te Leiden. 1883.
Voyez: 06. Polygraphies.
Niemann, G. K. Bloemlezing u it Maleisohe geschriften. ’s-Gravenhage, M. Nijhoff.
In kl. 8°.
Eerste stuk. 1870. 63 + 270 (Mal.) pp.
Id. Vijfde druk. 1906. VI + 57 + 238 (Mal.) pp.
Tweede stuk. 1871. 29 + 137 (Mal.) pp.
Id. Vierde druk. 1907. 34 + 140 (Mal.) pp.
Babad Tanah Djawi, in proza. Javaansche geschiedeni.s, loopende tot het ja a r
1647 der Javaansche jaartelling. Met aanteekeningen van J. J. Meinsma. In 8°.
Eerste stuk. Tekst 1874. 688 (.lav.) et 4 (Jav.) pp.
Tweede stuk. Aanteekeningen. 1877. II + 109 pp.
Mattlics, B. F. Eenige proeven van Boegineesohe en Makassaarsohe Poëzie.
Uitgegeven ter gelegenheid van he t Zesde In ternationale Congres der
Orientalisten te Leiden. 1883. In 8°.
62 pp.
Niemaiin, G. K. Geschiedenis van Tanette. Boeginesche tek s t met aanteeke-
keningen. Feestgave ter gelegenheid van h e t Zesde Internationale Congres
der Orientalisten te Leiden. 1883. In 8°.
IV + 174 pp.
Hendriks, H. Het Burusoh van Màsarète. 1897. In 8°.
I I + 176 pp.
Kitab Toehpah. Javaansch —Mohammedaansch wetboek. Uitgegeven door
S. Keyzer. 1853. In 8°.
VI + 248 pp.
Het boek Adjî-Sâkâ, oude fabelaohtige geschiedenis van Java, van de regeering
van Vorst Sindoelä te Galoeh tot aan de stichting van Mâdjâ-Paït, door
Vorst Soesoeroeh; uit de poëzie in Javaansch proza overgebragt door
C. F. Winter Sr., uitgegeven door J. J. B. Gaal en T. Roorda. Met een
uitvoerig bijvoegsel tot h e t Woordenboek der Javaansche taal van Gericke
en Roorda. 1857. In 8°.
IV + 285 (Jav.) et 140 pp.
Langen, K. F. H. van. Handleiding voor de beoefening der Atjehsche taal.
1889. In 8®.
IX + 158 pp.
Langen, K. F. H. van. Woordenboek der Atjehsche taal. 1889. In 8°.
VI + 288 pp.
Het Boek van den Kantjil, Javaansch dierenepos. Herziene uitgave. 1889.
In 8°.
167 (Jav.) pp.
Toorn, J. L. van der. Miiiangkabausch-Maleisoh-Nederlandsch Woordeii-
boek. 1891. In 4°.
X I + 392 pp.
Baarda, M. J. van. Woordenlijst. Galèlareesch-Hollandsch. Met ethnologische
aanteekeningen, op de woorden, die daartoe aanleiding gaven. 1895. In gr. 8°.
VII + 536 pp.
Nooy, H. A. de, met bestand van Jlas Padmasoesastra. lavaansche woordenlijst,
bevattende woorden in Midden-Java in gebruik vergeleken met het
Javaansch in de residentie Soerakarta. 1893. In gr. 8°.
V + 195 (Jav.) pp.
Wijiigaarden, J. K. Sawuneesche Woordenlijst. Met een voorwoord van C. Poeii-
sen. 1896. In gr. 8°.
119 pp.
Toorn, J. L. van der. Minangkabausche Spraakkunst. 1899. In gr. 8°.
XXIV + 227 pp.
Râmâyana. Oudjavaansch heldendioht. Uitgegeven door H. Kern. 1900. In 4°.
VII + 316 (Jav.) + 20 pp.
Roest, J. L. 1). van der. Woordonlÿst der Tobelo-böeng-taal. 1905. In gr. 8°.
139 pp.