en voor het blijvend bestaan der Orde, tracht altijd de Br.\
eensgezindheid tè bewaren, welke een der sterkste bolwerken
van onze Orde uitmaakt, en het meeste zal bijdragen om het
menschdom beter te doen worden.
Uw toegen. Mede-Br.-.
2 April 1 8 4 3 . g e t. J. W. Vredenburch
Gr.\ Secretaris.
II. Biz. 37, n°. 612. De Delftsche Akademie als Instituut tot
opleiding van ambtenaren voor Nederlandsch Indie door P. J.
Veth (Grids 1853, II, biz. 62—94). De penning bij J. S. VAN
Coevorden, Chronologische lijst n°. 69. Z. 18 W.
II. Biz. 40. Bij te voegen als 8. Een woord over A. R. F alck
(Vad. Lett. 1846, II, biz. 71—80, 119—129en 147—159).Nog
een woord over A. R. F alck door' baron de R eiffenberg in Alg.
K.- en Letterbode 1846, n°. 1 door R. te H.
II. Biz. 40, n°. 614. 25jarig bestaan der graden van Uitverkoren
en Opperuitverkoren Meesters.
Voorzijde: In een cirkel, gevormd door een binnenrand, waarom
heen zich een geheel gesloten keten windt:
HET
VIJF EN TWINTIG
JARIG BESTAAN
GEVIERD
MDCCCXLim
• Keerzijde : Een uit stralen gevormde zespuntige ster.
Goud, zilver en brons. Groot 19.
II. Biz. 43, regel 9 v. b ., staat: 53, lees, 33.
II. Biz. 47. (1) L. Jottrant, Guillaume Ier avant son avènement
au trône. Bruxelles 1827 , avec portrait.
II. Biz. 50. In te voegen n°. XVII. Gegraveerde penning in
zilver, uitgereikt aan den politiebeambte Manik, voor het ge-
vangennemen van den Depati van Lambon 1844 (Gat. Bat. Gen.
1886, n°. 6 9 -Galvanoplastische afdruk).
ID
I