290
I. Biz. 138, n°. 148. Overlijden van Th e o d o r u s van den
I d s e r t. /
Voorzijde : De dood, twee brandende fakkels en een kleed vast-
houdende, waarop men leest:
D.(eo) O.(ptimo) M.(aximo)
Bid voor de Ziel
Van Zaliger den Zeer
Eerw. Vader
THEODORUS
VAN DEN IDSERT
Overleden den I e"
Januarij A° 1819
R.(equiescat) J.(n ) P.(ace). (Hij ru s te in v re d e )
Achter het kleed: Twee gekruiste zeissen.
Daaronder: een compartiment met de inscriptie:
m e m en t o
m o r i.
(Gedenk te sterven)
Keerzijde: Onder een hemellicht met het alziend oog een graf-
monument, waarboven twee engeltjes een banderol houden
met het flauw zichtbaar opschrift:
*) m ih i hodi Eccle 38
Op het monument is een gevleugelde zandlooper, rüstend op
een doodshoofd en twee doodsbeenderen geplaatst.
Op de voorplaat : Vigilate itaque (Waakt derhalve)
Matt. 23, V. 13.
Zilver, gegoten en later bijgegraveerd, met oog en ring (Ver-
zameling der stad Amsterdam).
I. Blz. 138, n°. 148. 27 October 1819.
Concou rs van de Loge les t r o i s n i v e a u x
te Os tende.
') HODIE MIHI, CRAS TIBI (Heden m y , morgen dy). P re d ik e r?