691. Als boven.
Ge d e n k p e n n i n gje.
Yoorzijde : De Koning, gehuld in een hermelijnen mantel, staande
bij een altaar, prijkende met het wapen der Nederlanden, en
waarop een blad geschrift met het opschrift GROND | WET
ligt, zweert met opgeheven rechterarm, terwijl hij den linkerarm
over de Grondwet houdt uitgestrekt.
Omschrift: TROUW AAN NEDERLAND.
Keerzijde. Boven het gekroonde wapen van Amsterdam :
INHULDIGING
VAN
WILLEM IH.
12 MEI 1849.
Gr. 19. Köper verguld.
1. J. v an H a r d e rw i jk R zn. , Bij de inhuldiging van Z. M. Willem
III den 12den Mei. Rotterdam 1849, 8°.
2. P. P. R o o rd a v a n E ijs in g a , Feestzang bij de plegtige inhuldiging
en krooning van Z. M. Willem III. Leyden 1849, 8°.
3. Lied ter inhuldiging van Neerlands derden koning. Amsterdam
1849, 8 °.
4. Gedenkschrift van de inhuldiging des Konings Willem III
binnen de hoofdstad des rijks, 12 Mei 1849, door A. L. G. T oussa
in t . Haarlem 1849 (royaal 8°.). Met portretten, 90 blz.
5 . L a u t s (Hoogleeraar), Levensschets van Koning Willem III
tot aan de inhuldiging. Amsterdam 1849 (8 Mei) VIII, 68 blz. 8°.
6. Leerrede ter gelegenheid van het overlijden van Z. M. Willem
II en de troonsbeklimming van Z. M. Willem III, gehouden
in de Hoofd-Synagoge te Groningen op Zaturdag den 31 Maart
1849 door S. J. van R o n k e l , Godsdienstoefenaar enz. aldaar. Grón.
1849, 8°. 19 blz. (Vad. Lett. 1850, I, blz. 291—292.)