•S S * 170 «22»
Pakketvaart, die als vlaggeschlp dienst deed.
Den volgenden morgen had de landing plaats.
Heel In de vroegte heerschte aan boord van de
oorlogsbodems en andere vaartulgen een ge-
weidige drukte, doch alles ging zoo geregeld
In zijn werk dat reeds om 7 uur het eerste
échelon X pl.m. 1200 man X aan wal stapte.
Een paar Ballneesche vlsscherlul stonden
alles kalm aan te zlen, alleen een kampong-
hond, die zieh te goed deed aan een door de
golven heen en weer gezeuld dood varken nam
luid huilend de vlucht. Van den vljand geen
spoor. Spoedlg volgde nu het tweede en het
derde gedeelte van de legermacht X een
4 0 0 0 man X, de intendance, paarden, bagage,
enz. Gelljk met het eerste gedeelte had ik
Badoeng betreden; dadelljk llep Ik naar
Pabean Sanoer X op een 5 0 0 meter afstand
X en vond ik nog gelegenheld dit af te beeiden
vóór de troepen er binnen trokken X zle tee-
kening blz. 168 X. Merkwaardlg waren de op
het strand llggende vaartulgjes met een oli-
fantskop aan den voorsteven.¡223SS%22SSS2i
De eerste nacht aan wal ging rüstig voorbij,
doch nauwelljks was de dag weer aangebro-
ken of de Ballers deden een vergeefschen
aanvai op het blvak; de arme kerels verkeer-
den nog in den waan dat zlj met hun lansen
en hun moed Iets vermochten tegen onze
moderne geweren. Hun plan was geweest het
In den nacht te probeeren, doch de vele zoek-
lichten van de oorlogsbodems die het strand
en den heelen omtrek den ganschen nacht door
zoo hei verllchtten, hadden hen totaal in de
war gebracht en als verlamd. i Ä Ä S Ä ?
De volgende dagen dreunde onophoudelljk
het geschut van de oorlogsschepen. Vellig als
bij moeder thuls en als gold het een schiet-
oefenlng, werden door de Jantjes de kanonnen
geladen en afgeschoten op den onzichtbaren
vljand en het onzlchtbare Den-Pasar. Elk
schot deed mij pljn als ik dacht dat die groote
granaten mlsschlen mldden op een e rf terecht
zouden komen of In een wonlng en ulteen-
spattend, jammer en eilende zouden versprei-
den. Doch het doel wasgelukkig ver, de llgglng
nlet julst bekend en_ lang nlet alle granaten
sprongen, zooals mij later ook gebleken is.
Na Sanoer onderwlerpen zieh de omllggende
dessa’s Renong, Pandjér en SSsetan. Vljf
weer op om spoedig daarop ult het gezlcht te verdwljnen. Ons bleef nlet anders over
uüJ*®®! naar °? s bamboe-hu'sJe te KßtSwel terug te keeren, het kookgerel en de veld-
bedden te ontpakken en ons nogmaals voor een nacht In te richten. Telkens werd Ik
m a a r^ e t mTnriPi^wppH ^ da~ ^e lu)is*er^n ^offe gedreun van de branding, die
Voor het nog geheel dag was, stonden we weer aan het strand, m a S ^ S d e ^ ^ d e
branding met en het bericht dat in den nacht een Chlneesch vaartulg hier op de koraal-
$ 1 van de °P varenden verdronken waren, deed bij de vlsschers
vprminrit^frl i®! vYa9en van eenipoging om door de branding te komen sterk
verminderen. Doch Schutstal stond er op die poging te wagen, en na lana redeneeren
l l aatatf S*terkSt® praUW va1 het ho°9® s* and gelle^roeiers bemand. En toen nu een geweldige roller schulmend enp mt eent dmondÄere nmdo gedewTsetlde
uiteen was geslagen en breed zieh ultspreidend tot ver op het strand, voorbij onze prauw.
9,e'° ° P e.n> toanJ r eird0nSJ ranke vaartulg door een honderdtal handen aangegrepen
en in zee geduwd. Wat stonden de gezichten der roeiers ernstig en wat bewoqen ze
iH nS aH,fni , ! ? °P kok®nde water- De ma" aan het roer staarde strak voor zieh
Ü i a J S ^ komende golven. Een volgende roller krulde zieh om boven de prauw en
cnf|Ze "h®tr hal,vo1 water. Gelukkig bleef ons scheepje in de goede rlchtlng, en
door ninn voorwaarts dat de derde deinlng, ons hoog optlllend, onder ons
door ging en achter ons, zieh statig krullend, uiteensloeg — het was gelukt. Enkele uren
later stapfen we, onder een plasregen aan boord «an de „Both", een stoomer «an de
dagen na de landing trokken de troepen door Tangtoe naar KSsiman, waar
maar heel weinig tegenstand werd ontmoet; in de in overhaasting ontruimde
Poerl brachten zlj den nacht door; den volgenden dag werd SSméta en de
hoofdplaats bezet. Eigenlljk gevochten Is daarblj niet. De vorst van Badoeng
was vertaten door zijn volk dat het nut van oorlogvoeren tegen de compagnie
niet inzag en nog stechts omringd door zijn hovelingen, zijn vrouwen en kin-
deren en bloedverwanten met enkele getrouwen. Deze allen hadden besloten
te sterven, llever dan zieh te onderwerpen.
En toen de troepen de hoofdplaats binnen trokken verliet de vorst met de
zijnen de poeri. Hij werd door een hoveling op de schouders gedragen; allen
waren op het moolst ultgedost en met kostbare krissen en lansen gewapend;
zoo liepen ze kalm hun dood tegemoet. Maar de vorst wilde niet dat onze
Soldaten hem en de zijnen gratis zouden afmaken, waarom hlj groote sommen
gelds aan de vrouwen had laten uitdeelen, die het den onzen onder ’t schieten
toewierpen. Aldus betaalde deze kranlge vorst zijn eigen executie met guile
hand. Nog een tweede stoet kwam ult de poerl, aangevoerd door een jongen
van twaalf jaar, een broertje van den radja en ook deze stoet Het zieh neer-
schieten. Nog den zelfden dag werd ook PamStjoetan, vlak bij Den-Pasar,
binnen getrokken, en weer herhaalde zieh de zelfde treurlge geschiedenis.
Telkens verlleten groepen Bailers de Poerl, die midden in de plaats lag, en
liepen ze op de Soldaten toe om den dood te zoeken. Toen de troepen op een
groot plein v66r het palels waren gekomen vonden zlj daar rulm honderd
dooden op en door elkaar gelegen. Hier had de oude radja van PamStjoetan
zieh met de zijnen^onderllng gekrlsi Hoeveel Ballers dien dag den dood boven
schände verkozen valt moeleiljk ult te maken. Volgens de officleele berichten,
naar Eten Haag geselnd, waren het er 4 5 0 , maar volgens de BallSrs waren
Den volgenden morgen meldde zieh bij de wacht X het
leger was in de poeri van Den-Pasar ondergebracht X
een poenggawa of distrlctshoofd met beleefd verzoek
om doodgeschoten te worden. Tot zijn spijt had hlj den
vorigen dag den poepoetan nlet mede kunnen makenl
Aan zijn verzoek werd natuurlijk nlet voldaan, waarop
En zoo min als de vorsten en hun getrouwen in onze
handen wilden vallen, zoomln wilden ze ons hunne be-
zittingen gunnen; en zoo werd de brand gestoken In
vele palelzen en wonlngen van hoofden en grooten en
onlstond er in de hoofdplaats een ruYnenstad van meer
dan een kllometer In het vlerkant, alleen In de hoofd-
poerl kon de brand reeds in den aanvang worden ge-
bluscht De dessa PamStjoetan ging voor het grootste
deel In vlammen op; daar was het terrein van de ver-
woestlng nog ultgestrekter dan in Den-Pasar. Alleen
een steenen toren met klokken op het groote markt-
pleln stond nog onbeschadlgd te mldden der ruYnes
X zie teekenlng op blz. 170 X. Het was een treurige
aanblik al die zwart geblakerde muurbrokken, met
daartusschen een chaos van verkoold hout, gebroken
beeiden, ingezakte godenverblijven, potscherven, enz.
enz. Wat al fraal beeldhouwwerk en snljwerk en fraal
hulsraad is daar verloren gegaanl Tusschen de muren
stonden overal door de bitte verschroeide en tot ge-
raamten verschrompelde boomen en heesters. ¡¿25?
In de groote poerl van Den-Pasar, op eenige van de
ruime plelnen, onder de talrljke open tenten of in de
steenen gebouwtjes, werden de Soldaten ondergebracht.
Ik zelf bouwde me met behulp van een paar katoenen
lappen, in de verwoesle stad, bulten de poeri een luchtig
hulsje onder het afdak van een poort X afgebeeld op
het midden van het prentje op deze blz. X. Van hier ult
maakte Ik verschillende tochtjes in den omtrek, o. a.
bezocht Ik drie maal de poerl van KSsiman, om den
zeer mooien huistempel van den gesneuvelden vorst,
nauwkeurlg op te meten en in beeid te brengen. ¡¿SR
■ ■ W l e z e zeer uitgestrekte poerl was niet verbrand,
H W B m a a r totaal door de bevolklng leeggeplun-
I lW l d e r d . De Indeeling was als van alle poeri’s;
■ I l H v e e l Vierkante pleinen en pleintjes mettalrijke
I^BB^PClhuisjes en door hooge muren omsloten. De
huistempel was echter merkwaardig en mooier dan Ik
ooit een gezlen had. Dit heillgdom, geheel door een
gracht omgeven, bestond uit vier eilandjes die door vljf
smalle steenen bruggetjes met elkaar en methetverdere
paleis verbonden waren X zle plattegrond op blz. 173 X.
Een zeer sierlljke poort X zle blz. 174 X , waarvan het
bovengedeelte geheel met Ornament was overdekt,