1549. Inv. v. Zuilen, blz. 1800. Aan Theodorus v. Berckel in 1768
ƒ 1681 — 4 — 10. '
1550. 1768. Op den komst van den Koning van Denemarken te
Brussel Vz. Borstbeeld van den Gouverneur-Generaal, links gewend,
geharnasd met golvend haar op zijne schouders vallende en
met twee kruizen van de Teutonische orde op zijn borst. Omschrift;
CAR(olus) ALEX(ander) LOTH(aringiae) DUX BELG(ii) PRAEFfec-
tus). Kz. De Gouverneur-Generaal voor eene colonnade staande, links
gewend, geeft aan den staanden Koning de hand. Omschrift: Ad-
VENTJIS REGIS D aNÏAE.
In de afsnede: MDCCLVIII. — R(oettiers).
Bij Piot, Coins n° 835—840, groot 34 Mm. in parelranden. Méd.
de Marie Therèse p. 286.)
1551. (Verv. 431. Plaat XXXIX, blz. 26-j|27.) Prijspenning
van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Gesneden door
B. C. van Caleer volg. ontwerp van C. P loos van Amstel. 1)
---1552. (Verv. 432. Als boven, blz. 27—28). Gesneden door B.
C. van P aleer. -—Het honderdjarig bestaan van het Zeeuwsch Genootschap
werd gevierd op Woensdag den 7den April 1869, des namiddags
te een uur, in de vergaderzaal der Provinciale Staten in de
Ahdij te Middelburg en besloten met een maaltijd in de Sociëteit
St. Joris.
1553. 1769. (Verv. 433. Plaat XXXIX, blz. 28—29.) Ont-
grondingspenning voor passagie te Rotterdam.
1554. Z. J. (Verv. n° 434. Plaat XXIX, blz. 29.) Als boven
te Gorinchem.
1555. Z. J. Looden ontgrondingspenning (?) van Leiden in Kón.
P. Kab. Aanw. 1880, blz. 13.
1556. Z. J. Als boven van ’s Gravenhage. Vz. ’s Gravenhage
(15) boven een klimmende leeuw. Kz. Een zeer ruw; en onvolkomen
gegraveerde ooijevaar als wapen dier gemeente.
(Leidsch Penningk. 18 Mei 1871. (K. P. Kab ?)
0 De penning (zie blz, 27) aan Cornelis Zülesen, in 1781 vereerd, werd door
Bom (1873 Juni) n° 4611. Z. 91 W. verkocht. In Cat. de Groot-Kooiman (1888)
is er een (n° 1521, Z. 79 W.) in 1779 aan S: van Nooten Jansz. toegekend.
1557. 1769, 17 Februari. Zilveren bruiloft van C. Boetlof en
A. K. Visser.
T oorzijde ruw gegoten. Man en vrouw onder een boom, beladen
met druiventrossen staande, vertrappen een onder hunne voeten liggend
wangedrocht. Zij geven elkander de rechterhand, terwijl zij in
de linker hand ieder een brandend hart houden.
Omschrift: Nil hciec con ƒ nubici turbet. (Dat niets dit huwelijk
ontruste.)
Keerzijde: Tusschen wat lofwerk fraai gesneden op 9 regels:
Ter gedagtenis / van de 25jarige ; J,, Trouwdag / . van / COENB.
BOETLOF en A: K: VISSER. Geviert den 17 Febr: 1769.
Zilver, groot 32. Kon. P. Kab. Aanw. 1883 Y blz. 159. Cat.
van Mej. Drekman nr’ 102. Hooft van Iddekinge n° 604. Z. 24 W.
De Groot-Kooiman n° 1500. Z. 23 W. Eerste Lijst n ’ 30.
1558. 1769. Als boven- van M. M. Z. Steenis en G. B. van
Ghemmines. Ndvorscher VI, blz. 73. D e R ote n° 3147. Z. f 1.75.
(Eerste Lijst n° 28).
1559. 1769 2 Juni. Als boven van J oannes de W it en Marga-
retha Geertruy Slegt. Vragen n° 19. (Eerste Lijst n°39). de R ote
ïïtSMB; Mm. 34 Z. f 4.50. Navorscher VI, 259. Posthumus n° 1774
Mm. 50. Z 38 W. Bom (1873) n° 2049-, Mm. 50. Z. 40 W.,
Fraaie penning. Zilver, groot 34 Mm. (Kon. P. Kab.)
I oorzijde: Eene met bloemen .gekapte jeugdige vrouw onder
een palmboom op een baal gezeten, houdt in hare uitgestrekte
rechterhand een kasteel of burgt met spits dak (waarboven eene
zon zweeft.) Uit hare linkerhand laat zij geldstukken vallen. Nevens
haar staan een groote kist, ton, Mercuriusstaf en hoorn des
overvloeds. Op den achtergrond bergen en zee met daarin zeilende
schepen.
Omschrift.: De Godtzaligheydt is tot alle dingen nut. In de
afsnede : ’t Zilvrefeest (geviert 1769). Op den sokel J. G. H oltzhey,
fec(it).
Keerzijde: Bestraald door het alziend oog en hemellicht, staan
de jubilarissen, elkander de rechter hand gevende, bij een altaar,
waarop een vlam zich verheft. De man in amtieke kleeding heft
de linker hand hemelwaarts. Omschrift: JOANNES DE WIT en