REPERTORIUM
Navorscher X, blz. 187, bij van Balen. Kab. A. J. Smits van
Nieuwerkèrk, die de beschrijving mededeelde Kon. P. Kab. Aanw.
1888 blz. 138.) Bom, (13 April 1891) n° 657. Z. 6 W.
2390. 1793 6 Nov. Als boven van Arent Jacobsz Breet, geb. 10
Jum 1745 en Barbertje Pieters Corver, geb. 20 Septb. 1747. (Vervolg
X, blz. 408 (2). Bij J. Schulman IX, n° 463. Mm. 45. Z. 26. W. f 6.—.
Vz. Een echtpaar, offerende bij een brandend altaar, waarop een
slangencirkel met 25 en twee zamenverbonden harten op loof geplaatst.
Daarnevens, rechts, een hoorn van overvloed en een Mer-
curiusstaf en links een lepelaar en onklaar anker. Rechts nog stapels
planken en een houtmolen. Het geheel bestraald door het
Alziend Oog.
In de afsnede: M e t waaee
DANKBAARHEID.
Lageman f(ecit.)
Ks. Boven een huwelijkstoorts en palmtak. kruiselings geleed
gestempeld: . G
ARENT / IACOBSZ BREET / ge bor en 10 I u n y A® 1745/e n
BARBERTJE PIETERS CORVER, g e bo re n 20 Se pt ember
A° 1747 ƒ in den ECHT ver ee nigd 6 Novemb er A° / 1768.
D it nieu v e r v a a r d i g d zi lver s tuk /
W y s t aan ’t ge no e gl y k echt ge luk
Yan BREET en CORVER’S p a a r e n
Voor vyv en t wi n t i g Iaaren.
6 Novemb er A® 1793. Z. groot 31.
A. J. Breet was houthandelaar te Zaandijk. Het is een der beste
penningen van Lageman.
In Cat. Teding van Berkhout- n° 824. Z. Schulman. XII, n° 280,
/ 5.50. Bom (1889) blz. 60,' n° 84. (4 stuks) Z. 26 W.' Kist-n°.
967. Cat. Tent. Zaandam n® 1407. De Roye n® 3449. Z. f 3.— .
De Vries (1884) n° 2481. Z. 26 W. f 2.25.
2391. 1793. Gouden bruiloft van Car. Potgieter en A. Groenevelt. Gest.
penning door Lageman. Bij Bowf(Septb. 1889) n° 218. Mm. 45. Brons.
2392. 1693. Als boven van J. Hubrecht en A. L. van Lanschot.
Cat. J. W. te Water n° 684. Tweede Lijst n® 392. Navorscher
VII, blz. 165.
REPERTORIUM (1793). 161
2392*. 1793. Gedreven zilveren penning op het overlijden van
M. Feitema, Wed. van J. van Vollenhoven. Kon. P. Kab. 1886, blz. 17.
2393. 1793. Als boven van Alewijn Maan en Margrita Huebin.
Navorscher VI, (1856) blz. 73.
2394. 1793. Op het overlijden van Hendrik Goethals. Mm. 43.
Gesneden door de Hondt. (Brons), v. Duren n° 2851.
2395. 1793 6 Dec. Prijsp. van Mathesis Scientiarum Genitrix.
(Verv. n® 632. (1785). Kz. op het vlak gesneden: Voor getrouwe
diensten als ordinair medebestierder, gedurende twee Jaaren aan deeze
Maatschappy gedaan, is deze gedenkpenning vereerd den WelEd. Heere
M. J. E. G o e t ze e . 1711/093. Bij P. Smidt van Gelder no. 4118.
Gr. 33. Z. 20 W. Gekocht door Blikman Kikkert voor f 10.—.
2395*. 1793. Tot Nut en Uitspanning. Dispuutgezelschap te
Amsterdam dat zilveren medailles uitloofde (en gaf ?) voor bekroonde
prijsvragen. (Navorscher 1886, blz. 651.)
1794.
2396. 1794 12 April. (Verv. n° 817. Plaat LXXVIII, blz.
433S 434.) Vijftigjarig huwelijk van W. Wichers en W. Smith.
2397. 1794 31 Aug. (Verv. n° 818 A. Plaat LXXVIH, blz.
435.) Op het overlijden van Hendrik Hooft Dz.
2398. Als boven. (Verv. n° 818 B. Plaat LXXVIII, blz. 435.)
2399. (Kon. P. Kab. Aanw. 1871, blz. 9). Onuitgegeven eenzijdig
zilveren plaatje op het overlijden van H. Hooft.
, Bij Jer. de Vries (1884) nog n° 2607 en 2608.) Rond
gedreven plaatjes. Mm. 32. Z. 1 w. in en zonder lijstje,
achter glas ƒ —.50, op dat overlijden *) en n° 2608
ook bij Jamieson-Feuens (n° 3247) puntig, ovaal plaatje.
Mm. 20/11.— ', Goud 0.4. W. f 6.—.
2400.
2401.
>) ln de Navorscher XX, (1870) blz. 76—77 deelde de heer A. G. de Graaff
mede onder n°. Drie begrafenisbriefjes: a) Loender Sloot, b) Boender Sloot.
Op de buitenplaats Valkenheining met Grafschrift en Levensbericht en c (als bJ
met lijkgedichtje en levensbericht van H. Hooft Dz.
Op de Hist. Tent. te Amsterdam (1876) was onder no. 1788 (Inz. G. A.
Reineken), (Stedelijk: Museum van Amsterdam), een glazen beker, waarop gegraveerd
een borstbeeld, een keeshond, het Amsterdamsch wapen en het volgend
opschrift: