R E P E R T O R I UM.
V ierde deel.
^ 1523. 1768. (Vervolg n° 417 Plaat XXXVII, bl. 9—10. Op
den aanvang des Jaars. ^) Hiervan bezit ik eene gedrukte „Vei-
„klaaring van eene medaille, vervattende den Toestand des Tijds, bij
den Aanvang van het jaar 1768”, waar de Vz. als Kz. van blz. 9
en omgekeerd wordt beschreven: Gesneden door J .G . Holtzhey.
1524. 1668. 20 Februari. (Verv. n° 418. Plaat XXXVII, blz.
jO_13) Op het vijftigjarig bestaan van het „Saturdags Gezelschap.
Een gouden exemplaar (ter zwaarte van 29.7 W.) werd onder n° 764
te Utrecht in Oct. 1867 verkocht (Cat. Mevr. Wed. F. van de Poll
geb. Bonn, dochter van den Hoogleer aar Andries Bonn, overleden 2
September 1817) alsmede een exemplaar in Z. 20 W. onder ns 765.
In den Cat. van het Amsterdamsch Museum van het Kon. Oudh.
Gen. (toen) in de zalen van het Oud Mannenhuis (Amst. 1877) komen
voor onder n° 7. (18de Eeuw) twee . Wolf bekers ‘j van de Saturdagsche
krans, waarvan, volgens bijgevoegde kwitantie, een geleverd is in 1786
door de Wed. G. A. Maistre & Zoon te ’s Hage met „exter (extra) fraay
gestipte Vriendschap met bijschrift en betaald ƒ 42. (Coli. Mr. P. J.
Teding van Berkhout.) Zie verder het Bijblad achter Vervolg van
Loon X, blz. H—III n° 10, alwaar de latijnsche feestzang van P.
Burmannus Secundus en de vertaling daarvan door Hendrik de Bosch.
1525. (Vervolg n° 419. Plaat XXXVII, blz. 13 4 4.) Ter eere
van Daniel de Superville, overleden in 1768. 3) .
In de ter opheldering van dezen penning Deel X, Bijblad III, n° 11
bijgevoegde regelen vindt men eene verwijzing naar G. W. Fikenschen
Geschichte der Kön. Preuss. Friederich-Alexanders Universität zu Et -
langen te Coburg in 1795 in 8V0 uitgegeven.
T ' l a f vxro-pV BoTri Ckl cj4-. V » r l a r v v r o v I I A N I P T ,
0 De pewtawif/nummers van Vervolg I—V en VI X loopen zoowel wat de
platen als de penningen betreft, ook alhier door.
2) Naar den glasgraveur Wolf. Om de fijnheid der gravure goed te zien,
legge men een blaauw papier in het glas.
a) Bij de Boye n° 3132, Z. f 4.