schreven in het Vervolg X, Bijblad blz. XVII en XVIII n° 157.
Bij de R oye n° 3164. Z. f 4.—
De penning op hun gouden bruiloft is in Vervolg op van L oon
afgebeeld onder n° 839 en beschreven blz. 462.
1622. 1771. Als boven. Groote zilveren bruiloftspenning van
M. Holtzhey.
V z.: Zinnebeeldige voorstelling met omschrift:
Wy looven God voor al ’t genot.
K z .: Twee harten met omschrift: Door Hef de en trouw.
Door gegraveerde inscriptie toegepast op de zilveren bruiloft van
Gr. C. Visser en A aitje V olger. 1771. Cat. Tentoonstelling te Zaand.
n° 1383. (Van Wed. Middelhoven de Lange te Zaandam.) Cat. Arti
(1880) (Van F. H. Buijs te Zaandam.)
1623. Als boven van H. D as en S. B. L uykint. Gesneden door
Holtzhey. Mm. 61. Z. 70 W. bij Posthumus n° 2238.
1624. 1771 12 Januari. (Verv. n° 459. Plaat XLI, blz. 48—
49.) Gouden bruiloft van C. H. van H erwerden en H. van Beveren.
1625. 1771 1 April. Als boven van N. Sleght en J. E dens , gehuwd
te Amsterdam 1 April 1721, gevierd te Rotterdam.
Voorzijde: De Dankbaarheid met ten hemel gewenden blik en
uitgestrekte armen bij een omkransd, brandend, door hemellicht uit
wolken voorkomend, bestraald altaar, waarop 50.
Omschrift: Op een lint NICOLAAS SLEGHT en JOSINA EDENS
(T. V. B.(erckel). In de afsnede-: EST DEN ECHT VEREEND i TE
AMSTERD(AM) 1 Ap(ril) 1721.
Keerzijde: Bovenaan de wapens der jubilarissen, op een mirtenen
lauwertak geplaatst, zijnde dat van Sleght gekwarteleerd (1 en 4)
van sinopel met een ster, en twee dos d dos geplaatste wassenaars
en daaronder een naar de linkerzijde gewéndde haring: (2 en 3) Van
keel met een rechtsgewende ever of zwijnskop.
E dens van lazuur, waarin een linksgewend grazend schaap van
zilver. Daaronder:
Gods gunst schonk aan den Echt
Van E dens met haar Sleght
Voorbeeldelyken zegen,
Een reeks van vyftig jaer;
Des komt dat deftig paer
Zyn’ Heilbezoeker tegen
En zwaait Hem, bly te moê,
Dankofferanden toe. N. V.
Onderaan: Geviert te Botterd(ani) den 1 April 1771.
Eerste Lijst n° 59. Vragen n° 23, blz. 28. Bij de Boye n° 3765
ƒ 1.50. Swellengrebel n° 1298. Van Sytzama n° 24 Z. 23 W.
Teding van Berkhout n° 671, Mm. 40, Z. 22 W. Ook bij Onghena
(1885) n° 669 in brons. Völcker n° 1655. Z. 22 W. f 24.—. En
in Zilver in het Kon. P. Kab.
1626. 1771. Op het overlijden van den Eerw. Pater Jac. T hooren-
burg. Eerste Lijst n°. 58.
1627. 1771. Inv. ’s Bosch, blz. 1808. Aan de Wed. Theodorus
van Berckel. f 1500-4-12.
1772.
1628. Aanvang des jaars 1772. Ingestempeld 72 op een gelegen-
heidspenning van J. M. L ageman met Consulte pergentes etc. (Kab.
Smits v. Nieuwerkerk..)
1629. Op den aanVang van het jaar. Als deugt en yver wort
betragt, enz. Door J. M. L ageman. Bij Völcker n° 1656. Z. 12 W.
1630. 1772 4 Januari. (Verv. n° 460. Plaat XLII, blz. 49—50.)
Prijspenning van het Genootschap : „Kunstliefde spaart geen vlijt.”
Gesneden door T. van Berckel.
Met. Deze aan Ml\ I. H. DEDEL, Beschermheer van het Genootschap.
(Cat. Posthumus n° 1189. Z. 68 W.)
1631. Als boven. Met. Deze aan Mr. QUIRIJN VAN STRIJEN,
Beschermheer van het Genootschap. (Aid. n° 1190. Z. 70 W.)
1632. Als boven. Kz. Ter gedachtenis van Mr. P. STEYN,
beschermheer van het Genootschap. (Met het vers van van Hoogstraten.)
Z. 65 W.
1633. Als boven. Ter gedachtenis van Mr. T. HOOG, beschermheer
van het Genootschap. Bij Onghena. Diam. 54 M.m. Z.
1634. Als boven. In 1784 ter aanmoediging geschonken aan
den Vlaardingschen dichter Jacob van Dijk, die van eenvoudig