2262. Koperen penning, waarin gesneden : K.
den 12 April
(Coll. Dirks.) Nav. XVIII, blz. 612. 1787.
Over Land.
2263. 's Bosch. Inv. v. Zuilen, blz. 1860. 950 stuks Stadhuispenningen.
ƒ 666 - 4 - 8. f 722 - 5 - 12. Aan Leonard Engelkerken.
Gouden voor steenen gevels, f 133 - 18 en 434 stuks voor brand-
gereedschap. f 304 - 14 - 2.
2264. Penning op het huwelijk. Mm. 45. Door Lageman. Op
den kant gegraveerd: Ls. Bloeminge & A. H eyink den 7 February.
Z. 26 W.
2265. 1787 31 October. Zilveren bruiloft van Johannes Ilamelau,
Hersteld Luthersch Predikant te Amsterdam, en G. Brugman. (Vervolg.
Deel X, blz. 428(3). Cat. Arti (1880), n° 1627. Kantschrift:
Domine J. Ilamelau en G. Brugman, 31 October 1787 van een penning
met Bax ut jus et amor stent det- Deus. Kz. Vierregelig
Hollandsch versje. (Gesneden door Lageman ?) Cat. Bist. Tent.
te Amst. (1876) n° 1787. (1). C. Meyer Jr.)
2266. Als boven van J. Daams en C. Kouwenhoven. Getrouwd
19 Mey 1762. (Door J. G. Holtzhey). Uitvoerig beschreven in de
Navorscher, XXH (1872), blz. 120—122, door A. C. de Graaf.
2267. 1787. Ovale gedreven gedenkpenning op het overlijden
van Pater F ranciscus D odigom. (Bij W. Hoorneman.) Mm. 65/56.
Z. 46 W. Cat. Tent. Amst. (1876) n° 3896. Kon. P. Kab. Zilver.
Ovaal 43/39.
Voorzijde. Een door een hemellicht, waarin het alziend oog, beschenen
groote graftombe of kist met ornament aan het hoofdeinde,
waarop een doodshoofd, liggende op twee kruislings geplaatste schren-
kels en bekroond met een gevleugelden zandlooper rust.
Opschrift op een wimpel door twee. engeltjes vastgehouden, (afgesleten)
: Mihi heri tibi hodie. Eccli. 38. V. 23.
(Mij morgen, u heden. Prediker 38 vers 23.)
Op het voetstuk der k is t:
Vigilate itaque. (Waakt derhalven.)
Matt. 25. V. 13.
Kz. De dood met twee fakkels houdt een tableau of doek v ast,
waarachter twee kruislings geplaatste zeissen uitspringen en dat gesloten
is door een compartimentje, waarop (bijna uitgesleten) te
lezen : memento mori. Op het doek gesneden :
D(eo) 0(ptimo) M(aximo)
Bid voor de Ziel
van Zaliger den Eerw
Paater
FRANCISCUS DODIGOM.
Overheden den 20n
February A° 1787.
R(equiescat) I(n) P(ace.)
Numismatique de la Révolution Liégeoise, par le baron de Chestret,
in de Revue Belge de numismatique (1883), p. 281 -- 295 aldaar, drie
penningen van 1787, pl. III.
2268. (1) Rond, p. 284. Le perron Liégeois (met een schildje
waarin 22) en in een krans waarbij L.-G. en 17 - 87. Kz. In krans :
Paix de Fexhe 1316.
2269. (2) Rond. Le Perron L. G. 1787, met een banderol, waarop:
Soutenu par l’état noble. Kz. als n° 1. J)
') 13 Mars 1890. a) Coll. Corbeaux à Bruxelles.
45 Portrait de van der Noot en bronze, dans un joli cadre de bois.
46 La nation namuroise. 1787. B. Besurgunt. Arg.
47 Messire. H. van der N oot. Sovtien. D. P atriot. Buste à gauche. Arg.
48 Médaille ovale au buste de Van der Noot. Bronze.
49 Idem. Module plus petit.
50 V. P atriote. É cu au lion. 2 pièces. Arg.
51 Brabantia. Plaque au lion. Arg.
52 Y. P atriote. Plaque au lion. Bronze.
53 Plaque au lion. Argent doré.
54 La même. Médaille ovale.
55 Vive P atriote. É cu au lion. B/. Libertas Brabantica, 30 Mai 1787
Médaillon sous verre.
56 Brabantia. R/. P ro P atria. 1789. — V. L. Liberté, etc. 4 pièces.
Bronze.
57 Vivat Leopol, 1789. Écu aux armes : du Hainaut. du Luxembourg, de
Namur, du Limbourg et du Brabant. R/. Vivat J oseph II Empereur. É cu
aux armes d’Autriche, Beau médaillon sous verre.
58 V. P atriot. Écu au Lion. B/. Vive Braban, 1790. Couronne, chapeau
d’évêque, épée. Médaillon sous verre.