
OERASTIÏÏI G-IOIERATÏÏÏÏ TM 11. OEEASTIUM VISCOSÏÏI 1 , Ruige Muur. Hoogduitseh: Geknaultes Hornkraut.
Engelsch: Narrow Leaved Mouse-ear Chickweed.
Bloeit: Mei—Julij ©.
Stelsel yan Linnaeus: Cl. X. O. 5. Decandria Pentagynia.
Natuurlijk Stelsel: Yasculares Dicotyledoneae. O. Caryophylleae. Trib. Alsineae.
Geslachtskenmerken: Zie Deel VIL, N°. 549.
Soortelijke kenmerken : Hirsutum pallide virens, caulibus erectis vel ascendentibus, foliis inferioribus
subrotundis ovalibusque in petiolum angustatis, ceteris oblongis; cymae ramis corymbose congestis (glomeratis),
bracteis herbaceis, pedicelles calyce brevioribus deraum patenti-recurvis, sepalis lanceolatis acutis margine
anguste membranaceo usque ad apicem barbatis, petalis calycem sub-aequantibus bifidis, capsula cylindrica,
calyce duplo longiore, seminibus parvis triangulari-reniformibus granulhtis.
Behaard, bleekgroen. Stengels opgerigt of opstijgend , onderste bladen rondachtig en ovaal, in een bladsteel
versmald ; de overige langwerpig; takjes van den bloeitop tuilvormig opeengedrongen (kluwenachtig); schutblaadjes
kruidachtig; bloemsteeltjes korter dan de kelk , later uitgespreid-teruggebogen; kelkblaadjes lancetvormig
spits, met een smal vliezig randje, tot aan den top- geheel behaard; kroonbladen ongeveer even lang als
de kelk, tweespletig; zaaddoos cylindervormig, tweemaal langer dan de kelk; zaden klein, driehoekig-nier- vormig, gekorreld.
Deze plant is zeer kennelijk aan de sterke beharing, de bleekgroene kleur, aan de zeer korte bloemsteeltjes
en de tot den top behaarde kelkbladen. Gewoonlyk groeit zij opgerigt en is schraal van houding, waardoor
zij van de frischgroene, veelal neerliggende C . triviale Lk. reeds op het eerste gezigt is te onderscheiden.
Zij is door Vaillant, Bot. par. t. XXX f.- 3 uitmuntend afgebeeld onder den naam : Myosotis arvensis hirsuta
parvo jlore en komt overeen met C. viscosum L. Cod. 3397, C. erectum vïlloso-viscosum, Hort CM. p. 174
n°. 4, spec. 627 n°. 3. ■ r _ ~ '
Linnaeus schijnt haar echter ook met zijn C. vulgatum, Spec. 627 n°. 2, Cod. 3396 (Vaill. 'XXX, f. 1)
te hebben verward; de C. vulgatum in zijn herbarium beantwoordt aan onze soort. — Van daar dat er bij
latere auteurs,-die Linnaeus en elkander eenvoudig naschreven, zooveel misverstand omtrent eenvoudige en
goed herkenbare planten heeft. geheerscht. — C. vulgatum /? glomeratum D. C. Prod. komt ook met onze
plant overeen, alsmede de fraaije afbeelding bij Sowerby , Engl. Bot. 789, beschreven als C. vulgatum L.,
C. viscosum Huds*).
De haartjes zijn klierachtig en eenigzins kleverig (C . viscosum Fries), doch niet zoo sterk als bij C. gluti-
nosum , die bovendien door zijn onbehaarde, breed vliezig gerande schut- en kelkbladen en langere hoekig
afstaande vruchtsteeltjes verschilt.
C, brachypetalum Desp. is een vorm met smaller bladen en langer bloemsteeltjes.
De planten, die ik heb onderzocht, hadden smal-vliezig gerande kelkblaadjes, hetgeen slechts dooi*weinige
schrijvers is vermeld; de uitdrukking aapice barbatis” bij Koch en anderen heeft waarschijnlijk aanleiding
gegeven tot de vermelding van een bundeltje haartjes aan den top. Godron, Fl. de France, zegt zelfs:
»sepales barbus au sommet.” Ik vond de kelkblaadjes van onder tot boven regelmatig behaard. -— Zie ook
Boreau, Fl. du Centre d. I. F. p. 411.
De meest oorspronkelijke beschrijvingen schijnen mij die van Boreau (Centre de la France p. HO) en
Klinggrrff (Flora von Preussen p. 66).
Verklaring der Afbeelding: a. Bloeitop; l. bloem; c. id. doorsnede; d. schutblaadjes; e. kelk; f. kelkblaadjes;
g. stukje stengel met klierhaartjes; h. vruchten; i. zaad. — Alles vergroot.
Groeiplaats : Op vochtige beschaduwde grasgronden, in alle werelddeelen. - Waarschijnlijk van Aziatisch-
Europesche afkomst, is deze plant overal den mensch gevolgd.
Nederland. In het herbarium van de Nederlandsche Botanische Vereeniging zijn exemplaren uit de omstreken
van Leiden, Katwijk, Amsterdam, Rozendaal, Kampen, Nijmegen, Groningen, Vaals en Gulpen
en van Zuid-Beveland. Bij Haarlem vond ik haar op verscheidene plaatsen, het meest op beschaduwde gronden;
C. triviale meer langs de wegen. — De afgebeelde exemplaren zijn verzameld in Mei 1882 op de Hartenkamp
bij Bennebroek, toebehoorende aan den Heer Baron van Verschuer.
*) Onze plant is door de Gorter zeer goed onderscheiden als C. erectum vüloso-viscosum. L. (Flor. XVII Prov. N°. 396).
Van Hall heeft haar uit het oog verloren. Zijn C, vulgatum Fl. Belg. sept. p. 358, afgebeeld Flor. Bat., Deel IV N°. 259, is
wegens de lange bloemsteeltjes en onbehaarde kelkblaadjes blijkbaar C. triviale Lk.