dochter de goede zorgen van vader en moeder
op prijs zal stellen. Weerspännlgheld in deze
behoorde vroeger dan ook tot de zeldzaamheden.
Alleen in de laatste jaren is dit anders geworden.
Wel hebben ook nu nog de ouders het recht om
over hun kinderen als over een wettig eigendom
te beschlkken, maar het ontbreekt hun thans ten
eenemale aan de macht om een eigenzinnigen
zoon of een onwillige dochter tot gehoorzaamheid
te dwingen. Ook schijnt de eerbled van de kinderen
voor hun ouders zeer te zijn afgenomen, althans
weinigen zien er eenig bezwaar in om, vooral in
zake het huwelijk betreffende, hun eigen wil te
volgen. De ouden van dagen schrijven dit zeden-
bederf toe aan den invloed der vreemdelingen,
waarvoor zou kunnen pleiten dat hier in Boeffelfeng,
waar men het meest met de buitenwereld in aan-
raking komt, die afwijking van vroegere zeden en
gewoonten het meest in ’t oog loopt. Hoe dit
echter ook zijn möge, de afwijking bestaat, ze is algemeen en, wat wel het
ergste is, ze is tot adat verheven. Het wettige mepadik is door het onwettige
merangkat SK het schaken van een meisje met haar wil SK verdrongen, althans
zoo, dat van de tien huwelijken tegenwoordig negen op laatstbedoelde wijze
tot stand komen. Zelfs de hoogste standen en priesters schämen zieh niet
om längs dezen weg de hagamä SK wet, godsdienst SK tot een dooden letter
te maken. Men vindt deze manier van trouwen zoo prettig, dat men zijn bruid
schaakt ook al is men er ten volle van overtuigd dat hare ouders gaarne
Doch hooren we hoe dat schaken in zijn werk gaat. Een jongman zeker meisje
tot vrouw verlangende, zoekt op de een of andere wijze zieh van haar genegen-
heid te verzekeren. Gelukt het hem zieh met haar te verstaan, dan is hun
eerste werk om met elkander den dag te bepalen, waarop het meisje heimelijk
de ouderlijke woning vertaten zal. Is dat günstig oogenblik gekomen dan
begeeft de jongeling zieh des avonds in alle stilte naar zijn beminde, die gepakt
en gezakt zijn komst verbeidt, en vlugt met haar naar het huis van een in het
geheim betrokken vriend of bloedverwant SK mengkeb SK. Van uit dezen schuil-
hoek, waar de vlugtelingen zieh in den regel reeds als man en vrouw beschouwen,
zend hij den volgenden dag een zaakgelastigde naar de bedrogen ouders, om
vergiffenis voor het gepleegde kwaad en tevens hun toestemming tot het
huwelijk te verzoeken SK melepeh SK. Laten dezen zieh verbidden, of keuren
ze slechts goed om opspraak te vermijden, dan bepalen ze de voorwaarden,
waarop zij van hun dochter afstand zullen doen. Het gebruik wil echter dat de
familie van het meisje zieh, althans voor eenige dagen, voor hoogst beleedigd
houdt en van geen onderhandeling weten wil. Ook mag het jonge paar, dat
zoo lang soekreta SK onrein? SK is, in geen geval v6 6 r een door den priester
opgegeven dag, uit zijn schuilhoek te voorschijn komen. E r zijn er wel, die zulks
toch doen, maar daaraan danken zij ’t dan ook; dat ze onder de „vrijdenkers”
gerangschikt worden. Is de dag der bevrijding aangebroken, dan begeeft men
zieh in plechtigen optocht naar de ouders der bruid, om nogmaals schuld te
belijden, en betaalt de bruidegon of diens familie den koopprijs in geval deze
gevorderd wordt. Eigenlijk is dit meer de boete, waarmede hij zijn misdaad
moet goedmaken, maar de zaak komt overigens op het zelfde neer. S
Bedoelde optochten, waarbij de basé gedé SK een hooge mand, opgevuld met
allerlei levensmiddelen SK de hoofdrol speelt, hebben gewoonlijk des nachts
plaats; men zegt om de tränen, die bij zoo’n gelegenheid gestört worden, voor
ongewijde oogen te verbergen ! Die tränen verhinderen echter niemand om
ijverig deel te nemen aan een groot familiefeest SK mebèbas SK, waarmede de
plechtigheid besloten en het huwelijk als wettig voltrokken beschouwd wordt.
Niet altijd echter zijn de ouders gezind om zieh naar het verjangen van het
verliefde paar te schikken. In tegendeel; vaak verzetten zij zieh, om welke
reden dan ook, met alle geweld tegen het voorgenomen huwelijk. De wet geeft
hun daartoe het volste re ch t; zelfs hebben zij alle vrijheid om den schaker,
mocht hij hun in handen vallen, zij het ook met den dood voor zijn vermetel-
heid te straffen. Het gevolg hiervan is, dat zulke schaakpartijen vaak tot bloedige
straatgevechten aanleiding geven. Uit dit oogpunt de zaak beschouwende moet
men ’t dan ook nog maar loven, dat dit merangkat zoo zeer in den smaak van
het publiek valt. Immers, deze algemeene goedkeuring van een overigens
onwettige handeling stelt de vlugtelingen, des noodig, in Staat om hun schuilhoek
zorgvuldig verborgen te houden, tot tijd en wijle de drift der beleedigde familie
een weinig bekoeld is,
en men zieh bereid ver-
klaart om de onderhandeling
over den koopprijs
SK of boete $ te openen.
Het is er echter verre
van af, dat deze eilanders
zieh met een vreedzame
schaakpartij zouden te-
vreden stellen. Ook van
weerspannige vrouwen
en meisjes weten zij
zieh meester te maken.
Dit geschiedt door het
ngedjoek of melegan-
dang, dat we met „schaken
tegen wil en dank”
vertalen kunnen. Jonge
geheel onverwachts op
straat, op het veld, bij het weefgetouw of waar ook, door een
of meerdere personen met ruwe hand aangegrepen, geheel
weerloos naar een verafgelegen plaats letterlijk voortgesleept,
en daar in een haar onbekende woning opgesloten. Gewoonlijk
heeft dit des avonds of in den nacht plaats, doch als ’t niet
anders kan, dan schroomt men niet om zulks op klaar-lichten
dag te doen. Op mijn middagwandelingen ben ik meer dan eens
van dergelijken gewelddadigen roof getuige geweest Zoo stiet
ik onlangs op een hoop volks, mannen en vrouwen, die al gillende
en schreeuwende längs den weg trokken. Niet wetende wat er
aan de hand was, vroeg ik een uit de menigte naar de oorzaak
van zooveel rumoer, en nauwelijks had ik gesproken of een
jonge vrouw, met loshangende hären en deerlijk gehavende
kleeding, vliegt op mij aan met den uitroep: „help, help, ik word
geschaakt!” Ik zou haar en hare moeder, die de roovers gevolgd
was, gaarne geholpen hebben als ik maar eenigszins de macht
daartoe bezeten had. Maar waar men den moed heeft om zoo
iets te ondernemen onder het oog van onze ambtenaren, daar
bekreunt men zieh al zeer weinig om hetgeen een partikulier te.
zeggen heeft! Op een anderen keer vertelde mij iemand uit de
hoogste käste, in tegenwoordigheid van een zuster van den vorst,
dat hij dien avond naar N. zou gaan om daar de dochter van
N. N. te schaken. Op mijn vraag of het meisje van zijn voor-
nemen kennis droeg, luidde het antwoord: „wel neen! maar ik
heb met eenige vrienden afspraak gemaakt en onze maatregelen
zijn zoo genomen dat we zeker slagen zullen.”
En zoo ziet de niets kwaads vermoedende jonge dochter zieh
dan op eenmaal aan haar familie ontroofd en tegen haar wil
gedwongen den maagdelijken Staat met dien eener gehuwde
vrouw te verwisselen. De tooneelen, waarvan haar gevangenis
getuige is, laten zieh gemakkelijker denken dan beschrijven;
veelal toch is ’t den roover niet ernstig om een huwelijk te doen,
maar blijkt het, dat zinnelijke begeerten de voornaamste drijfveer
zijner gewelddadige handelingen waren. In elk geval heeft hij
te kampen met een weerspannige vrouw, die hem misschien voor
het eerst van haar leven ziet, of, hem kennende een verklaarden
afkeer jegens hem koestert. Ook was zij wellicht reeds aan
een ander verloofd en ziet ze nu opeens den zoetsten droom
van haar hart in de droeve werkelijkheid veränderen.. Bedenkt
men nu nog hierbij, dat in den regel de familie der geroofde,
gewoonlijk door de geheele dessa daarin ondersteund, alles in
het werk stelt om den vermetelen minnaar in handen te krijgen,
dan zal het niemand verwonderen als ik zeg, dat zoo’n maagde-
roover in de eerste dagen allesbehalve op rozen slaapt. Wat
echter met recht onze bevreemding en onze verontwaardiging
wekt is dit: niet slechts dat het melegandang even zeer als het
merangkat door de menigte in bescherming wordt genomen,
maar bovenal, dat men hier längs denzelfden weg tot een wettig
huwelijk komen kan. Alleen wordt in dit geval de koopprijs iets
hooger. Ook moet de man, wanneer hij niet betalen kan, de
geschaakte, onteerd of niet, aan hare ouders teruggeven en tevens
hunne vergiffenis met een bepaalde som afkoopen. Is het
daarentegen aan het meisje gelukt om voor dien tijd uit hare
gevangenis te ontsnappen, dan betaalt hij slechts twee derden van
die som en wordt daarmede de zaak als niet gebeurd beschouwd.
Zoo leven de jonge dochters in voortdurenden angst, vooral de
bekoorlijken onder hen, die geen stap kunnen doen zonder zieh
te verbeelden, dat wellicht haar gangen bespied worden, en deze
of gene slechts een günstig oogenblik afwacht om haar met
geweld tot de zijne te maken. Vooral geldt dit van het meisje
uit de laagste käste, die, gelijk we later zullen zien, in niets en
tegenover niemand door de wet beschermd wordt. Het gewone
flegma van den inlander moet haar ook in deze zijn goede
diensten bewijzen, anders begrijpt men het niet hoe ze nog meest
zoo vroolijk en luidruchtig haar weg kunnen gaan.
0 A Ä u volgt een en ander over de huwelijksinzegening
H k S f l l SK medengen-dengen SK. Vooraf merken we op .dat
i S t t ^ l d e z e inzegening in den regel slechts dan plaats grijpt,
wanneer het bruidspaar door middel van het mepadik
B s C l jS S t o t elkander gebracht is. Wel ontzegt de hagamä aan
het merangkat en melegandang den priesterlijken zegen niet,
doch gewoonlijk onttrekken de schuldigen zieh vrijwillig daaraan.
Of dit moet worden toegeschreven aan een gevoel van schaamte,
dan wel of ’t nog een laatste overblijfsel is van eerbied voor de
wet, valt moeielijk te beslissen. Men moet In veel gevallen Balier
zijn om den BaliSr te kunnen begrijpen.
Nadert nu eindelijk de dag, dien de priester voor de trouw-
plechtigheid heeft aangewezen, dan wordt door de wederzijdsche
familie, geholpen door vrienden en wijkgenooten, het noodige
voor de bruiloft in gereedheid gebracht. Het vlechten van manden
en korven, het oprichten van rustbanken en tafels SK plangkan SK,
dochters, die van niets weten, worden