ken om de regten
gen.
der burgers te verdedi*
Geen wonder dus,, dat de ganlche
-S tad , zoo als men z eg t, op de been was;
dat duizenden de Zijlpoort uitdroomden ,
om dezen gewapenden uittogt te zien; dat
de hartelijkfte zegenwenfchen de vertrekkende
burgers vergezelden; dat tranen van droefheid
en van vrees werden vergoten y over den
ftaat des Vaderlands en het lot dier burgers $
die welligt de flagtoffers konden worden van
eenen rampzaligen burgerkrijg , welke men
oordeelde;, dat alle oogenblikken Hond te
ontbranden en den Raat te verwoesten* Ook
nam de Stads - Regering zoo veel deel in
het welzijn der uitgetrökkenen, dat zij de
.Leeraren van den Godsdienst verzocht, om
in hunne openbare gebeden voor de bewaring
en gelukkige te huiskomst dier burgers te bidden
; zoo als dan ook door allen Werd gedaan.
Om de uitgetrokkene manfehappen te bezoldigen
, werden penningen ingezameld. Aan
de vrouwen, wier mannen uitgetrokken waren,
gaf men, als zij het noodig hadden,
éenig weekgeld, en beloofde voor de weduwen
der gefneuvelden te zullen zorgen;
welke laatfte voorzorg, gelukkig, noodelooS
was.
■, Ik heb voorbedachtelijk Van dit uittrekken
I ken wat breedvoeriger sefproken, dan Wel* .fttf
■ ligt noodig zal geoordeeld worden; doch st<uK-
mik ben van oordeel, dat het zijne nuttigheid ui .Zf*
I kon hebben om U daarvan een duidelijk denk- deeling.
beeld te geven, en Opmerkzaam te makken
fazant:- fÊÊÊESm uil WÉÊÊÈÊÊÊÈ
op de fchromelijke gevolgen der ver- ■
i deeidheden tusfehen de Heeren Staten en den
■ ^Stadhouder, eri te leeren, hoe nadeelig
■ de partijfchappen zijn, vooral in een land
■ als het onze, dat alleen door uitwendigen
■ Vrede en inwendige rust gelukkig kan we»
I zen en zijne onafhankelijkheid behouden*
Nog ee?imaal in dit en vier malen in het
jaar 1787, had dit uittrekken plaats, waarvan
wij verder niet zullen fpreken; alleen
moet ik Ü zeggen, dat, behalve de Schutters ,
ook een detachement van twee en twintig
jongelingen uit de Godshuizen, vrijwillig
naar Utrecht trok , om aldaar als Artilleristen
te dienen*
Nog waren de gemoederen niet bedaard fvan de ontroering, welke de gebeurtenis van
den Sften September had veroorzaakt, toen
I de vrees, dat Haarlem door militairen,
buiten weten van Heeren Burgemeesteren, I zoti worden bezet, op nieuw alles in be-
; weging en de Schutterij onder de wapenen
bragt* Tegen den wil der Stedelijke Rege-
I * f I tin- • , >