r.
HOOFDSTUK.
'IV. A f
de ding.
de voorregten, welke de oude Lieden daar!
genieten, bellaan over het geheel genomen, |
in eenig weekgeld, in andere noodwendig-!
heden en verkwikkingendeztf toelagen noemt!
men Preuven, en zijp op .-.{iet eeiie Hofje]
grooter dan op het andere; ja op fommige]
niet noemenswaardig. - Gij ziet uit hetgeen ikl
U in het algemeen van deze gedachten 'doel
opmerken, dat het van te weinig aangele-l
genheid voor U is , om bij ieder derzelvel
afzonderlijk djl te ftaan. Wij zullen derhal-j
ve den tijd‘der (lichting, en de perfonen door]
wie zij geflicht zijn, opnoemen, en zien of]
bij het een o f ander, ook iets bijzonders ,|
dat uwe jeugdige aandacht meer bepaald|
verdient, té zeggen valt, het welk ik dan|
aan U zal mededeelen..
Zeven- o f eigenlijk acht en twintig der-|
gelijke Hofjes, vindt men in deze StadJ
waarvan de Bakenesfer Kamer, in de Wijd\
Appelaarfteeg, het oudde is, en uit de nalaten*!
fchap van d irk v an bakenes , in den jarel
1395 gedicht.
Daarop volgt het Barbare Gasthuis, doori
Mr. HUGO v a n a s s e n d e l f in het jaar 1435I
gebouwd. — Het Vrouwe- en AnthoniesX
Gasthuis was voorheen in tweeën verdeeld;!
het eerfle ftond in het jaar 1440 in de Klerk\
- '■ r y M i
\fleeg, en het tweede buiten de Schalkwijken R
poort. In het jaar 1746 zijn beide dezégedteBr gTüg;j Ti
j ten vereenigd, en de oude . Vrouwen naar de IV, A f
* woning in de Klerkjleeg overgebragt, alwaar Mwgy
j zij gebleven zijn tot in het jaar 1787 , toen
! zij in het veel beter gebouw, -dat voor haar
jop het Klein Heiligland was gereed gemaakt,
zijn gekomen. Zeventien jaren na het bouwen
van de evengenoemde gedichten werd
het St. Maarten- o f Broimershofje aan het
I Brouwersgild gefchonken. In het laatst der
[15e eeuw o f in het jaar 1484 is het Gast-
} huis Plofje, in het jaar 1554 dat van Gra-
[ tie; negen jaren daarna, het Hofje de V ijf-
! kamers, en negentièn jaren later, zijnde
1582, dat van Oud Alkèmade o f der twaalf
Apostelen gedicht. Dit Hofje wordt dus genoemd,
om dat men de afbeeldfels der Apostelen
op de deuren, der huisjes vindt, en
fchoon die afbeeldfels al veel veranderd z ijn ,
zijn zij wel waardig dat Gij die, als een over-
blijffel van den ouden tijd eens zien gaat.
Op het laatst der i6 e eeuw is het Verwen
Hofje gedicht, waarvan niets bijzonders
té zeggen valt,
In de 17e eeuw heeft men nog al meer
Hofjes gebouwd, te weten het Bruinings
Hofje, in het begin derzelve; dat van Frans
C 4 Lo&-
%