I- verlaten, een-gefchenk in Linnen en KJce-
stuk. ■ “ eren tot een uitzet. In dit huis is ook
•1.V-. Af- eene Fabrijk, waarin door behoeftige ' Lie-
dcdmg. dcn gefponnen v Hilverfum, Bombazijn , Linnen
en Piqué wordt geweven en Kouten worden
gebreid, waarvoor z ij, naarmate van
hunne verdiensten, eenig loon ontvangen, en
f alzoo bevrijd blijven om het brood te bedelen*
x ■ '
Het Lu* Van het Lutherfche Weeshuis, waarvan
wij nu fpreken moeten, kan ik alleen zeghuis.
gen ? dat het voorheen eene Jcfuite - Kerk
en woonhuis w a s ; dat het in het jaar 1736
tot het tegenwoordig einde is.aangekocht, en
dat de kinderen daarin zijnde, onder de zorg
der opzieners, tot werkzame Leden van
den burgerhaat worden groot gebragt.
Het Ou* Het Oude Weeshuis der Doopsgezinden,
de Wees- voorheen het Weeshuis van den Blok ge- nuis der °
Doopsge- naamd, en op het Klein Heiligland bij de Ouzinden.
de Gracht gelegen, is een gedicht: van het I
jaar 1633. Weldadige menfehen hebben
daaraan zulke rijke giften gefchonken, dat
het 'zonder eenige onderfteuning van de Stad
o f der Gemeente, en dus op zich zelven j
kan beftaan. Hierdoor is het van andere
huizen Van dien. aard onderfcheiden; ook
wordt aan de Weezen alles te koste gelegd,
wat
wat dienen kan om’ hen tot nuttige Leden L
der Maatfchappij op te kweeken. Met een cJH° f FD"
Iruim gefchenk dn Linnen en Kleederen ver- IV. Af*
laten zij deze dichting. / .* ....... deellng. ,
Het Armenhuis dier. Geneente is eene in- Het
irigting van den jare 1782. Vijftig a zes-
ig Kinderen worden daarin groot gebragt * menhuit,
[onderwezen en tot hunne verdere beten?
Ining opgeleid. Bij dit, gedicht is nog een
XZiekenhuis i waarin arme Ledematen dezer
[Gemeente, gehuisvest, opgepast, verzorgd
Itn van geneesmiddelen worden voorzien. —
fen op dat alles, wat tot het beduur van
it len dergdijke huizen, benevens de op-
;ding en verzorging der inwonenden behoort
, te beter zou worden behartigd, zijn
ver alle dezelve Regenten en Regentesfen
angedeld, aan • wier zorg dit geheele werk
lis toebetrouwd, waarin zij door Binnenvar -
IIers en Moeders, met de noodige bedien-
l le n , worden geholpen. —
: Nu zou ik tot de Hofjes moeten over- De
;aan; doch wat zal ik van ieder dier ge?
tichten afzonderlijk aan U zeggen. Het
ogmerk van allen i s , om op dezelve aan .011-
le Vrouwen, in een klein woningje, \ huis- 1
/esting en onderdeuning te geven; aan dit
ogmerk wordt zoo veel mogelijk is voldaan;
C 3 de