
Breedbladig Zcepkruid.
Hoogduitsch: Ackergipskraut, Kuhkraut, Wilde Wait, Kaiserblume, Karthauserblume.
Engelsch: Cow Basil, Cow-fat, Cow-herb , Glond;
Bloeit: Junij—Aug. ©.
Stelsel van Linnaeus: Cl. X. O, II. Decandria Digynia.
Natuurlijk Stelsel : Vasculares Dicotyledoneae. O. Sileneae.
Geslachtskenmerken : Zie deel X , N°. 742.
Soortelijke kenmerken: Foliis inferioribus oblongis basi attenuatis , caeteris sessilibus cordato lanceolatis,
glaucis, pedunculis laxe corymbosis, dichotomis, bracteis membranaceis acutis , calyce glabra 5-angulata,
petalis obovatis erosulis calyce dimidio brevioribus.
Onderste bladen langwerpig, aan den voet versmald; de overige ongesteeld, hart-lancetvormig, zeegroen of
blaauwachtig; bloemstelen in losse tuilen, tweevorkig vertakt; schutbladen vliezig, spits toeloopend ; kelk kaal,
vijfhoekig; bloembladen omgekeerd eirond, uitgebeten , half zoo lang als de kelk. Gypsbphila vaccaria Fl. Graec.
Vaccaria parviflora Moench.
Verklaring der afbeelding, a bloem; b bloemkroon; d vruchtje; e zaad.
Groeiplaats. Oorspronkelijk in westelijk Azië, Arabië, Caucasië, oostelijk Perzië, Siberië to t den Altaï;
van daar over midden- en zuid-Eucopa verspreid, waar zij veel onder graan- en voedergewassen, vooral op
leemigen zandbodem voorkomt. Zij wordt tot in Spanje en Engeland gevonden. -
Nederland. In deel XIV der Flora Batava, onder N°. 1088, is door mij aangetoond dat de plant, in den
Prodr. Fl. Bat. opgegeven als Saponaria vaccaria, niet anders geweest is dan Chlora perfoliata. Zij is dus eerst
in den jongsten tijd als aankomeling in Nederland bekend geworden. In 1881 is zij gevonden door den Heer
L. J. van der Veen, op braakland, tusschen het kerkhof en den spoorweg bij Deventer, niet ver van de
zoogenoemde Zevenbergen; in 1883 door de Leden der Nederl. Botan. Vereeniging, te Beek in Limburg.
Het afgebeelde exemplaar, gevonden biy Deventer in Aug. 1881, is aangeboden door den Heer L. J.
van der Veen.