i s H :
POLYPORUS YERSICOLOR Pries.
Veelkleurige Polyporus.
Iloogduitsch: Bunter Löcherpilz.
Engelsch: Various coloured Polyporus.
April—November.
Stelsel van Linnaeus: 01. XXIV. Ord. Y. Cryptogamia Fungi.
Natuurlijk Stelsel: Cellulares, Mycetes. O. Hymenomycetes Trib. Polyporei.
Geslachtskenmerken: Zie deel X, No. 730.
Soortelijke kenmerken: Pileo coriaceo tenui rigido applanato, postice depresso laevigato velutino
nitido, zonis discoloribus variegato, poris minutis rotundis acutis lacerisque albis dein sublutescentibus.
Hoed leerachtig, dun, stijf, vlak uitgespreid, later ingedrukt, glad, fluweelachtig glanzend, met verschillend
gekleurde banden geteekend; poriën klein, rond, spits en ingescheurd, wit, later geelachtig.
Onderscheidt zich vooral door de scherp afgescheiden, verschillend gekleurde banden en den
satijn-achtigen glans. Fries S. M. 1 p 368. Boletus variegatus Schoeff. Polysticlus versicolor
Saccardo Syll. YI. 253.
Groeiplaats. Op oude boomtronken, op palen en scheringen, overal; meestal in talrijke saam-
gewassen exemplaren. Een der algemeenste en tevens fraaiste van onze averblijvende zwam soorten.
Nederland. Algemeen. Het exemplaar op onze afbeelding voorgesteld, gevonden bij ’s-Gravenhage
in 1893, is ons aangeboden door Mej. C. E. Destrée, Lid der Nederl. Botan. Yereeniging.
POLYPORUS VERSICOLOR