I. 3. lloxa eil hrnns. Kcnc snort T.in UODWKKL, lict platte, snüdende gmlcolle van brons is nicl
ccuen linneii baiul aaii ilcu honten sleol gcboodcn cn Toorzion van eeii liicrOj'jlyphlscii opsoLrifl inut
deu voorimain " in « o -me n - c h e p e r , van T h o e t hme s I I I uit het XVJI I* stainlmis.
Bij de cerstc schikkiii» Tan de Toorwcrpcn der Aej^yj)tische yerzamelingr, was liet liier afß:cbecIdo
wcrktuig onder het gci-eodschap Toor den akkerbouw geplaalst; het komt ons thaus echter waar -
scbijiilijker voor dat het lot hcl timmerinans- cn schi'ijnwerkers-.fcrcedschap bchoorl}, dat oiidcr
un. 155 162 {^ran^fscliikt is, cn wa a r r an cnkele sliikkcn niet ecn gclijkluidcnd hiüroglyphisoli oj>-
schrift Tooi-zien zijn. III di l geval is het cciic soort van aks of dissel, zcoals die Tolgens de voorslellingcn
op de uionumciiton, bij hcl bewerken van voorwcrpeu uil hout, gcbruikt werden. Zie
ROSELLI.M, JflonumciUi civili. Tavv. XL I I i—XLV.
5. fììDtìs. Beslag Tau een HODWEEL. In 1837 te Loudcn aangckocht op de Tcrkooping Tau de
Tci-zaincliiig van G. ÌTIIAHASI.
6. JIoul. TIEG EL mot drie kloppeis. De steel cn de kloppers zijn nict ecn geel stuuk bedekt gewecst,
waarop hieroglypbischc opschriften, mct zwarlc karaktcrs op den steel, mct roode oj) de
kloppcrs; op cenen dezer laalsten zijo nu nog de oTcrblijisels
van T h o e t hme s I I I . uit het X Y I I P slainhuis te lezen.
Do Aegyptenarcu schijiien zieh Tan dit werktuig niel TOor het dorschcn
hcbbcn, daar dit Tolgens de vo or Stellingen op de monumciilen immer niel .
in de banden Tan goden of koningen was de Tiegel (die bg sTEPnA>ES
nàvoe noUs eene %iceep genoemd wordl ) , gezamclük mei den herderstiif,
>an oppcrmagt cn gebicd. ( is )
9. Ho u l . Diel s luut bcdckt , mc t Tcrschillcudc kleuren bcscliildc
De TLEGEL, of ZWEEP uict drie kloppers , cn de MERUF.RSTÌF. (AS.)
11. Pahnhout. Model Tan cenen STÍMPBR, welks benedengedeell<
niet een cbbenhoutcD plaatje belegd Z^n. (AN.)
12. Ltnwn. KonE^ZiKJE.
13. Jii-OHS. Model Tan zulk een zakje, Maar mct hcngsel. (AN-)
R e - m n-ohcpor,
koorn bcdiend te
greschicddc; maar
op het woord
zinnebeeidig tcckcn
;rd en mct verguldiug Tcrsicrd.
\ 2. WAI , BN >
Plaat i X X X I .
S WAARDIOHEIB E
15. JJier. HELM uit achí, met spijkcrs \crccnigdc stukken zamengestehl, dic Tan onder inel
cenen ijzeren band omzcl zijn; twec ijzcrcn stormbauden z'un mcl schrenieren aan den oiuicrrand
vcrbonden (zic 15 6.); de helm is gevocrd inct zwart leder.
Deze helm. Tolgens de aan den Hr. d'ARASTASY gcgevcn berigtcn op het hoofd eeuer nniniie gCTonden,
is door gcnocmdcn heer aan het Muscum afgcítaan, ais cen tocvocgsel op de yao heni door de
Picderlandsche Rcgering aangekochte Tcriamcling.
16. XrokodHlc.nhH¡d. St;niLD, met eene bui tcnwaarts uitgcsiagen Terhooging, die Tan biinioii
cene hoJlc laat met eenc daarOTcr gcoj)aujicn k o o rd, zie 16 b, oni het aan den a n n le beyesligen.
üít Acgypte door cenen rciziger, die Tan Thebe en Alexandrie kwam, medc gcbragt, en in 1S23
te Tunis door den Luit. í íol . IÍTMBERT aangekocht.
17. Gevlochlcn slroo en palmbladeren. PIJI.KOKER, met cenen r ing »an dezelfde stof, waarschyn-
Ijjk gediend hcbbendc om er den bandelier aan TOSI te maken, waarmede de kokc r OTcr den ><!houder
werd opgehangcn; wel l ígt mocten wij in fijn linncn banden met koord omz e l , cn dic in don
kokcr gcTonden zi jn, de OTcrblüfsels Tan den bandelier crkennen. Heiialve dio oTcrblüfsels beviiidcn
zich ook nog twaalf gcheelc en do stukken Tan lien andero püien in don kokcr. (A» )
18 Riel. Eeu van de twaal f PULES, die in den pjjlkokfir n. 17 gcTondeii ¿ijii, mcl cene puní van
liard /íou/, Toorzicn \an vutirsleenen weerhaakjcs ; aic 18 6, het boTcneiudc van den pijl iii oorspronkelijke
groot lc. íík.)
I. 24, 27. Ilard hout cn vtMrsleen. Punten Tan FIJIEN, uit den Pjjlkoker n. 17. (AK.) — De pijlcn
lang 8.8 palmen, (AJÍ.)
31. Jiiel en been. BoTeogedeeltO van eencn PUL, met heenen of clpenheenen rood beschildcrdc
spits. Met vijf andero pijlcn bij den boog n. 52, Plaat LXXXI I , gevonden. — De pijl lang 8.3
palmen, (AS).
89. Riel en liard hout. Puní Tan cenen der zes PULES, gcTonden bü den boog n. 51, Plaat
LXXXII. — De pijl lang % palmen, (AS.)
41. llard houl en »aurstee^i. Punt Tan cenen der zes PULES, behoorendc bü don boog n. 51.
PUtat Í X X X I l .
51. Boul. Groolc BOOG, geTonden niet de zes pijlcn, onder n. 89 vcrmcld. — Zníi^-I,?! weíen (AK.)
52. JZout. nooG met cenen rood lederen band belcleed, en nog Tan de oorspronkclijke pees Toor-
/.icn: gCTondcn met de zes pijien, Termeld ooder n. 31. — Lang 1 meter, (AS.)
53. Met gom of harsl beslreken leder. VIAGERKOKEB, waarmede do boogscliulter don Tinger besohermde;
mct Terscliillendc geslagen figuren Tcrsierd, waaroudcr cene rü Tan clkauder afwisselonde^
a/»H6/íf</ere« cn leekcus van voortduring, standuastigheid, enz. Gevondcn mct den boog n 51.(AS.)
55. Ser-pcnlijnsteen. P u l f c a t Tan drichoekigen Torm, en geiykende op de wigTormige stecucn
bij I en der wilden.
."56, 58—60, 62, 64. Itrons. PIJLPDSTES, drie, 58—60, met weórhaken, en twee, 62, tíi, mcl dric
kanten. (56 , 62 , 64 L'ESCL.; 60 gekocht op de vcrkooping vau de Tcrzameliog van c. ANASTASI
te Londcu).
67. Brons. Punt \
68. Brons. Punt c
70. JÍ>-oiis. DOLÍ ir
il iìoufen handgrecp, dic met een gouden plaatjc c
voorzicn is. (AN.)
VELBTBEKENS, STAKDAARDEN.
n elpcnbeenen knop
Plaat I X X X I I I .
De onder dit opscbrift beschrcTen Toorwerpcn werden Tan mctaal TcrTaardigd, en bcstoiiden uil
het hoofd (somtijds twee hoofden naast elkauder) Tan cene godlicid, met liei daarbij behoorende
zinnebecldige kapsel, en dcn Tcrsierdcn borstkraag, in bct Aegyptiscli Osh gelteelen; incestai vooi--
zien Tan hel Tcrsiersel dal op dcn rug afhangcnfle als tcgenwigt diendc om het afsdiuiven Taii don
dikwerf Trij zwarcn kraag le beleUeiii bij sommigc slandaarden komt dit legenwigl in de plaats Tan
cen handTatsel. Bovcn op ecncn stok geplaalst dìenden zij als veldteekens (zio do afboeldingcn Tan
veldteekens en wapens, onlleend uit ecn graf in het Koiiings grOTendal bij Tliebe, uilgegOTcn door
R0bKLLi.M, Monumenti civili. PI. CXXI.); raaar men Tindt dezclfde voorwcrpen ook dikwijl» zondcr
de stokken, als Torsiersels of tcekens op het Toor- cn aeliter-stCTCn van do Taartuigcn der goden
geplaatsl. Zoo heeft de boot van P h r é twee slandaarden met het sperwershoofd waarop de zonneschljf
(ROSKLLI.M, Monumenti del Cullo, pi. VI I ) , met twee slandaarden van I s i s (ibid. pi. XVI . 8)
en mei twee slandaarden Tan Ch n o e p h i s met ramshoofd. (ibid. pi. LV. 2.)
De tussclicii haakjes geplaatsic nicrkcn, achlcr de doorloopende cijfers bij de op onze plaat afn-ebeelde
Toorwerpen, zljn die wclke de voorwerpcn zclTen in dcn Cnlalogus hobben, zìjnde zij achter
de beelden der goden wier hoofden zij dragen, gcrangschikl cn beschreven.
71 « . Rrons. STASOAARD met de hoofden Tan Amon- r a en Mo c th met leeuwcnhoofd, ecncn der
vornieii van Nc i lh, de gezellin Tau Amon. l iei boofd van laiitstgemeldon draagt iwce lange;ja//Mtakken,
dat Tan Mo e t l i de wmnesohijf; het tegenwigl dienl hier als stcel of liandTat.
71 /». Geemailleerde acirde. Model Tan of amulet Toorslcllende eenen STA>DAARD Tan Mo c th,
niet dcn Ps-ijonl op het hoofd.
71 <•. Brons. STASDAABD van Mo e th of Tan Ke i t h , cenen der ondergeschikle Tormen of voor-
>lellingen van Mo e t h . Het hoofd der godin draagt hel bencdengedeelte van den Pssjcnt, tusschen
de een liei bencdenstc gedccltc Tan den Pssjent als Tcrsiersel hccfi, de