i
:.i3 i
LEaUSTlCUM, LEMNi.
Liiizen.
Schoentjes-en-muiltjes-FZie, N.O
W.Fr.
Veldlaterus->F.í>.
Gele wikke-ör., O.Dr,, N.L,, Sdì., Z.B,
Gele zwijiietong6tjes-Gr.(TFe5ierÄ:w;artier).
Rennet jes-Fr,
Kleine aereneute-^.^.
O u d e naam: Gele wikken (de G.).
V l a a m s c h e namen: Meerschkrakke (B.), Zandvitse (B.).
Lathyrus silvester L. Boschlathyrus.
Wintererwten.
6. Lathyras tuberosus L, A a r d a k e r.
Aard^ikel-C/ir.
Aardaker-FeZ^., Gr.Z., Bet,, Ufr., Du.
Aardamandel.
Aardeikel-ÄaZ., Gr.Z.
Aardmuis-^.F/.
Aardneute-^ei., Velz., V.B,, O.F., Goe.
Aardnoot-Bet,, Velz,, Sclu, Thol, ZJ3,
Aareneute-F.5.^ Z.B,
Aker--Fr.
Akkernoot-Fe?^.
EerdaJvers,
Eerdekkel-iSaZ.
Erdemusen.
Erkelen.
Ennuzen~Z,Vl.
lerd'àkex-Fr,
Muizen-met-staarten-5e¿
Noten.
Akkerneute.
O u d e namen: Eerdamandelen (N.H.), Berdeeckels (Lob.), Eerdtf
u ^ ^ ^ i ': Dod.), Eerdyyghea (N.H.), Erdappel (M.N.), Erdnote
{M.N.) Ertnote (M.N.), Mnysen met steerten (N.H., Lob., Dod.,
Mond.); Zeeuwsche castanien (N.H.).
6. Lathyrus vernus Benili. Y o o r j a a r s 1 a t h y r u s.
Krok-met-breode-bladen
f
Wouderwt.
V l a a m s c h e namen: Bloemkorfken (P.), Meisjes en jongens (P.)
Legusticum L.
Legrustieum Leyisticum L. Zie_Levisticum officinale Koch.
Lemna L. Eendekroos.
Eendegroen. Enteblad.
Eendekroos-C/íír., Z.H.
Ee.ndenkroos-Gr., St, Fr., N.O.fi.Dr.,
Tiv., SaL, Gr.Z,, WaL, Z.H., Z.B.,
Goe., Seh., Z.B., Wal,
Eenjemoes-iV.i.
Eindekrmis-á'í.
Eineflach-i^r.
Einekreus-(?r.
Einekroas-i^r.
Endegruus-O.i^.
Endekroos-Tw;., Sah, Gr.Z., V.B.,0,F.
Z.B., Wal, ThoL
Endemoes-J5r.O.
Endemoos-^.i.
Entekro(o)s-iV.FeZ.
Entekroost-Z7¿r.
Entekmn^-Barneveid,
Flaech-ii^r.
Ganzenkroos.
Grieten-Äc%., Sch.
Groene kroos-ií^.íf.
Gròet-F.J5.
Gruit-Thol., Z.B.
Gruite.
Kikkersnotte-í'r.
Kikkertsñach-íV.
Kikkertskroas-J^r.
Kikvorschenlobbe-Gr.Z.
4
LENS, LEONTODON.
Pielengroen-jC.'i;.H.
Ruit-TFaZ., Z.Vl.
Rmte-L,v.H.
Sterretjeskroos-FFai.
Tekkenfloch-i^r.
Waterkroos.
Waterleus.
Waterlinze.
Kreuze-Tw;., Sah, Gr.Z.
Kroas-i'r.
Kroast-O.i'.
Kroos-T., O.Dr., Tw., SaL, N.Vel.,
AcUli,, N.L., W.Fr., Utr., Z.H., V.B.,
Seh., Z.B., Wal., L.v.H.
Kroost-T., Sal, Z.H.
Kroos-zonder-kroos.
Kruut-Z.J5.
O u d e namen: Oroos (M.N.), Endengruen (Dod.), Endtengroen (Kil.),
Endtgroen (KiL), Gruyte (KiL), Kroes (Kil.), Kroest (KIL), Kroos
(KU.), Kroost (KiL), Meerlynsen (G.H.), Waterlinsen (Dod., G.H.),
Waterlinze (KiL), Zeelinsen (G.H.), Zeelynsen (G,H.).
Y l a a m s c h e namen: Aandereit (B.), Andereit (B.), Eendegroen
(B.j, Eendendrek (P.), Eendeneten (P.), Eendengerek (P.), Eendengriet
(P.), E(e)ndengroen (P.), Eendengruun (P..), Bendenkroos (P.), Eendenkruid
(P.), Eendenmoes (P.), Ganzendrek (P.), Ganze(n)groen (P.),
Grei (B.), Paddegerek (P.), Paddegeslijk (P.), Paddendrek (P.), Puirek
(P.), Reut (P.), Riet (Baarle, Drongen, Landegem) (P.), Vorschendrek
(P.), Vorschenkool (P.).
1. Lemna gibba L. B 1 a a s k r o o s.
Waterlinzen.
2. Lemua minor L. Klein kroos.
Meerlinsen.
Sterkroos-Waii.
Einegrus.
Kleinkroos.
V l a a m s c h e naam: Putereit (B.).
3. Lemna polyrrliiza L. Veelwor tel i g kroos.
Groot eendenkroos. | Gruit-ZB.
4. Lemna trisulca L. P u n t k r o o s.
Driekante kroos-^Z.-H.
Einegrus.
Enteblad-iV.O.
Klein waterveil-Sa?.
Waterveil.
Zinkende kroos-^.íí.
Lens Tourn.
Leus esculenta Mncli. L i n z e.
N.L., W.Fr., Vir., V.B., WaL, L.v.H.
Zaailinze.
Lens.
Lenz;e.
Linze--Fr., O.Dr., Tw., Gr.Z., Achth.,
O u d e namen: Lins (M.N.)i Linse (KiL, M.N.Ì, Linsen (N.H., G.H.,
Dod.), Linze (M.N.), Lynsen (G.H.), Vitse (KiL).
Leoiitodon L. Leeuwentand.
Hondsbloem-iV.Z/.
1. Leontodon autumnalis L. Herfstleeuwentand.
Armoe^bloem-iFai. Augustusbloem-TFííí.