
• E P I L O B I U M anguftifolium.
Smal blaadige bastaard Wederik.
Hoogduitse/) Schmal blatterichter Weiderich.
Engelsch Rofebay, willow herb.
Bloeit July en Augustus. 2t
O C T A N D R I A M oN Ö G YN IA . A g TM A N N IG E E e NWYV IGE .
Ord. Nat. l in n . x v i i . Calycanthcnue.
Geslagts Kenmerken. Cal. 4- fidus, 4- fpleetige Kelk. a. Petala 4, 4 Bloembladen,
Capfula oblonga, infera, langwerpig Zaaddoosje. b. onder de Kelk. c. Seniina pappofa, de Zaa-
den gekuifd, d.
Soortelyke K enmerken. Foliis fparfis, lineari - lanceolatis, venofis, met verfprtide,
fmal-lancetvormige, geaderde Bladen. Floribus inlequalibus, ongclykvormige Bloemen.
De Wortel heeft veelvuldige witte en dikke uitfpruitfels onder den 'grond. De mecldraa-
d er.tn vooral de[temper zyn -neerhangende.
G roeiplaatsen. Aan ruige wallen én op belchaduwdè 'plaatfèn.
Aan en op de hopge Veenen van de Wildevang en Ba are veld in hetvoorm. Groningen
als ook op de höoge Veenen van Kloósterveen, en langs de Smilder-
vaart in het voorm. Drenthe f , in het L ies- en Ulvenhoütsghe Bosch buiten Breda
f ----- By Hitsum en Pietersbierum, by de Haskerdyken, Nye Haske , Ou-
Deïchóot en Katlyk, aan den Doreweerd, in den Haarlemmer Hout aan de Spaa-
renzyde in een Elzenböschje, in kleine begroeide Duinvalleyen agter Overveen, op Walcheren.
Huishoudélyk gebruik. De uitlpruitlèls der Wortelen onder dën grond , en ook één-
voet boven den grond, gelyk Afpergies te gebruiken; (linn. gunner) als fmaaklyk ongezond
opgegeeven,en.zouden zelfs tot Brood kunnen bereid worden. ( linn® us yin Zweeden
worden van het Zaadpluis alleen,, ot met Katoen vermengd, verlcheide Stoffen bereid, en-
dit pluis wordt hierom gènoemd Zweedsch Katoen, o f Boomwol. Hier toe moet het
Zaadhuis, voor het losbarst,geplukt, en dan langzaam gedroogd worden. (Sw. Abh. th. 7
'en 36. haller en gunner) Van dit gefpin heeft Hofraad Springfeld verfcheide proeven
genomen, (suckow) Uit het Zaad kan eonige Oly geperst worden, (Sw. Abh.) De Plant
'geeft eene fbsachtige bruine verw. (dambourny) Dezelve wordt gegeeten door Schaapen.
en Geiten (linn/eus) en de jonge uitfpruitfels ook door Runderen: (Sw. Abh) zelfs wordt
het door gunner gehouden vooreen uitneemende Plant op de Weiden, die inzonderheid door
Paarden, naar zyne eigene ondervinding gaerne gegeeten wordt. Nogthans wordt het gerekend
als Onkruid in de Weiden door brugmans, op de Akkers door LiNN®us,en in de Bosfchem
• door MiLLER; de Bloemen zeer goed voor de Byen (Sw. Abh) Aan de bovengemelde h o o
ge Veenen aazen de Byen> deswaards gebragt* veel op deeze Plant.