
T H L A S P I arvenfe.
bikker T a s -K e r s .
Hoogduitsch. Acker-Grofs Tafchelkraut.
Engehch, Treacle Mustard.
■ Ncdcrduitfche By namen. Akkerige Veld-Kers, Boeren-Kers, eerfte wilde Kersfe,
Visfel ook Visfes - kruid, wilde Mostert.
Bloeit Juny en July 0 .
T i T R A D Ï K A M U SiLICULOSA j V lERMAGTIGZ MET H a AU WT'JES.
Ord: Nat: linn. xxxix. Siliquofa.
. G eslagts K enmerken. Silicula emarginata, obcordata, polyfperma-, het Hdamtj,'e
tutgegulpt, lyna hartvormig, bevattende vele Zaden. Valvulis navicularibus, marginato-cari-
natis, met klepjes van gedaante als een fchuifje, hebbende een rand als een kieltje.
Soortelyke K enmerken. Siliculis orbiculatis, met fchyfronde Haauwtjes Foliis
oblongis , dentatis, glabris langwerpige , getande, gladde bladen.
B e Kelk a. een bloemtje afzonderlyk b. Meeldraden niét vruchtbeginfel en ftamper veel
vergroot c. De Haauwtjes nog niet ryp zynde d. Een tak met geheel rype Haauwtjes.
e. Een Haauwtje afzonderlyk, waar int de ligging der zaden zichtbaar is f. - Een
taad afzonderlyk g. Van aUe de foorten van dit Geflagt in ons Vaderland groeiende
, heeft deze de grootfte Haamtjet, zynde gemonlyk 6 duimen lang en * duimen
breed, en hebbende twee hokjes, elk van 6 o f 7 zaden. De eerst uitkomende Wortel-
blaadjes zonder tanden, en langwerpig eyrond h. h. De Plant hoog i * voet.
G roeiplaatsen. Op Akkers en Teellanden.
By V isvliet in G roningen, omtrent Bu it e n -Post in V r iesland ; op bebouwde
Akkers te N oordwyk, te K a tw y k , buiten L eyden aan de Cingels, op den Ma a k achter
s’ Gravesande , op de Zaailanden om U t r e c h t , om N imwegen en elders , doch zelden
in grotè menigte by elkander.
Huishoudelyk G ebruik. Wordt gegeten door Runderen , Geiten en Varkens: doch
het vleesch, melk en boter der eerstgenoemden, verkrygen een onaangenaamen fmaak en
reuk van knoflook, welke deze plant opleve'rt; (X inn. R euss.) en hierom met recht als-
onkruid op de Bouwlanden, ( L inn^ us) en als fchadelyk op de Weilanden gehouden.
( B rugmans,) terwyl ook Paarden en Schapen deze plant niet eten. — De melk van het
v e e , dat hier van gegeten heeft., verliest allengs den bovengezegden onaangenamen fmaak 3
wanneer het vee Hechts drie o f vier dagen ander voeder gebruikt heeft. (Fayrod.)
D e .Byen azen op de bloemen (Sw. Abh.) De plant dryft door haren reuk de weegluizen
uit kamers en bedden, wanneer men dezelve eenige weeken daarin zet • (8w. Abh $
en ook de fchadelyke Infeden van de Graanzolders. CLeiph Qec. Naak.) De plant zou een
kleigrond aanwyzen. (R euss.}