
TREIELLA EOLIAOEA Pers.
Bladachtige Trilzwam.
Hoogduitsch: Blattartiger Gallertpilz.
Engelsch: Foliaceous Tremella,
Herfst en Winter.
Stelsel van Linnaeus : Cl. XXV. Sect. V. Cryptogamia. Fungi.
Natuurlijk Stelsel : Cellulares Mycetes. O. Hymenomycetes. Trib. Tremellinei.
Geslachtskenmerken : Fu n g i gelatinosi distenti tremuli immarginati, sporophoris globosis quadri-
partitis.
Gelei-achtig uitgespreide, trillende zwammen zonder r a n d e n ; basidiën bo lro n d , vierdeelig. Volgens
Prof. Oudemans, Rev. des Champ. des Pays-Bas, is onze soort gebracht onder h e t geslacht Ulocolla.
Soortelijke kenmerken : Caespitosa laevis undulata cinnamomeo-carnea, basi plicata.
De zwam vormt een g lad d e , golvende, kaneel-vleeschkleurige, aan den voet geplooide zode. Pers.
Obs. 2 p. 89. Myc. Eur. t. p. 101. Syst. Myc. I I. p. 212. Berkl. Outl. p. 287. Kickx, p. 117. Buil.
t. 406 f. A. T. succina Pers. 1. c. p. 101. T. ferruginea Engl. Bot. t. 1452. Ulocolla foliacea Bref.
Verklaring der afbeelding : a basidiën.
Groeiplaats. Op oude tronken van dennen en sparren, zeldzamer van berken enz. Op palen en planken.
Nederland. Vermeld voor het Westland en Utrecht. H e t op de afbeelding voorgestelde exemplaar
vond ik in het najaar 1892 op een paal van een schering bij Duinvliet onder O verveen.