
EPILOBI U Ï Ï A ï f&US T I POL IUl
Var. minor.
Smalbladige Bastaardwederik.
Hoogduitsch: Schmalblättriger Weiderioh.
Engelseh: Small flowered Rose bay Willow Herb.
Bloeit: Ju lij—Aug. ^
L .
S t e l s e l v a n L in n a e u s . Cl. V III. O. I. Octandria Monogynia.
N a t u u r l i jk S t e l s e l . Vasculares Dicotyledoneae. O. Onagrarieae.
GrESLACHTS- EN SOORTELIJKE KENMERKEN. Zie Deel I , N°. 7.
Deze verscheidenheid is gekenmerkt door opstijgenden, heesterachtigen, bijna h o u tig en , vertakten
ste n g e l, de kleine k orter genagelde bloembladen, wit met een roode streep in het m id d en , de
sterkere beharing van den stijlvoet en den lateren b lo e i, en onderscheidt zich daardoor van den type.
Deze heeft een regt opgaanden, veel dunneren onvertakten- stengel en donker rooskleurige, enkele
malen ook witte bloemen.
Onze plant is dus wel eigenaardig en komt in h o u d in g , kleine bloemen en lateren bloei eenigs-
zins overeen met E. rosmarinifolia Haencke, afgebeeld in Waldstein et Kitaibel, Flora Hang. rar. ,
t. 7 6 , die echter smaller bladeren heeft.
Zij is gevonden in een geslagen akkermaalsboschje te Hoenderloo, tijdens de excursie van de leden
der Nederl. Botanische Ve reeniging, in Augustus 18 9 0 , alleenstaande in de nabijheid van talrijke
exemplaren van den gewonen vorm. In andere Flora’s is zij, zoover ik weet, tot dusver n iet vermeld.
V e r k l a r in g d e r a f b e e l d in g , a. b lo em ; b. meeldraad; c s ti jl ; d. id. bij den type.