En daarbij met wa t eene bevallige fierheid verhefFen vele e r van bare stengels eu drageii zij de groote, prächtige
bloemen. He t is inzonderbeid J a p a n , d a t riJU blijkt te ziju a an L obe s, eu vele prachtigo soorten van d a t gro o te ,
bloemnjke eiland vevsiereu tbans onze tuineu. Onder deze zal de Lilium speciosum altijcl eene eereplaats blijveu
bekleeden, ook a l werden e r v auda a r iugevoerd welker bloemen bet in scboonbeid nog van de bare wiuueii. Wat
zoö scboou is , d a t b e t, boe bekend o o k , ieder J a a r op uieuw onze bewondering w ek t, kan nimmer geheel oiittrooud
worden. Wij zijn den invoer in Europa van deze Lelie verscbukligd aan den in zijn leveu onvermoeiden von Siebold.
Deze zond nu ongeveer veertig ja re u geleden h a a r ’t allereerst aan den Botauiscbeu tiiin te Geiit, w a a r zij in de
maand Augiistiis 1832 voor bet eerst in Europa bloeide. Omioodig te zeggeu, da t zij de bewondering wegdroeg van
e lk , die ha a r z ag , eu da t de begeerte u a a r ha a r bezit weldra algemeen w a s , zoodat, da a r ze zieh ra s vermenig-
vuldigde , zij ook vrij spoedig verspreid werd. Alsof de door Tbunberg a an deze plan t gegcven naam L. speciosum
niet mooi genoeg w a s , verauderde men dien rceds a anvaukelijk te Gent in dien van L. laneifolium, welke naam
eigeulijk alleen daarom geen recht van bestaau heeft, wijl de plant e r reeds een h a d , maar die bovendien nog minder
ju is t w a s , da a r reeds Thunberg eene audere soort ouder dien naam beschreveu bad. De echte L. laneifolium, Tliuub.
is nog niet in Europa iugevoerd.
Men kweeUt ondei-selieidene vai-ieteiteu van deze L e lie , wa a rvan de vijf voornaamste zijn: Lilium speciositm
a lbnm, ro s e n p , ru b rum , moustrosum, en de bier afgebeelde punctalum. Aanvaukelijk in de koude kas of in bakken
g ekw e ek t, bleek bet spoedig, d a l men ook deze varieteit met beter gevolg in den open grond kon houden. De
punctatum is zeer gemakkelijk te herkennen a an den bol, die v an eene bleeke, geelacbtige k leur is , welke zij
b ehoudt, ook als de bol eenigen tijd boven den grond gelegen lieeft, lerwijl die der overige verscheidenlieden alsdaii
1 donker roode kleur aannemeu.
P L . I I I .
Gevulde Tulpen Mariage de ma fille en Couronne impériale.
De gevulde Tulpen Mariage de ma fille en Couronne impériale zijn slecbls kleurafwijkingen van ecn en dezelfde
verscheidenheid, hoewel in den handel onder deze twee namen bekend. Mon Ireft stoeds bloemen a a n , die fljncr
of grever dan de afgebcelde zijn, d a t wil zeggen: waarin de witte kienr meer de overhand liceft — of zoo
goed als verdwenen is. Ze behooren tot de la a lst bloeijende gevulde T u lp en , en worden wa t grootte der bloemen
betreft door geen andere g e ëv en a a rd , een enkele weinig bekende verscheidenheid misschien uitgczondcrd. Deze
prächtige tnlpen ztjn niet gesehikt om vervroegd te worden, maar zooveei te meer o.n een sieraad der Ininon te zijn.
Ir is Xiphioïdes. Ehrh. ( Ir is Anglica Hort.).
He t zcer uitgebreide geslacht Iris (het Grieksche woord voor regeuboog, en welken naam Linnaeus vermoedelijk
aan dit geslacht g a f, doeleude op het Ideurenspel ’tw c lk de bloemeu opleveren) bestaat vooruamelijk uit soorten
met een door den grond kruipeuden, vieezigen wortelstok (rhizoraa). Eukele soorten echter bebooren tot de bol-
gewa ssen, en bierouder ook de Spaausche Iris (I. Xiphium L .) eu de verkeerdelijk aldus geuoerade Engelscbe Iris
(I. Xipbioides. Ehrh.). Deze la a tste toch behoort eigenlijk in Spanje en bet ziiidelijkste gedeelte van Fran k rijk te huis.
Na a r men wil zou men ha a r echter allereerst in Engelaud (volgens Loudon reeds sedert 1571) a ls tuinplant gekweekt
hebben, zoodat zij van d a a r meer algemeen verspreid is geworden.
W a t ba re groeiwijze a a n g a a t, komen deze beide soorten veel met e lk a ä r overeen, eu tocb levereu ze een genoeg
in ’to o g loopend verscbil op, d a t zelfs de le ek , die ze ¿ens gezien be e ft, e r zieh niet meer in vergissen kau.
Vooreerst toch is de Engelscbe Iris in alle opzicbteu kra chtige r in ba re outw ik k e lin g , ze worden ie ts , boewel niet
veel hooger en de bladeren zijn bre ede r; voorts zijn de bloemen gro o te r, ’t welk voornamelijk bet govolg is van
den meerderen omvaug der drie buitenste bloembladeren; m a a r zeker niet bet miust duidelijke kenmerk is d it, dat
terwijl in de bloemeu der Spaansche I. het geel de boofdrol spe e lt, deze kleur in die dev Engelsehe steeds tot het
uiterste minimum gereduceerd blijft, zoodat men bijua kan z eggen, da t die k leur da a rio ontbreekt, terwijl h e tblauw
eu viole t, met wit geschakeerd er in vele uuanceu in wordt aangetroffeu. Een massif met I. Xiphioides b.ezet biedt dus
eene groote verscheidenheid van kleuren a a n , w a a rd o o r, gevoegd bij den eigenaardigeu en sierlijken vorm de r bloemeu,
een inderdaad verrasseud effect wordt te weeg gebracht. De Engelscbe Iris bloeit in de maand Juli.
P L . V.
Ranunculus Turban grandifiora.
Alleen op den naam a fgaaude zou men den k en , deze fraaie liauonke l tot de Turksehe soorten behoorde. Dit
is echter bet geval n ie t, betwelk genoegzaam blijkt o. a. nit den vorm der bloemen en den lateren bloeitijd. lloewel
veel grootbloemiger, daii de bekende Persische E auonke ls, behoort zij tocb ongetwijfeld tot deze laatste. Wij bebbeu
den naam Turban grandiflora beboudeu, omdat zij allééu ouder dezen bekend is , en ook door veleu nog onder de
T urksehe K. ge rckend wordt. Deze verscheidenheid kan niet genoeg aaubevolen worden. Zij is buiteugewoou mild