kleurd is, tot rijpheid komt, wordt zij donkerrood en als nu
verzameld om daai-van het drakenhloed te verkrijgen. Daartoe
wordt volgens Miquel de hloedroode. harsachtige stof, waarmede
de noot bedekt i s , door schudden daarvan gescheiden eu
vervolgens door middel van een zeef gezuiverd. In de zon verwarmd
of aan heeten waterdamp blootgesteld, wordt die stof
zoo week, dat men haar in rolronde stukken ter grootte van
een vingerlid of in bolletjes van de grootte eener pruim kan
kneden, die vervolgens in stukken van palmbladeren gewikkeld
worden. Eene minder goede soort wordt door uitkoken
der gekneusde vrucliten verkregen en komt meestal in ronde
stukken voor.
Het drakenhloed, vroeger veelvuldig als geneesmiddel aangewend
, wordt nu nog slechts als verfstof gebezigd en is vooral
in China zeer gezocht.
be stam (tronk) van deze plant levert eene voortreffelijk
soort van rottingstokken.
Polypodiaceae.
69. C i b 0 1 i u m C u m m i n g i i K z e.
M. Penawar djambie.
Uit den tuin te Buitenzorg.
70. C i b o t i u m C um mi n g i i Kze.
M. Penawar djambie.
Van Sumatra afkomstig.
71. C i b o t iu m a s s am i c um Hook.
Uit Assam.
72. Al s o p h i l a l u r i d a Bl.
M. Pakoe kidang.
Van den Pangerango op Java. Dr. de Vrij.
7 3 . B a i a n t i urn c h r y so t r i c h um Ha s sk.
AI. Pakoe kidang.
Van Java.
74. A l s o p h i l a c o n t ami n a n s AVoll. Java.
Cnder de namen van Penawar djambie en Pakoe kidang
werden voor eenige jaren van Sumatra en Java geneesmiddelen
in den handel gebracht, in Indie beroemd om hun hloedstelpend
vermögen. Het onderzoek leerde dat beide voorkwamen op de
ver-schillende Iner boven genoemde en ook nog op andere boom-
varens en dat deze haren nu eens met, doch meestal zonder
loofstelen in den handel voorkwamen.
De haren zelve bezitten een hrningele of wel goudgele,
glinsterende kleur en bestaan nit breede, platte, krniswijze
op elkaar geplaatste cellen.
Het scheikundig onderzoek kon daarin geen enkele belangrijke
stof aantoonen, weshalve het meer dan waarschijnlijk i s , dat
men het hloedstelpende vermögen dier haren aan meclianische
oorzaken moet toeschrijven.
Grami i ieao.
75. A n d r o p o g o n m u r i c a t u s Retz.
AI. A k k a r wangie.
De welriekende wortels dezer grasplant die door geheel Indië
in tuinen gekweekt wordt, legt men gaarne tusschen kleederen
enz. om daaraan een aangenamen geur mede te deelen en
tevens de insecten te weren.
Cok vlecht men er matjes van en stookt er eene welriekende
olie uit.