
il!
Doreng, gevlamd, de fraaiste soort vooral voor meubelen, doch wordt
bij droogte aan barsten onderhevig geacht.
Doeri, gedoorud, met kuoestige nitwassen, zeer hard eu deugdzaam.
Het soortelijk gewicht is gemiddeld 0.639.
Het kappen geschiedt in den Oost-moesson. Door den te vellen boom
te ringen verkrijgt men spoediger droog hout.
De Djatti-bosschen op Java beslaan eene gezainenlijke oppervlakte
van 6000 □ Kilom., zij zijn het meest uitgestrekt in de Residentiën
Rembang, Madioen en Samarang In Remhaug alleen 2845 □ Kilom.
De bosschen zijn verdeeld in 13 boschdistricten, elk met eeu hontvester
en een aspirant-houtvester. De bosschen worden van Rijksivege heheerd ;
de ontginning geschiedt : a. door de particulière industrie tegen betaling
eener jaarlijksche retrihutie naar de waarde ; voor’s lands dienst tegen
betaling vau een zekere soni voor kap- en sleeploon per kub. Meter.
Ook wordt door de Regeering wel ondershands bij de contractanten
hout gekocht.
Het Javaansch Djatti-hout wordt weinig of niet naar Europa uitgevoerd.
De reden daarvan schijnt dat het Javaansche hout gewoonlijk
te kort is.
Het is wel bedenkelijk, dat, terwijl nit Britsch-Indië jaarlijks groote
verzendingen van ïekhout geschieden en Engeland de hoofdinarkt is
van dit artikel, het Javaansche Djatti-hout niet voor uitvoer geschikt
is. Erustige pogingen tot verauderiug van dezen toestand zijn wenschelijk.
In het Museum zijn voorhanden:
865. Tectona grandis L.fll. — Djatti. Djatti-kapoer.
Soort. gew. 0.640. 1 , 643; 1 1 ,5 1 ; 1 1 1 ,2 6 ; V, 47; V I I I ,2 6 , 487;
XVIII«, 4.
866. Djatti doerie of dorèng. Java.
Hout deugdzaam, hard en gevlamd. Soort. gew. 0.750. I , 644*.
867. Djatti dorèng. Java.
Als hoven; de fraaiste verscheidenheid, schoon gevlamd, daarom ook
voor meubelhout geschikt. 1 , 645 ; V, 49.
868. Djatti gembol of mienjak. Java.
Onderscheidt zich van al de overigen door een meerdere vettigheid
op het gevoel. De kleur is hruin en gehloemd, het weefsel vaster en
meer gevlamd dan van Djatti kembang en de jaarkringen vertoonen
nagenoeg dezelfde onregelmatigheid. Voor den scheepshouw munt deze
soort boven alle andere u it, doch ook voor den huishouw en voor
meubelen laat zij zich, schoon eenigszins stug, goed bewerken. Soort.
gew. 0.888. I . 649; V, 51.
869. Djatti kembang. Java.
Het hout is hruin en gehloemd of gesatineerd. De jaarkringen zijn
onregelmatig golvend en van daar dat het hout, hoe voortreffelijk
overigens voor den scheepshouw en voor meubelen, eenigszins warrig
en niet gemakkelijk te bewerken is. Soort. gew. 0 .8 5 8 .1 , 647; A', 50.
870. Djatti lilin. Java.
Een goede verscheidenheid, die
meuhels nog al gezocht is. 1 , 648*
871. Djatti soengoe. Java.
Echt Djatti. Hout doukerder van kleur, vaster vau weefsel en duurzaam.
Bladen groener en minder hleek dau van D. kapoor. Soort. gew.
0.739. AVegens de gelijkmatige, dichte gesteldheid voor honwniateriaal
de beste van alle soorten. I , 650*; V, 48.
Twijfelachtig;
872. Djatti oetan. Karoemama. Menado. — XII, 48.
873. Premim foetida Rnw. (Giiiniia foetida Hssk,). — J'ai S.M.
Ki-taai. Kajoe taai. Jongkiel. Lambuttang. Daoen kambing
M. Goemira (Ternate) Goemiralaut. Java, in de bergstreken ;
Borneo, Molukken. G.H.
Een middelmatig boompje of groote heester. Het hout is tamelijk
vast van weefsel en wegens zijne fljne geaardheid licht te bewerken.
Het is in versehen toestand witachtig en reukeloos, doch wordt eenige
maanden nadat het gekapt is , steeds bruiner en verkrijgt dan meer
en meer den onaangenamen stank, waardoor het hout zijn naam (Drek-
hout) heeft verkregen. Volgens .Junghuhn wordt het in kleine hoeveelheden
door de Javanen in hunne parfumerie gehezigd gemengd met de
olie van Gaultheria punctata. De Maden dienen als uitwendig geneesmiddel.
I , 640; V, 113.
874. P. lucidula Miq. — Siengkiel J. Sengkel S. Java. G.H.
Alleen voor brandhout geschikt. C. I , 642; XAHII«, 15.
875. P. tomentosa W. — Boengboelan. Boemboelan S. M. Kajoe
gadong S. Voor-Indië, Java, in de bergstreken. K.B.
Een kleine boom of groote heester met zacht wollig behaarde bladen
en groen-witte bloempluiinen. Hij groeit gezellig eu vormt uitgestrekte
boschjes, die door de wijd uitgespreide , kromgroeiende takken en groote
hladen een eigenaardig aanzien hehhen. Hij gelijkt in bonding veel op
de Djatti, doch is veel kleiner van omvang. Het hout is geel, hard,
fijn van vezel en voor politoeren geschikt. I , 641*; I I I , 179.
876. Gmelina asiatica L. — Kajoe meirah. Wareng of Doerie radak
J. Doro peteh J. Merah op Borneo. Mero op de Molukken. Doro
Sumatra. Merah betoel Ceram. Voor-Indië, Ceylon en de
Archipel. G.H.
Een groote, vertakte heester met doornachtige takjes en gele bloem-
pluimen. Het bout is bruikbaar ; de vruchten dienen als geneesmiddel.
Voor heggen en omheiningen is hij zeer geschikt I , 637; A', 12;
XV, 23; XIV, 337.
'¡ f r i'
{IL
;
Ï
>