: I
koolwatei'stof, lichte nagelolie genoemd C.^ H., 4 en een zuuri
O C H 3
stofhoudende olie, Eugenol H j , ® Î Î ’ ^ ilt n ti
' Ü H. 0 rl. O n 3
welke in vanilline kan worden omgezet.
Toepassingen. De olie wordt gebruikt in de geneeskunde,
in likeuren, in de parfumerie.
Oleïneae.
9. Sa r e b a n d o n - o l i e , waarschij nlij k afkomstig van de
bloemen der N y c t a n t h e s A r b o r t r i s t i s L.
Synonymen. Jav., Sari gading ; Mai., Munja p ume rum ;
Hindostán, Hursinghar.
Groeiplaats. Wordt op geheel Java aangekweekt ; in Engelsch
Indie wordt de boom veel in het wild aangetroffen.
Eigenschappen. De geel gekleurde olie komt in reuk eenigszins
overeen met nagel- en met kaneelolie.
Toepassing. Als parfumerie.
Apocyneae.
1 0 .Poe l os a r i e -ol i e , a fkoms t i gvande Al y x i a s t e l l a t a
R & S, eene slingerplant, die in Indie zeer algemeen verspreid is.
Synontjmen. Sund., Aroy-plassarie.
Eigenschappen. De gele olie, die door destillatie van den
bast verkregen w o rd t, is eenigzins kaneelachtig van reuk.
Toepassingen. De olie als parfumerie; de bast, ranken en
bladeren eveneens.
Labiatae.
l l .Di l e m- o l i e , afkomstig van eene P o g o s t e m o n ; welke
species is niet te bepalen, daar verschillende, zoowel in het
Sundaneesch als in het Maleisch, den naam van Dilem dragen.
Ook het plantendeel, waaruit de olie bereid is, is onbekend.
De olie, die geel van kleur is, bezit een aangenamen reuk.
Myris ticaceae.
12. Fo e l i e - o l i e , afkomstig van de foelie, zijnde de zaadrok
van de muskaatnoot, het zaad der My r i s t i c a f r a g r a n s
Hont t .
De groeiplaats is reeds vermeld bij de notenzeep, onder de
vetten (zic die Afd., N°. 21).
Synonym. Mai., Boea-pala-olie.
Bereiding en eigenschappen. De ætherische foelie-olie wordt
verkregen door foelie met water te destilleeren. De olie is
kleurloos of lichtgeel van kleur, met een spec. gew. van
0,931—0,947 en bestaat grootendeels uit een koolwaterstof
C, „H, „ , die op 160 ° C. kookt en door Schacht macene
genoemd is.
Toepassing. Voornamelijk als geneesmiddel.
Lauraceae.
13. Koe l i l awa n - o l i e , afkomstig van den bast van de
C i n n amo m um C u l i l a w a n Ne e s., den Lawanboom.
Synonymeyi. Mal., Koelit-lawan; Ambon, Salakav, Ceram,
Tedjo', Aroe-eilanden, Eijk.
Groeiplaats: Java, Sumatra, Borneo, Celebes, de Molukken,
overvloedig op de eilanden Key en Aroe.
Eigenschappen. Kleurlooze olie, die in reuk met cajoepoet-
en met nagelolie eenigzins overeenkomt, zwaarder dan w a te r,
door salpeterzuur in een I'ood harsachtig lichaam overgaande;
met rookend salpeterzuur levert zij 0. a. zuringzuur.
Toepassingen. De b ast, zoowel als de olie daaruit door
destillatie verkregen, werd vroeger als geneesmiddel gebruikt,
thans zelden.
14. Ka n e e l - o l i e , verkregen door destillatie van den bast van
de C i n n amomum z e y l a n i c u m Br e i j n e , een kleinen
boom, die op Ceylon inheemsch is, maar sedert 1826 met zeer
goed gevolg op Java wordt aangeplant en onder den Maleischen
I