D E XXX. A E B E E L D I N G .
A lm a C hrißi in Surinaame den Olyboom genaamt vvaft zeer hoog, eniscierlykaan
J t j f te zien, draagt geele bloeifel, waar na fteekelige'zaadhuisjes voortkommen,
¡defc.zaaden zyn in het begin groen, en als fy rypzynbruin, menkookt hetzaadin
avater, zo ondoet iig de oly. dry ft op het water, die men affchept, en daar telan-
de om allerlei wonden te genelen gebruikt werd , men brand die ook in lampen,
om te lichten by nacht.
De licht groene en bovcn op de zaade kruipende Rupie heeft witte lange haircn,
eet defe groene bladen, den 3. May is fy tot een Poppetje geworden, gelyk een op
de zaaden hangt, den 17. dito kwam een iwarte Cappclle daar uit, welkers voorfte
vleugels fwavel-geel, en de twee andere vlerkjes fermeljoen-rood waren.
De iivarte Rups die aan het zaad hangt is met geele vlakke vercierd, en werdge-
vonden op deie en andere boomen altyd in menigte, hangen als de Indianen in hare
hangmatten, daar ly nooit geheel uitkoomen , als ly haar voetfel na gaan , dragen
iy haar huis met haar als de ilakken, hare huiskens lyken van dorre bladen van boomen
gemaakt te zyn , weten die aardig vaft te maken als fy ergens blyven willen,
den 14. April is fy in haat hangmad verändert , daar uit een onaanfienlyke Uilke
voortgekomen is, die heel wild van aard was.
T)it geivas is de Ricinus Americanus major , 1 oft: Citavanacu in bet twede gedeelte va n de her.
caule virefcente H. Reg. Par. en den Avanacoe jfw malabarictts befchreven.