De Noord-Hollandsche Klederdragt heeft den meesten onzer geëerde Lezeren zoo wel behaagd,- dat ,wij
ons aan hun verzoek niet hebben kunnen onttrekken, om dezelve,nogmaals voor te stellen. Plaat XVIII
'biedt, daarom,' een klein tooneel aan, in den Smaak van — en overeenkomstig met de Zeden en Gebruiken
van Noord - Holland! De inwooners zijn liefhebbers van Tuinen , en het is dadr vrij algemeen de gewoonte
om er een’ achter of bij zijn huis te hebben. Groot, of klein, deze tuinen zijn allen in den
zelfden smaak aangelegd : men vindt ’er Boomen, of Boomtjes , waaijersgewijze besnoeid ; eene oude
Grotte; een Fontein zonder water; Schulpen-cieraden; stijve Bloemperken; chinees Latwerk; een Spheer
zwaar verguld op een piëdestal-, en groot Beeldënwerk, hoe klein ook het Tuintje moge wezen.
Op eenen bank van den tuin, zit eene jonge Dochter in alle de pracht van de Noord - Hollandsche
Kleding. Eene heurer vriendinnen heeft haar eenen brief van heuren Minnaar ter hand .gesteld, met een
fraaijen blikken Trommel vol Zoetigheden , zijnde , in dergelijk' geval, .een der aangenaamste geschenken.
De jonge Dochter, die achter den groenen bank staat , is , gelijk men ziet, met minder .zwier gekapt
en gekleed dan de eerste. Terwijl het Hair van deze in zeer fijne krullen langs -het voorhoofd neder-
hangt, houdt de andere het heure diep onder de Muts verborgen, en laat alleen twee Krullen van.wit
garen*zien , die spiraalsgewijze gerold zijn, en aan weerskanten van het hoofd neerhangen. Henr Kap.
sel is ook niet met die breede Strook vefcierd, die luchtig over de-schonders zwiert; heur Hoofdcie-
raad, hoewel van goud, verschilt ook eenigsims; zij draagt vierkante zilveren Gespen op de Schoenen;
In het midden van heuren Voorschoot pronkt een groot-zilveren Punthaak, met eene breede, langwer-
pigvierkante Plaat met Figuren uitgewerkt.