52 í T A H - P E R T J A.
Binnen weinige minuten vertoont het stukje aan de oppervlakte
talrijke barsten; wanneer ik het er uit neem, zult ge bemerken
dat het zeer sterk is aangetast. Een stuk getah-pertja vertoont
onder cliezelfde orastandigheden geen verandering.
Bederk en bewaring.
De hoofdoorzaak van de vernieling van getah-pertja is de opslorping
van atmosferische zuurstof, die de getali eene verandering
doet ondergaan en eene hars van geheel verschillenden aard, dan
de oorspronkelijk in het materiaal aanwezige, voortbrengt.
vernielende veranderingen ondergaat, want ook ruw materiaal
van de beste soorten bezwijkt in den loop der tijden voor de
vereenigde werkingen van licht en lucht, zooais ge aan deze
stukken kunt zien, die, in een tentoonstellings-zaal, een groot aantal
jaren aan licht en lucht zijn blootgesteld geweest en nu geheel
harsachtig zijn geworden. Zij waren oorspronkelijk van uitstekende
qualiteit, daar geen er van meer dan 20 pCt. natuurlijke
liars bevatte.
De waarneming tijdens de proeven met het opslorpen van
zuurstof gedaan, namelijk dat de Soondie soorten van getah-pertja,
wanneer ze aan licht worden blootgesteld, bijzonder geneigd
Opslorping van zuurst'OF door v er s ch illend e so orten van g eta ii-p e rtja •
DAGLICHT BLOOTGESTELD. (Twce bolletjes, elk 1 6 'mM. diam.)
Deze vernielende oxydeering wordt, zooais wij hebben gezien,
sterk door het licht ondersteund, doch ook door andere oorzaken,
bij voorbeeld door iedere werking, die het materiaal poreus
maakt, zooais: beurtelings vocht en droogte, de aanwezigheid van
zelfstandigheden die een oplossende werking op getah-pertja uitoefenen,
hetzij op haar geheel of op een van hare bestanddeelen, enz.
Zekere alkalische zelfstandigheden en rottende organische
stoffen schijnen ook een nadeelige werking uit te oefenen, en
het is vaak geheel onmogeiijk de juiste oorzaak aan te geven
voor een plaatselijk waargenomen verval.
Het is echter riet alleen de bewerkte getah-pertja die deze
zijn tot oxydeering, wordt door een andere proef bevestigd.
Hier zijn eenige stukken „Getah sundek” van Payena Leerii,
door Sir Hugh Low in 1883 aan de Kew Gardens geschonken,
en die, toen ik ze in 1885 zag, in zeer goeden toestand waren.
Zij zijn nu geheel harsachtig geworden en geel aan de oppervlakte;
dit is veroorzaakt omdat 'ze aan diffuus licht in het
museum zijn blootgesteld geweest.
Ik heb hier een ander stuk van precies hetzelfde materiaal;
sedert 1885 is het, in bladtin gewikkeld, bewaard: gc bemerkt,
dat het zijn oorspronkelijke kleur en frischheid heeft behoiiden
en geen teekenen van oxydeering vertoont.
Een ander en nog beter voorbeeld van den günstigen invloed
van de bescherming tegen het licht, is Lobb’s monster getah-pertja,
waarvan ik in mijn eerste lezing melcling heb gemaakt.
Ten spijt van zijn grooten ouderdom (meer dan 50 jaren) is
het nog in uitstekenden Staat, oradal het in een gesloten lade
van het Kew Herbarium tegen licht is beschul geweest.
Ook Oxiey’s „getah-pertja deksel” vertoont een goed bewaard
strookjc, nl, dat gedeeite hetwelk vroeger met een étiquette '
was bedekt. 1
Behalve tegen licht zou getah-pertja ook tegen lucht moeten
worden beschermd. ,
Dit is het geval wanneer zij geheel onder water ligt; in dat
opzicht zijn onderzeesche kabels veiliger geplaatst dan onderaardsche
draden. I
Een andere wijze om de lucht tot op zekere hoogte buiten te
sluiten is, de getah-pertja artikelen te vernissen; deze methode
wordt o.a. toegepast bij kanon-afdrukken, die bewaard moeten
' Voor monsters van waarde, in het bijzonder die welke in
wanneer ik hem een slag met mijn vuist geef springt hij als
glas in stukken. De gave (niet verharde) afdrukken kan ik
slaan zoo hard ik wil zonder 't minst te schaden.
K unstmatige Surrogaten.
In de vorige lezing is vermeld, welke cle plaatsvervangende
stoffen zijn en dat er slechts ddn materiaal bekend is,
hetwelk dien naam verdient, namelijk; balata.
Met kunstmatige Surrogaten is dit een ander geval, indien wij
ten minste onder dien naam verstaan die materialen, waarvan
nu voorwerpen worden vervaardigd, waarvoor vroeger getah-
pertja werd gebruikt. ,
Hiervan bestaan een groot aantal, onder verschillende bena-
raingen, als; ccllulo'id, xyloniet, eboniet, stabiliet, ambroine enz,,
waarvan ik niet meer dan de namen kan vermelden.
Ik meen echter clat materiaal, hetwelk werkelijk den naam
van plaatsvervangende stof voor getah-pertja verdiende, ook in staat
moest zijn het tot op zekere hoogte bij hare voornaamste toepas-
Weeks
Genuine
Soondie
White
M ix e d _________
Leauee _______
Opslorping van z u u rs to f door v erschillf.nde q u a lite iten g e tah -p e r t ja .
DAGLICKT b lo o tg e s te ld . (Twee bolletjes, elk 16 mM. diam.)
musea bewaard en na een .aantal jaren benoodigd zijn voor analyse,
stel ik voor tc gebruiken een 4®/o oplossing van formaldehyde,
die het nrnteriaal niet schijnt aan te tasten en daarenboven een
uitstekend prescrvaticf is; doch mijne proeven met deze oplossing
genomen zijn misschien nog te weinig in aantal, om mijn voorstel
ton volle te rechtvaardigen, het moet daarom alleen als een
wenk worden bcschouwcl.
Wanneer getah-pertja is geoxydeerd wordt het poreus en vol
scheuren. , , .
Indien zij dan voor het isoleeren van draden wordt gebruiKt
verliest zij op die plaatsen haar isoleerend vermögen, omdat het
vocht door cle poricin en spleten dringt en dit een elektrisch
contact inet de gelcidende draad te voorschijn roept.
Een gaaf stuk kabel kan naar verkiezing voor- of achterwaarts
worden gebogen, zonder er eenige beschadiging aan te veroor-
zaken doch een geoxydeerd stuk breekt onmiddellijk wanneer
men hct wil buigen. Hier b, v. is een oude kanon-afdruk, mij
door het Royal Arsenal gegeven. Op een afstand beschouwd
ziet hij er hetzelfde nie als de andere, die er naast staan, doch
sing, d. i. de isoleering van elektische geleidingen, te vervangen.
, Een materiaal, waarvan beweerd werd dat het aan dezen eisch
'I voldeed, is de GeiaA fratigaise, door den Meer E. Mourlot te
Parijs bekend gemaakt in 1878, en waaromtrent destijds door
I' de pers günstige rapporten werden medegedeeld; zij wordt door
!l destillatie bereid uit de schors van den berkeboom; de prijs was
" frs. 2.50 per kilogram. ,
Men zeide dat het materiaal, met de getah-pertja vermengd,
haar verbeterde; het was beter bestand tegen de lucht en be-
'I schermde de ondergrondsche geleidingen tegen de rattenbeten.
|. Ik heb hier een stuk Getah fran[aise en ook eenige mengsels
van dit materiaal met getah-pertja; evenals getah-pertja worden
■' zij in heet water week en kneedbaar.
Onze proefnemingen met het Fransche surrogaat zijn met zeer
' günstig geweest, daar wij bevonden dat, indien eene aanmerke-
' lijke hoeveelheid er van aan getah-pertja wordt toegevoegd, zij
■ deze grof en broos maakt en op hare elektrische eigenschappen
ongunstig werkt.
Het nieuwste surrogaat getah-pertja heet Vekril, 1