
ft XII. Vermits de Stadt Amfterdam ( ‘zoo wel als Londen In
proportie van geheel Engelandt) fterker is aangegroeid dan het
overige van de rrovintie van Hollandt en Weftvrieflandt; om
redenen reets te meermaalen gemeld, zal het niet ongevoeglyk
zyn daar af al weder de proportie te zoeken.
Daartoe zouden wy de natuurlyke aanleidinge moeten vinden
in de Aanteekingen van het getal der Geborene, zo als wyöok
die gebruikt hebben tot de indagatien van den aangroei te Londen;
doch vermits ons die ovér de Stadt Amfterdam manquee-
ren, hebben wy toevlugt genomen tot de comparatie der quan-
titeit van Gebouwen, dewelke in de jaaren 1632 en 1732 ref-
peótivelyk in die Stadt zyn gevonden.
Maar daar zyn zeer veel redenen waarom die proportie kleinder
als de waarheit is, en hebbe daarom gèmeent te moeten nemen
een Medium tuffehen deze en die, dewelke komt te re-
fultèren uit de vier Periodes van het getal der jaarlyks Geborene,
hier voör door Ons uit de quantiteit der Huwelyken geïn-
dageert.
De Ratio van aangroei, uit de vermeerderingevan de Gebouwen
nagefpeurt, is als - % » - 100000. tot 1004,87
De Ratio, dewelke gerefulteerd is uit de
voorfz Periodes, is als r - xooooo. tot 100519
200000. tot. 20100Ó
Waar van het Medium is als - 100000. tot 1005:03
Dat is te zeggen: Dat het volk van Amfterdam op eenig pre-
fent Jaar zytide 100000, op het naajlvolgende is aangegroeid tot
100503 ; en zoo voort.
Volgens deze reden van aangroei, is de quantiteit van Men-
fchen in Amfterdam geweeft
Ten Jaare 1637- - • ■= r 145*9° °
Ten Jaare 1685 - 185:700
Op dezen prefenten Tydt - * 241000
En in den jaare 1750 zal dat. getal zyn - s 250100
Ver-
Venrelvkende nu den aangroei over de geheele Provintie tekens
die van de Stadt Amfterdam alleen , zynde de eerfte•■ ah
100000 tegens 100175, en andere als 100000 tot 100503,haat
zulks tot malkanderen als byna 3 tot 1.
Waar uit men niet ongegrond kan infereren, vermits de aan-
p-roei des Volks het graotfte en zekerfte Bewys van welvaart is,
dat de welvaart van de Stadt Amfterdam, vergeleken tegens de
alcemeene welvaart van de geheele Maffa des Volks in Hollandt
en Weftvrieslandt, Jlaat als omtrent Drie tot Een.
ft XIII. Het is buiten tegenfpraak, dat de gemeene Opinie
der Menfchen over de Rykdom der private Perfoonen zeer ver-
fchillende is, en dat, by faute van noodige reflexie, de bezittingen
van zeker gedeelte der Inwoonderen merkelyk grooter
worden aangezien, als die effedtive zyn. Specialyk vermeenen
W y , dat daar in dwaalen de Projeaeurs van Midaelen , dewelke
Capitaiim moeten worden geheven, zoo als zy ook door
gaans grovelyk zig vergiffen in de Quantiteit der Menfchen 2,CiV6.
W y zouden derhalven als een Conjeftuure hier haten volgen;
of onze Aanmerkingen, gefundert op de veertigjaange Bevjn-
dinge dier Middelen , in welke de Luiden zig zelven moeten
qualificéren, of na haar dood gequalificeert worden, geen aanleidinge
konden geven, om van de waare geftelteniffe dier zaake
met meer Juftefle te oordeelen. Doch de apprehenüe van aan
de Difcretie voor onze Medeïngezetenen te manqüeeren, heelt
ons zulks doen te rugge houden, en zullen wy oyergaan tot de
fpecuïatie over defpecifique Fataliteit van de eene Maand jegens
de andere.
ft XIV. Ten dien einde, vermits die over de geheele Provintie
niet kan gegeven worden als na dat veele dingen, die man-
queeren, zyn voorgegaan; kan over Amfterdam de volgendeüb-
fervatie tot aanleiding dienen.
Geduurende 12 Jaaren, van primo April 1724 tot ultimo
Maart 1737 (nagelaten zynde het jaar van primo April 1727 tot
ultimo Maart 1728, om de ongemeene Sterfte, zoo als elders
eezegt is) bevinde, yder Joort der 12 Maanden door inalkan-
ö 0 D 3 «er