
( M )
Trekkinge, in proportie van dien zelven intreft van 4 percent,
niet verder komt als tot byna 26 jaaren.
Evenwel is dit zeeker, dat, hoe de intrejl (naar welke
de comparatie gemaakt word van den penning, waarop de
Waardye van Lyfrente uitkomt) laager is ; hoe die tyd van
vafte of eerftkoomende jaaren trekkens, in vergelykinge van de
Jaaren trekkens op Lyfrente , dewelke nooit veranderen
hoe ook de intreft zyn mag, groot er word.
Dit zynde gè'appliceerd op de Leef tyd van de 4.2 Meisjes,
op welke de Lyfrente in proportie van 4 percent intrelt in
’t jaar (hier boven pag. 13) gezegt is, uit te loopen op den
penning 19 en viervyfde; ’t welk egaal is aan een eerftkomende
trekking van 40 Jaaren; Zoo zal men bevinden, dat dezelve
Lyfrente in proportie van 21 percent ’s jaars uitkomt op ruym
den penning Zes en Twintig; het welke equivalent is aan
een eerftkomende trekking van 43 Jaaren. Zo meede, als
in de calculatie van den Heer D e W i t t de intreft van 2i
percent ’s jaars gefteld word in plaatle van die van 4 percent
’s jaars, zullen alle de kanjfen, dewelke in proportie van 4
percent gevonden zyn uit te loopen op den penning Zejlien,
als dan uithoornen op ruim den penning Twintig: Welke Lyfrente
tot den penning 20 egaal is met een eerftkoomende
trekking van byna 29 Jaaren.
Waar uit in tranfüu te zien is, dat degegeevene Faculteit,
Van in plaatfe van Dertigjaarige Rente te moogen neemen
Lyfrente, met de calculatie van den Heer D e W i t t na
genoeg komt over een te Hemmen.
Welke overeenftemming nochtans niet als een argument
word bygebragt; alzoo de Calculatie, waar op het geeven
van de Faculteit ruft, niet is een Hypothefis, maar eendi-
refte calculatie van Ondervindinge , in welke yts'van de
praecieiheid is afgegaan , om reeden, als by het V E R T
O O G gezegd word. Ook fluit het eene noch het ander
in (zoo als de Heer van Sliedrecht onder reverentie ver-
keerdelyk begrypt, en zoodanig pag. 116 van ’t VERVOLG
citeerd) „ Dat alle de Lyfrenten door malkander genoo-
„ men, zoo als die feedert meer dan een Eeuwe op allerley
,, ouderdommen hebben geloopen , dertig eerftkomende
„ Jaaren hebben geduurd. Niets is valfcher dan die conclufie,
( 25 )
clufie, en niets is verder van myn bevindingen: Alzoo Die
gelykw aardigheid van de Lyfrente , op allerley Lyven door
malkander, dewelke in proportie van i{ percent Losrente met
een Jaarrente van Dertig eerftkoomende Jaaren overeenjlemd,
zal beantwoord worden met MINDER of MEERDER Jaaren
eerftkomende trekking, naar dat de intreft , waar op de
aegalifatie o f ’t geeven van keuze zal gefchieden, MEERDER
of MINDER is, dan 2f percent. Trouwens het point van
aegalifatie fchynt by den Heer vander Burch niet na de ge-
woone wyze der Reekenkundigen begreepen te worden.
Dit blykt uit Deszelfs Vergelykinge tuffen de fchaade, dewelke
voor ’t Land geleegen is in Lyfrente tot 54 percent
vry geld ( zoo als noch dagelyks te bekoomen is op Lyven
na verkiezing) en in deNegotiatien by forme van Loteryen,
gedaan in 1711, 1712 en 1713; waar omtrent zyn Edelheit
confidentelyk decideert, dat de voorfz. Lyfrente tot 52 percent
vrygeld, fchaadelyker is aan den Lande, dan de voorfz.
Loteryen. Wie , die kennis van zaaken heeft , zal dat toe
ftaan? Wie zelfs, die maar ’t natuurlyk begrip oefend, zonder
cyfferaar te zyn? Want gedemonftreerd zynde dat de
Lofrente, of intreft, opgeflooten in die Loteryen,niet verre af
was van 6 en twee derde percent, Ipringt het immers teegen ’t
hoofd, dat een geldligting dfondperdu tot 5,4 percent fchaadelyker
zou zyn dan een geldligting, by welke het Kapitaal
moeft gereftitueerd worden geduurende dertig Jaaren, boo-
ven den intreft: van 6f percent ? Zelfs toegeftaan zynde,
dat ’er enkele gevallen zouden konnen.weezen , dat 42
Dordrechtfe Meisjes van $ Jaaren zoodanigen Leeftyd hebben
, als hadden de opgegeevene by den Heer vander
Burch, zoo zal de Lyfrente, belegt op dezelve tot 5,-! percent
vrygeld, nochtans geen hooger Lofrente of intreft influiten
dan van ruim 4 percent; ’t welk verre is van 6| percent
, op welke de Loteryen geconftrueerd zyn geweeft.
En ’tis zeeker dat weinig Menlchen zullen te vinden zyn,
dewelke zig zouden laten perfuadeeren, datze 4 percent
intreft vrygeld, van Lyfrente tot 5,4 percent konnen hebben;
en bygevolg, datze het Kapitaal uit de i4 percent konnen
doen herleeven; al lieten zy zig perfuadeeren dat ’er
D Meis