zei ver Jaar en Leevens ter weeder zyden, prdcifelyk op dezelve
Som koomen uit te loopen. Waar meede Beweezen is ,
dat myn gezegde, by ’t Kort Bewys, wel degelyk applicabel
is zo wel op de 4,2 Meisjes in queftié, als op alle andre voor-
ftellen van getallen, die kleinder zyn dan noodwendig vererft
word, om alle de gevallen van affterving te réprsefcnteeren.' I 9-
Vermids nu door de ondervinding blykt, dat hoe grooter Getal
van gelyktydige Jeudige Lyven genoomen word , hóe
meer in de Aflterving van dezelve zig opdoed een ARITH-
METISCHE PROGRESSIE; zo is het evident dat; in een
interrupte Progreflie, van welke de Eerfte Term o is, en de
laatfte 198 (zo als is in de hier voor gefielde 4.2 perfcnen) dat
daar aan déflcieeren 157 tuffen-Termen, eer dezelve volmaakt
is. Dat is te zeggen om de umare repraj'entatie van
affterving (afgebeeld door een Aritbmetifelóe Progrojfte van
199Termen) van perfonen oudf Jaren, waar onder men fup-
poneert dat zulke langlevende zullen zyn, te demonftreeren;
moeten genoomen worden 199 Meisjes, -oud alle op een tyd
5 jaaren: DeSom van zodanig eeneProgreffie is 19701 halve
Jaaren, dewelke gedeelt door 199 komt voor de Leeftyd na
de J Jaaren voor yder 99 halve Jaaren. - En de Som van
alle de gereede Waardyen van ’t geene zy alle met malkander
getrokken hebben is 10020, 84.22; en over zulks
voor yder derzelve fp, 3 jóo; het welke sequiyalent is met
een Eerftkomende Trekking van tuffen de 79 en 80 halve
Jaaren.
Z o wy nu van de gereede Waardyevan dé geheele Pro-.
greffie, zynde - - - - ..................- 10020, 84.22
af neemen de gereede Waardye van de 4.2
Termen, uit die'Series hier voor genomen,
zynde - - - - - - - - - * 18745 9669
Blyft’ér voor de DeficieerendeiJ 7 Termen over 8 H f, 8753
Dat is voor yder - - - - - - - - - f i , 8846
het
het welk equivalent is aan een Eerft komende Trekking van
tuffen 83 en 84 halve Jaaren.
Op deze wyze konnen ’er oneindige Verwiffeliegen genomen
worden ; die ook noodwendig moeten voorvallen zo
dikwyls als men een getal van Lyven neemt, het welk kleinder
is, dan vereifeht word om alle de probable gevallen van
affterving te bevatten; en daar uit volgt, dat bet getal van
4.2 van den Heer. van der Burcb en alle dier gel jke andre, van
vjien of waar 7 ook mag weezen, nooit konnen dienen tot
grondjlag van een gener alen Reegel. Q. E. D.
De Leezer gelieve verdagt te zyn,dat ik met het voorftel,
van een Progreflie van 199 Termen, niet wil infinueerendat
effective van 199 Meisjes van f Jaaren pracicelyk alle half jaar
E EN zoude fterven. Dat is geenfins het oogmerk van deze
Redenkaveling. Hoe het daar meede na de meefte zeeker-
heid geleegen is, zal ik met’er tyd, (als gedaan zal zyn
al het nodig nazoek, ’t welk ik my voorgefteld hebbe)
aan de Weereld mededeèlen: Want de Heer van der Burcht
abuzeerd zig grovelyk met te meenen, dat ik het exempel van
4. maal 4.2, of 168 Meisjes van f Jaaren heb opgegeeyen als
de abfolute waare Reegel voor den ouderdom van Meisjes van
die Jaaren. Nergens is dat in myn gefchriften gezegt, en
het komt ’er ook niet in te pas; ik heb die ftudieufelyk by 4.2
Tallen afgedeeld, en konde ik vry meer exempelen, van 42
yder, geproduceert hebben, als ik dat noodig had geoordeelt;
maar ik heb gemeent tot het Subjeét genoeg voldoende te zyn
die vier gevallen alleen te geeven, als Exempelen van de onzee-
kerbeid van affterving in zoo kleinen getal als is 4.2, en teffens
geinfinueerd, dat op de uitkomft van die vier Exempelen door
malkander genoomen meer ftaat te maaken is, dan op een eeltig
Exempel over zo kleine getallen.
(j. 10.
Hoe onzeeker en onwis de Concluflen zyn , dewelke op
enkele Gevallen worden gemaakt, zal de Heer van der Burch
al meede ondervinden in ’t geene zyn Wel Ed: Geftr: zelfs
bybrengt uit een Lyft der Dooden te Londen , om te bewy-
C 2 zen