C 14- )
vonden worden 200 Weduwenaars en 700 Weduwen;
Neemt nu de moeite, Myn Heer , en divideêrt deze drie getallen
18) o. 200. en 700. yder door 4.; en bezie of'de uit-
komften niet zullen zyn diezelve getallen, die onze Schry-
ver opgeeft? namentlyk, 462 getrouwde paaren, joVe-
duwenaars 3 en 17) cd uwen j en oordeel dan 5 waar hy
»gebaald heeft. Want als onze Schryver ooit KingS OU-
fei yatien zelve gezien hadde, of het geene B a v en a n t van de
volkomene zeekerheid dier Obfervatien zegt; of liever, als
hy zig maar erinnerde wat hy in Derharn geleezen heeft’,' al-
i o hy die plaats citeert in zyhGillingen pag. 326 , alwaar die
Eerwaardige Schryver zegt, * te meenen d a t de Bereeken ïn-
g en van M r . K in g zyn de b e fte , die 'e r weezen könn en ,
om d a t zy zyn voortg evloeid u it de befte b erich ten , zoo a ls
zyn de R e g iß ers der Huw'elyken, der Geboorenen, en der B e -
g? aaven en, a ls meede u it de Bolboeken of R eg iß e r s 3 w a a r
na de Hoofd-gelden in g evo rd ert w o rden ; Zoo zoude hy de
indiferetie niet gehad hebben van te critizeeren zonder kennis
van zaaken.
Het behaagt U verder, Myn Heer, aan te merken, dat
onze Schryver, begroot ende b et V o lk ten p la tten L a n d e in
g eh eel H o llan dt en W e fiv riefta n d t op 300du izen t Z ie len -,o p
Paer 3 9 1 da t daaronder J a a r ly k s w a t minder a ls 1 yooo
K in d eren gebooren w orden; en dat vervolgens op dezelve'
pagina linea 34, ftaat: „ Dog een overilag maakende van
„ ieder plaats in ’t byzonder , dan fchynt het, dat in de
,, Steeden, omtrent tweemaal meer Menfchen wonnen, als
,,'op de Dorpen en het platte Land, en ik gis, dat het ge-
,, tal van de geen, die ’s Jaarlyks in de gemelde Steeden ge-.-
„ booren worden, omtrent 23000 zal zyn. Vfaaromtrent
uwfurprifeis, dat deeze 23000 Geboorene in de Steeden,
en 15000 in de Dorpen en ten platten Lande, te famen uit-
raaaken 38000, en alzoo 10000 meer, dan ik op geen ongefundeerde
G ron d en , zegge, g e field te hebben. ■
' Verfchoon my, Myn Heer, van U hier op tegenwoordigin
& detail te antwoorden; Zie in myn Verhandeling to t 0en
P ro ev e op pag. 21 het begin van liet Derde Deel, en vervolgens
het beüuit op .pag. 38, het zal genoeg zyn, om U
myn meening 'te doen begrypen : derhalven zal ik U hier
maar alleenig zeggen, dat onze Schryver my in een groot®
verpligting zal brengen , zoo hy dat getal van om trent
2^(000 in de Steeden en van w a t minder a ls 1 > o co ten platten
Lande, op verre na maar eenigfms probabel in een Volk
van circa 900000 Zielen, zoo als zyn ftelling is, kan aan-
toonen.
Wyders zal het U niet moeijelyk vallen, te ontdekken dc
ongegrondheid dezer ftelling, B a t onder 300 d u izen t Z ie len
Ja arly k s zouden gebooren worden byna 15 d u izen t K in d
e r en , zoo ras als ’er by U geen zwaarigheid is, eenig Vertrouwen
te ftellen in het geene Mr. D a v en a n t zegt, by
K in g geobferveert te zyn; namentlvk: D a t zoo menigmaal
a ls 'e r 10000 Z ie len ten p la tten Lan de door g eheel E ng elan
d exifieerende gevonden w o rd en , zoo menigmaal d a a r
343 K in d eren 's ja a r s te r W e e re ld hoornen-, en dat uit pariteit
van reedenen die zelve proportie hier te lande by U
geadmitteert zy : Want dan zal het blyken, dat onde$
300000 Zielen ten platten Lande n iet meer gebooren worden
dan T ien duizen t driehondert Kinderen Jaarlyks. _ ;j
Boven dien is het te verwonderen, dat onze fchryver in dit
gevoelen heeft konnen vallen, nademaal hy in dat zelve
hoofdfuik # by B erham konde zien, da t in h e t g en era a l in g eheel
E ngeland ja a r ly k s het g e ta l der Geboorene maar met een
klein g e ta l o v e r tr e ft dat der G efto rv en e: en dat de reeden zelfs
• dideert, latende alle obfervatien aan een zyde, dat dierge-
lykc proportie, zonder veel afwykinge ookzeekerlykindeê-
zc landen Hand grypt: Behalyen dat zulks meede uit de by-
gebragte obfervatien over de Stadt Gouda by onzen Schryver
zelve komt te blyken. En zo U de moeite kift, om daar
ock de Obfervatien over de Stadt Amfterdam onder malkan-
deren te vergelyken, zal ’er by U geen lueutaüe blyven om
aan ’t voorfz uwe toeftemminge te geeven,.
7 Phyfico-theology Lib. 4. C. ï»v