( K> O
Ouderdom ter ingang der Negotiatien, met diftïnftic der
fexen my bekent zyn, en de praeddè tyt, op welke yder der
Zelve refpecHvelyk is geftorven.
Hier meede hoop &, Myn Heer, dat ik U zal voldaan
hebben, en dat het U ztl behaagen my te difpenleeren
van my in te laten over de merites van de voorfz. Gif-
frngen &c. zelve , voor zoo verre daar in ierwes nieuws
mogt zyn , als meede van my te moeten begeeven tot
een gedetailleerde Revindicatie : Ik zoek ’er geen Criti-
que van te fchryven, en b e t z a l U y neevens y d er oordeelkundig
L e e z e r , die zig de moeite geeft, te exami-
neeren myn Vertoog van 6 Mey 1737, myn Verhandeling
tot een Proeve uitgegeeven op half Maart 1738, en myn Kort
Bewys van 28 Julii 1738; en daar tegens te leezen de meergemelde
Gillingen de Uitreekening van de Lyfrenten, als mee-
<ie Het Aanhangfel op beide, in ’t gemelde Boek van onzen
Schryver, lig t v a llen te ontwinden, w aar de reg te fo u rce is.
Dies zoude ik, na U errinerd te hebben * die Verfen van Ho-
ratius die ons wel meer hebben doen lagchen,my konnen te.
vreeden houden: doch ik mag niet na "laten te retorqueeren
de raillerie, dewelke onze Schryver heeft gemeent op te
fluiten in de hier boven geciteerde Periode uit zyn Gillingen
Pag. 333. die ik tot meerder klaarheid zal repeteeren :
,, Het is buiten reden, eri niet om te bewyzen, d a t u it
„ K in g bygebragt w o rd , als of ’t getal der Men'chen, in
55 Engeland, a lle 100 jaaren, 880000 zou aangroeien: fielt
„ men met de zelfde Schryver, dat in’t Jaar 1700, in dat Ryk
„ Si Millioen Menfchen zyn geweeft, dan vraag ik aan de
33 geen, die die kennis van de Gefchiedeniflen hebben, hoe
„ veel Menfchen dat in de tyd van Beda wel in Engeland
33 waren? of zelfs in ’t begin van de ndeEeuwf
- V oor èerftis het-woordje a lle een onbetamelyk byvoegfèl van
onzen Schryv r; ten anderen heb ik my klaar en zonder equi-
voque gëexpliceert, hoe die aahgroei is: Namentlyk da t
100 d u izen t menfchen, levende op eenig p refen t ja a r aan
groeyen to t 100 d u izen t 17J op h e t n a a jl volgend ja a r en zo
ET"* voorts
( n i )
voort: Derhalven zoo hy niet weéder door een al te gróo-
ten driftigheid inattentie of anders geeft van critique , ge-
lyk gebeurde in ons % V erfchil, vervat in de nouvelles van amu-
fément van ’t jaar 1727, van ’t fpoor was geweeft, zou hy
die dwaaze en raillante vraag aldaar niet hebben voorgefteld.
Want het fcheeld hem immers daar niet, dat hy myn voorfz.
duideiyke woorden niet zou begrypen ? Maar ’t zy daar mee zo
liet wilik zal u het antwoord op die vraage geeven: Laat
ons al eens by Complahance onderftellen, dat uit King’s
woorden zoude volgen dat een eeven g r oote R ee den van aang
ro ei in V volk van Engeland tuffen A nn o 1600 en A nn o 1000 is g ew eeft, a ls hy gevonden hadde te zyn tuffen de J a a ren
1700 en 1600: zoo zal daar uit echter confteeren, d a t in
h et begin d er elfde E e uw , in proportie van Mr K in g s twee getallen,
in Engeland zyn geweeft E en M illio en 623 duizen d
M enfchen t.
Onze
* Een Badinage gaf hier oorzaak toe, te zien in de Courier de Ia Pais van
den Jaare 1727, No. 6, 8, io, 11. en 14; ’t fubjedt was het getal 2 te Mul-
tipliceeren met zig zelfs,öf met 2; de uytkomft 4 weer met 4. en zoo voort
tot 32Malen toe, geduurig de uytkomft van degedame Multiplicatie met zig
Zelven; En de Vraage was, Hoeveel tyt ’er uoodig is, om die 32 Multiplica-
tien te doen ? Daar quamen divetfe antwoorden; myn folutie is te zien in
de Courier No. 11. namentlyk, de noodige Tyt zou zyn meer, dan van
Zeeven- duizent 945- Millioenen 797 duizent 776 Jaaren: onze Schryver
meende, dat he t eenigc we in ig e Ja a r en m in d e rw a s ', en dit was het lub] ecl
van zyn Critique; in No. 14. zyn onzer beider reedenen voor yders fenti-
ment: Ik liet toen, en laat nu noch den Kundigen oordeel vellen. Maar
daar ik het toen, en voor altoos na alle apparentie, mee verkurven heb ; is,
dat ik myn Brief befloot met te 2eggen, gefnrpreneerd te zyn, dat een zoo
groot M a th em a ticu s als H y , zig had laren vervoeren, ’t zy door onoplettent-
heid of door fchielykheid tot een C r itiq u e tont d fa i t v a in e : T e r te r en van
w ien men met regt zou konnen zeggen het zelve, ’ t welk men voorheen
Zei van Svbrand Hanfzen Cardinaal, namentlyk, Dat zoo hy ooit van zy n
Aftronomifch P la t in jlu k k e n quam te v a lle n , men o f den g rond mets z o u vin den
dan C y ffe rh tte r s .
f De reden van Aangroei ‘s ’s laars fzo als in myn Verhandeling gezegt
hekbe)nagenoeg als 100000 tot 100177: derhalven 100177 in 1700 waren
100000 in 1699, wat 7700000? komt 7490419. En 100177 in 1699 waren
100000 ifl^698’, wat 7490419? komt, 7480877: en 70 vervolgt tot op het
begin der ride Eeuw. Dog dit word fpoedig door de Logarithmi volbragt.
De