
£ DE HISTORISCHE ACHTERGROND EN HET TIJDVAK TOT 1900
DOOR CAREL J. A. BEGEER
D e oude Nederlandsche goud- en zilversmids- en juwe-
liersondernemingen, vereenigd in de N.V. Koninklijke
Nederlandsche Edelmetaal Bedrijven, bestreken vrijwel het
geheele gebied der niet-kerkelijke edelsmeedkunst, en wel
de uitvoering van kunstwerken in edelmetaal, het ver-
vaardigen van juweelen en sieraden, het slaan of gieten
van penningen, het vervaardigen van gouden en zilveren
werken als voortbrengselen van nijverheid. Herdenking van
de honderdjarige werkzaamheid dezer ondernemingen be-
teekent dus een overzicht geven van de ontwikkeling van
de Nederlandsche edelsmeed- en penningkunst in de laatste
eeuw, alsmede van de goud- en zilvernijverheid in dien
zelfden tijd.
Kunst en nijverheid — schoonheid en handel — zijn de
bepalende assen van het krachtveld, dat het edelsmeedvak
vormt. Wisselwerking van kunstenaar-ontwerper en vak-
man-uitvoerder, wisselwerking tusschen handwerkelijk
ambacht en machinale vermenigvuldiging, wisselwerking
tusschen schoonheidsverbeelding en wetenschappelijke ge-
bruikmaking van natuur- en scheikundige eigenschappen
van de grondstof, al deze wisselwerkingen in onderling
kruisende betrekking: de branding der pogingen van den
scheppenden werker om nieuwe wegen te vinden en de
meer of mindere bereidheid van het publiek om die wegen
te gaan, of weer de betrekking van de nijverheid tot de
vraag van de samenleving als gebruiker, de groothandel