j8 B E S C M R Y V I^N G v a n
B E R G A M O T SU ISSE L O N G U E . Is
een middelmaiig grofe Peer; van gedaante
langwerpig, en naar de Steel to e , die redeiyk
lang is , wat puntig; haar Schil is glad, van
K o le u r , met ligt-groen, geel en rood mooi
g e ftreept, gelyk de Bergamotfaiffe ronie,
cn cierlyk op ’ tO o g ; haar Vleeich is z a g t,
en zapp ig, van een aangename geurige
imaak, als z e in een goede lofle grond wel
ryp geworden is , anders valt ze laf. Ik weet
niet waar van deze Peer de Naam van B e r gamot
verkregen h e e ft, dewyl nog haar gedaante,
nog haar imaak daarmede overeen-
komt ; de Naam van Her te longue panaches
part haar veel beter, door dien z e langwerpig
valt, en in gedaante en finaak met de
ordinaris H c r te longue veel overeenkomt,
behalven dat z e doorgaans wat kleinder valt.
D e Boom maakt redelyk goed G ew a s , en
draagt w e l, maar is het kankeren wat onderhevig.
D e jonge Loten zyn doorgaans
ook geftreept g e ly k d e V ru g t , en zelfs zomtyds
ook de Bladen.
F O N D A N T E D E B R E S T . Is eene vry
g r o t e P e e r , te weten ¿ e dubbelde; van g e daante,
dik, kort-buikig, en naar de Steel
to e , die kort is , k o r t-p u n tig toeiopende;
haar Schil isg lad , wat d ik, en ryp z y n d e , geel-
DE P E E R E N. T a b . III.
agtig van K o le u r , met bruinagtige ftippen
geftipt, o f zomtyds g e v lek t, ook altemets,
dog zelden, wat rood- bloeiende ; haar Vleeich
is iets bros en k o r lig , dog z a g t , Zappig, en
van een heel aangename, geurige imaak.
D e Boom maakt goed fterk G ew a s , en
draagt ze e r wel.
Die Z o o r t die men by ons Enkelde Fondante
o f Enkelde Franfe Kaneel-Peer noemt,
verlchilt van de beichrevene Fondante n ie t ,
dan dat z e kleinder valt.
H O E L A N G E R H O E L IE V E R . Is een
middelmatig grote P e e r ; van gedaante langw
erpig, iets gebuikt, en naarde S te e l, diere-
d e ly k la n g i s , dunner toeiopende, ’ tO o g is
weinig g e zo n k en , zynde voort veeltyds wat
ich e e f van Gewas ; haar Schil is g lad , van K o leu
r , bleek groenagtig- o f geelagtig-wit, als
z e r y p i s ; h aa rVleeich is f y n , iets k o r lig ,
zapp ig, en van een heel aangename, geurig
e fmaak, als z e juift op haar tyd gegeten
w o rd , want nog niet regr r y p , o f overryp
z y n d e , valt z e onfmakelyk.
D e Boom maakt goed G ew a s , en draagt
redelyk wel.
C A L B A S M U SQ U E . Is een v ry grote
P e e r ; van gedaante vry langwerpig en b y n i
niet
B E S C H R Y V I N G v a n
niet o f weinig gebuikt; voorts bultigo fhob-
belig en fch e e f van Gewa s ; haar Koleur is
bruin-kaneel-verwig; haar V leefch is , als z e
wel r y p , en in een goede grond gegroeit is ,
z a g t , imeltend, zappig g en o eg , en dan van
een zeer aangename geurige finaak, maar in
een vogte fty ve grond valt z e zomtyds la f
D E P E E R E N . T A B. III. 59
en onimakelyk, g elyk meer andere Zo o rten
van fyne T a fe l-Peeren.
D e Boom maakt fchoon en fterk G ew a s ,
en is heel draagbaar; hy tiert ook z e e r wel
aan het Efpalier, daar de Vrugten zekeriyk
beter worden als op Stam; en h y kan zo
wel op Quee als op wilde T ie r geent worden.
1
A i II