
schapsleden gewoon niet genoeg kwaliteit. Bijna jaarlijks
schreven de genootschappen een prijsvraag uit, waarbij alle
categorieën beurtelings aan bod kwamen. In totaal zijn er nu
zo’n 425 prijsvragen uitgeschreven, waarvan er 125 tot een
bekroonde inzending leidden. De procedure is in al die tijd niet
wezenlijk gewijzigd: een van de genootschapsleden stelt een
prijsvraag op, die wordt bekend gemaakt in diverse media
in binnen- en buitenland. Reacties moeten anoniem worden
ingezonden, voorzien van een motto, en in een aparte verzegelde
brief staat de naam van de auteur. Bekroning leidt
tot publicatie en een fraaie gouden penning van medailleur
Johan Georg Holtzhey (1729-1808).
In hun 240-jarige geschiedenis tonen de prijsvragen de ontwikkeling
van de stand van de wetenschap. De vraagstelling volgt
de actualiteit en vraagt naar de nieuwste wetenschappelijke
inzichten, zoals de prijsvraag die in 2017 door het Tweede
Genootschap is uitgeschreven: ‘Gevraagd wordt: “een
kritische studie naar het optimaliseren van duurzame multifunctionaliteit
van bodems.”’ De prijsvraag van het Godgeleerd
genootschap waar Lieke Wijnia op reageerde luidde: ‘Gevraagd
wordt “een onderzoek naar het museum als eigentijds laboratorium
voor de queeste naar God.”’ Pieter Teyler zou er blij
23
mee zijn geweest.
Een overzicht van de lopende prijsvragen is te vinden
op de website van Teylers Museum.
Afb. 2 Prijspenning van het Godgeleerd Genootschap van
Teylers Stichting te Haarlem
< Afb. 3 Uitreiking gouden prijspenning van het Godgeleerd
Genootschap aan kunsthistorica Lieke Wijnia, 16 maart 2018.
Foto Hilde de Wolf