
19
De zondvloedmens (Homo diluvii testis)
Oeningen, Mioceen (5,3-23 miljoen jaar geleden)
Het Bijbelse zondvloedverhaal was lange tijd de verklaring
voor fossielen. Wel was het vreemd dat nooit een fossiel
mens was gevonden, terwijl die juist als zondig wezen
door de vloed gestraft was. Dit fossiel leek de ‘missing link’
te zijn: de ontdekker, de Zwitserse arts Johann Scheuchzer
presenteerde het in 1726 stellig als Homo diluvii testis et
theoscopos, een ‘mens die getuige was van de zondvloed
en God aanschouwde’.
Van Marum kocht het fossiel in 1802 van Scheuchzers kleinzoon
aan voor Teylers Museum als discussiestuk in het denken
over fossielen, de zondvloed en de plaats van de mens daarin.
Erin geloven deed hij zelf niet: hij vergeleek het fossiel in een
openbare les met een menselijk skelet om aan te tonen hoe
groot de verschillen zijn. In 1811 werd het definitief ontmaskerd
door de Franse anatoom Cuvier, die Teylers Museum
bezocht, in het fossiel twee voorpoten vrijprepareerde en
daarmee bewees dat het een reuzensalamander was.
Teylers Museum opende in 1784 de deuren met een knal. Het eerste object van
betekenis was deze ongemeen groote electrizeermachine van ruim 3 meter hoog.
Met de ingebruikname ervan ontstond een onderzoeksfaciliteit zonder weerga in
Europa, waar de hot science van dat moment – onderzoek naar de eigenschappen
van elektriciteit – naar een nieuw niveau werd getild. Wetenschappers als Alessandro
Volta vonden hun weg naar dit CERN aan het Spaarne en Napoleon kwam er in
1811 voor naar het museum.
Van Marum correspondeerde intensief over zijn resultaten met een internationaal
netwerk van geleerden en publiceerde erover in Teylers Verhandelingen. Zo weten
we dat hij het liefst werkte bij winterse vrieskou. Dan zette hij alle ramen in de
Ovale Zaal open en stookte de extreem droge buitenlucht nog verder droog door
hete zakken zand tegen de glazen pilaren van de machine te leggen. Gigantische
vonken tot 60 centimeter waren dan het resultaat. In het Lorentz Lab staat nu
een werkende replica.
De ongemeen groote
Electrizeermachine
Verhandelingen Teylers
Genootschappen, 1785