Vz. Zijn linksgewend borstbeeld met barét,
daaronder: m . c . d . v . j r . 1873
Omschrift binnen: REMBRANDT HER-
MANSZ. VAN RYN. Langs den rand: NÉ
A LEYDE 15 JUILLET 1606. MORT A
AMSTERDAM, ET ENTERRÉ 8 OCTOBRE
1669.
Kz. De afbeelding van de schilderij „de
Nachtwacht” daarboven:
MUSÉE
d ’AMSTERDAM,
daarónder : REMBRANDT pinx. m. c. de vries jr-r sculp.
LA RONDE DE NUIT.
Zilver en brons; 109 m.M. Verz. Z.
R e m b r a n d t H a r m e n s z . v a n R i jn was de zoon van den molenaar
H a r m e n G e r r i t z . Hij leerde schilderen bij J a c o b I s a a k s z . v a n
S w a n e n b u r g te Leiden en P i e t e r L a s t m a n te Amsterdam. Zijn
eerste bekende sluk is een Paulus van 1627. In 1630 vestigde hij
zieh te Amsterdam en huwde 1634 met S a s k e v a n U l e n b u r g h
(t 1642), later met C a t h a r in a v a n W i j k . Met recht wordt hij de
vorst der nederlandsche schilders genoemd. hij, de toovenaar met
licht en bruin, wiens invloed de geheele I7e eeuw beheerschte en
die een school schiep van tal van beroemde meesters.
Voor hem werd 27 Mei 1852 op de toenmalige Botermarkt,
thans Rembrandtplein, te Amsterdam een standbeeid onthuld. (Zie
D i r k s no«. 728—730). Bij de inwijding van het Rijksmuseum op
1 3 Juli 1885 werd hij in den feestzang van J. P . H e i j e , muziek van
J o h . J. H. V e r h u l s t gehuldigd. zijn op den penning afgebeeld doek
neemt, (helaas siecht belicht) in dat museum de eereplaats in. Bij
gelegenheid der inhuldiging van H. M. de Koningin in 1898 werd
van September—November te Amsterdam eene Rembrandt-tentoon-
stelling gehouden, waar ’s meesters heerlijk doek goed tot zijn recht
kwam. De naam „Nachtwacht” is onjuist: het is het vendel van ka-
pitein B a n n in g C o cq , oorspronkelijk bestemd voor de groote zaal
van den Kloveniersdoelen te Amsterdam en geschilderd in 1642.
388. 1873.
Prijspenning der Hollandsche Maatschappij
van Wetenschappen te Haarlem.
Vz. Linksgewend borstbeeld van H e r m a n
B o e r i ia v e , daaronder: j . e l i o n f .
Omschrift: h e r m a n v s b o e r h a v e
Kz. Geheel gelijk n°. 176.
Brons, 75 m.M. Verz. Z.
Zie omtrent deze maatschappij de aanteekening op n0. 176.
Deze penning wordt om de vier jaren in goud uitgereikt aan ver-
dienstelijke geleerden, b. v. in 1883 aan Prof. D o n d e r s .
Zie omtrent B o e r h a v e de aanteekening op no* 243.
389. *873.
Prijspenning van de akademie van Beeidende
Kunst te ’s-Gravenhage.
Vz. !§>-
ACADEMIE
VAN
BEELDENDE KUNST
TE
’S GRAVENHAGE
Kz. Glad veld omgeven door een lauwer-
krans.
Brons, 43 m.M. Leidsch Penn, Kab.
- 390. 1874, 16 Maart.
50-Jarig bestaan van het natuurkundig
genootschap „Tot Nut en Vergenoegen”
te Arnhem.