
2171.
2172.
2173-
2174-
Merwede (Rivier de) 1785. Gezicht op de Merwede
van af het Riedijksche hoofd te Dordr. Teek. in O.-I.
inkt d. K. F. Ben dorp 1785. Hg. 15.8, br. 20.9 c.
--------------- c. 1850. De Merwestroom. Niet te definieeren
riviergezicht met dit opschrift ; links een molen, rechts
in ’t verschiet de Dordtsche toren. Lith. in tintdr. d.
A. H. de Koningh, gedr. bij P. Blommers den Haag, Uitg.
v. J. J. v. Brederode (Haarlem). Hg. 16.5, br. 20.8 c.
--------------; 1877. Gezicht op de Merwede met ten anker
liggende schepen, genomen van de Merwekade. Ets d.
S. G. (Jhr. Mr. C. N. Storm v. ’s Gravesande. Hg. 14.4,
br. 31 c. Uit de serie : La Hollande, i 'er. cahier n°. 2
En rade devant Dordrecht, hiervoor sub 244 beschreven.
Merwede (Huis te) v66r 1421 (?). Het Huis te Merwede
voor de watervloed van MCCCCXX1, zooals het zich ver-
toont op de schilderij voorst. belegering van Dordt in ’t jaar
MCCCCXVIII. Teek. in kl. d. L. Boshamer c 1840.
Hg. 19, br. 22.4 c.
De schilderij, vroeger op het Raadhuis, berust thans in het Museum der
Vereen. O.-Dordt. Zie de grav. hiema onder aid. B. XV I. Gebeurte-
nissen. Jaar 1418.
De afb. is vermoedelijk fictief.
Het huis te Merwede, waarschijnlijk reeds in de Vie of V ile eeuw gesticht
en later, o. a. in 1200, vergroot, was het stamslot der Heeren van de
Merwede en ging in den St. Elisabeth’s vloed in 1421 te gronde.
Wat er van overbleef is de nog bestaande ruïne, die sedert 1604 aan de
stad Dordrecht behoort.
----------■— nà 1421 (??). Hetz., doch geheel afwijkend
van het vorige, zooals het voorkomt op de gravure van
den St. Elisabeth's vloed, d. R. de Hooghe in Balen’s
Beschy. v. Doydt. Teek. in kl. d. J. Boshayyiey c. 1840.
Hg. 19, br. 22 c.
Zie de gravure hierna onder afd. B. X V I . Gebeurtenissen. Ook deze
afbeelding is gefingeerd.
i4J8 en 1421 ? De voorstellingen der beide
voorgaande nummers, hier op één blad vereenigd. Lith.
v. H. J. Backer. Hg. 22.5, br. 13.8. Uit : Emits en
Schotel Beschr. v. Dordr. Zie 221' p.
2176. M e r w e d e (Huis te) c. 1645. Gezicht op het, huis te
Merwede bij winter. Om de in het water staande ruine,
een ijsvermaak met tent, schaatsenrijders, sleden enz.
Potl. teek. znd. nm. n. eene schilderij van /. v. Goyen,
. c. 1645. Hg. 33.3, br. 41.5 c.
De schilderij maakte deel uit der beroemde verzameling van der Linden
V. Slingeland te Dordr. (Catal. nO, 78) en was in 1891 in het bezit van
den Earl of Yarborough, Brocklesby Park, Engeland, Zie P . Cundali
The Landscape and Pastoral Painters o f Holland. London 1891.
2J77. _________ c. 1645. Gezicht op de Merwede, links de
ruine. Teek. in kl. d. 11. Spilman c. 1645 n. eene schilderij
van J. van Goyen. Hg. 21, br. 38.5 c.
2i78. c. 1645. Gezicht op de Merwede. Rechts
de ruine, in ’t water staande, waarbij twee schepen ;
in ’t verschiet Dordr. (Spiegelbeeld). Teek. in O.-I. inkt
op blauw papier, in medaillon. Znd. n.m. n. /. van
Goyen. In middellijn 25 c.
2I7g, ___:----------c . 1645. Dez. voorstelling. Grav. d................?
laatst XVIIIe eeuw. Hg. 14, br. 21.5.
2Ig0 ______ c . 1646. De Ruine v. h. huis te Merwede, met
a ug naar Dort te sien. Het gebouw staat geheel in
’t water. Grav. d. /. S(chijnvoet). Hg. 13.8, br. 17.4 C.
U i t : L. Smids Schatkamer der Ned. Oudheden, bij G. Bom,
Amst. 3d dr. 1774-
De-afb. van kasteelen in dit werk zijn meest naar teek. van Roe land
Roghman, omstreeks 1646 vervaardigd.
2181 . ________- c. 1646. Dez. voorstelling. Teek. in umber
d. (v. der Ulft?) Hg. 12.8, br. 17 c.
2182. ________ c. 1646. Dez. voorstelling. Teek. in kl.
znd. nm. XVIIIe eeuw. Hg. 12,8, br. 17.3 c.
2183 . ________ c. 1646. Dez. voorstelling, doch met eene
schuit in den vOorgrond. Teek. in O.-I. inkt znd. nm.
XVIIIe eeuw. Hg. 16, br. 22.5 c.