XIV.
GEVELVERSIERINGEN.
1788.
1789.
I7 9 °-
I79I-
1792.
Vlak. Gebeeldhouwde steenen koppen, cartouches en
boogvullingen Vlak 17, hoek Nieuwehaven. Schets in
potl. d. /. R(utten) Juni 1868. Hg. 40, br. 51.3 c.
— ■ -gBeeldhouwwerk aan het huis Vlak 3, voorst.
Satumus met twee wapenschilden (waaraan de figuren
ontbreken) en van onder het jaartal M D C CX X V II I;
ter weérszijden een venster met omlijsting. Teek. in potl.
d. (/. Rutten) 1868. Hg. 15.5, br. 26.5 c.
Hooge Nieuwstraat. Sluitsteen eener deurtoog van een
pakhuis H. Nieuwstr. 1. met afb. van een vat en jaartal:
1668.
Teek. in potl. d. / . R(utten) 1873. Hg. 7.3, br. 8.4 c.
Gevelsteen H. Nieuwstr. 5 met opschr. in
randwerk:
IN DE
WEELDE
SIET TOE
en daaronder:
HERINNERING l8 f6 8 .
Teek. in potl. d. (/. Rutten) c. 1873. Hg. 8.1, br. 8.5 c.
-------------- Gevelsteen. H. Nieuwstr. -19 met opschr. in
randwerk:
a n n o 1617.
S Y MOETEN
EN LAETEN
DIE MY
EN NYET
ALST GODT
BETER
ALS
MY LYDEN
LEEVEN
BENYDEN
EN GEVEN
BEHAGT
BENYDT
BEKLACHT.
NIET SONDER GODT.
Teek. in potl. d. (/. Rutten) c. 1873. Hg. 8.7, br. 14.3 c.
1793. Hooge Nieuwstraat. Sluitsteen eener deurtoog aan de
voormalige brouwerij „Het Lam” , H. Nieuwstr. 25. Met
afb. van een lam en het jaarta l:
1706.
Teek. in potl. d. (/. Rutten) c. 1873. Hg. 8.5, br. 9.7 c.
X7g4. -------------- Sluitsteen eener deurtoog aan het pakhuis
„De Prins” , H. Nieuwstr. 63, met afb. van een man te
paard (Willem III ?) en onleesbaar opschr., nevens jaatal :
1678.)
Teek. in kl. d. (/. Rutten) c. 1868. Hg. 9.7, br. 10.5 c.
Gesloopt 1872.
1795 . -------------- Gevelsteen. H. Nieuwstr. 63. Twee mannen,
de een met eene bierkan in de hand, de ander met een bijl
een balk klovende met jaartal:
1613.
en in het randwerk het jaartal:
1573-
Teek. in kl. d. (/. Rutten) 1868. Hg. 10, br. 17.5 c.
1796. Binnen Walevest. Sluitsteen eener deurtoog aan een
pakhuis, voormalige suikerraffinaderij, Binnen Walevest,
nummer onbekend. Met afb. van een suikerbrood.^ Teek.
in kl. d. (/. Rutten) c. 1868. Hg. 8.3, br. 6.8. c.
1797. Kuipershaven. Gevelsteen. Kuipershaven 4. Een baars
m e t:
a n n o— 1710.
Eene daartusschen gestaan hebbende inscriptie is verdwe-
nen. Teek. in potl. d. (/. Rutten) c. 1868. Hg. 8.3, br.11.5 c.
i 7g8. Ornament van gesmeed ijzer, waarin een
vat, boven de onderhuis-deur van het huis Kuipershaven 44,
hoek Schrijverstraat. Teek. in potl. d. (/. Rutten) c. 1868,
Hg. 10. br. 19.5 c.
Zie den geheelen gevel sub nO. 1557.
iygg. -------------- Gevelsteen. Kuipershaven 70. Smids aambeeld,
waarboven eene hand een hamer houdende, m.
onderschr. :
DE MERBELSTEEN.
Teek. in kl. d. (/. Rutten) c. 1868. Hg. 7.7, br. 13.2 c.